Bloeddruk meten

Mini les bloeddruk meten
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Mini les bloeddruk meten

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen 
Je kan aan het einde van deze les:
  •  Benoemen wat er met een bloeddruk gemeten wordt. 
  •  Benoemen waarom we bloeddruk meten.
  •  Het verschil uitleggen tussen hoge en lage bloeddruk.
  • Uitleggen wat de normaal waarde van bloeddruk is.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet jij over bloeddruk meten?

Slide 3 - Woordweb

Informeren
Bloeddruk meten
Saturatie bepalen
Pols meten
Infuusnaald plaatsen

Waarom een bloeddruk meten?
1. Bloeddruk meten helpt bij het vroegtijdig opsporen van gezondheidsproblemen zoals hypertensie (hoge bloeddruk)
2. Door regelmatig de bloeddruk te meten krijg je een idee van je gemiddelde bloeddruk.
3. Een bloeddruk zegt veel over de gezondheidstoestand van een zorgvrager
3. Beoordeeld de werkzaamheid van medicatie

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Soorten bloeddrukmeters

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waar staat RR voor?
De afkorting RR staat voor Riva-Rocci. Riva-Rocci was een Italiaanse arts die een manier ontwikkelde om de bloeddruk te meten. Tegenwoordig wordt de afkorting RR nog altijd gebruikt om de bloeddruk te beschrijven

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat wordt er met een bloeddruk gemeten?

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bloeddruk is de druk in je bloedvaten. 
Het zegt iets over de kracht waarmee bloed door je lichaam stroomt. 
Je hebt bloeddruk nodig om je bloed goed rond je lichaam te pompen. 
Zo wordt zuurstof naar je spieren en organen gebracht. 

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoge RR/ Lage RR

- Bij een hoge bloeddruk (veel kracht) stroomt je bloed sneller door je bloedvaten. 
- Als je een lage bloeddruk hebt (weinig kracht), dan gaat dit langzamer.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat meet je precies als je iemands bloeddruk meet?
A
De snelheid waarmee het bloed vervoert wordt
B
De druk van het bloed op de wand van het bloedvat.
C
De hoeveelheid rode bloedcellen in het bloed
D
Hoe vaak het hart per minuut slaat

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Zoek op
Welke waarden heeft een normale bloeddruk?
Welke waarden heeft een hoge bloeddruk?
Welke waarden heeft een lage bloeddruk?

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bloeddruk

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Uitleg bloeddruk meten
Bloedrukmeten (Handmatig)
Aandachtspunten:
- Zittend meten
- Wees stil
- Arm steunt op tafel
- Manchet op juiste manier om arm doen en luchtvrij om arm
- Manchet oppompen tot 200 mmHG









Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht: bloeddruk meten
- Maak een tweetal
- Ga de bloeddruk meten volgens protocol

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat doet het hart als je de systolische bloeddruk meet?
A
Samenknijpen van de kamers
B
Ontspannen van de kamers
C
Samenknijpen van de boezems
D
Ontspannen van de kamers

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer je de bloeddruk meet moet je er op letten:
A
Dat er geen wond aan die arm zit
B
alle antwoorden zijn goed
C
Dat de manchet luchtvrij is voor je begint
D
Dat de manchet op de juiste manier om de arm gaat

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

RR bij bloeddruk meten staat voor:
A
Riva Romana
B
Rica Rova
C
Riva Rocci
D
Ravi Ricco

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Vragende voornaamwoorden
  • Er zijn vier vragende voornaamwoorden (vrag.vnw):
    wie, wat, welk(e), wat voor (een).

  • Een vrag.vnw staat meestal aan het begin van een vraag. Welke spieren train je met hardlopen?

  • Wanneer een vrag.vnw midden in een zin staat, kun je er een vraag van maken waarin het vragend voornaamwoord vooraan komt te staan.

    Weet jij wie er morgen op je verjaardag komen
    Wie komen er vanavond op je verjaardag, weet jij dat?
    Wie = vragend voornaamwoord



Heb je nog vragen?

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen behaald?
Je kan aan het einde van deze les:
 1. Benoemen wat er met een bloeddruk gemeten wordt.
 2. Benoemen waarom we bloeddruk meten.
 3. Het verschil uitleggen tussen hoge en lage bloeddruk.
4. Uitleggen wat de normaal waarde van bloeddruk is.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies