Les 2 uni3

• Spaans
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 2

Unidad 3 Mi Familia - les 2

Mi familia y yo

Planificación: jueves 6 de febrero

Absentie & planning vandaag	5 min
Herhaling les 1	5 min
Kijk & luisteroefening	10 min
Bezittelijk voornaamwoord	20 min
Daltontaak	5 min
Evaluatie & afsluiting	5 min

Herhaling les 1

- Zorg dat je bent ingelogd op LessonUp.

- Doe mee op je eigen tablet.

Hoe zeg je 'man' in het Spaans?

1. esposa
2. padre
3. nieto
4. hombre

Wat is de Spaanse vertaling van 'neef'?

1. suegro
2. primo
3. hermano
4. nieto

Hoe noem je 'tante' in het Spaans?

1. madre
2. tía
3. abuela
4. prima

Wat is het Spaanse woord voor 'kleindochter'?

1. nieta
2. hija
3. sobrino
4. hermana

Hoe zeg je 'opa' in het Spaans?

1. abuelo
2. padre
3. tío
4. primo

Kijk & luisteroefening

1.Wat wordt er voor de fallas gemaakt en van welke materialen?

2.Hoelang kunnen sommige creaties zijn? …. meter

3.Wie maken deze creaties? 

4.Wanneer vindt het evenement plaats?

Kijk & luisteroefening

1.Wat wordt er voor de fallas gemaakt en van welke materialen?

2.Hoelang kunnen sommige creaties zijn? …. meter

3.Wie maken deze creaties? 

4.Wanneer vindt het evenement plaats?

Het bezittelijk voornaamwoord

- Uitleg in het Nederlands..

- Hoe werkt dit in het Spaans?

- Hoe ziet dit eruit?

Het bezittelijk voornaamwoord

Nederlands	Spaans (enkelvoud)	Spaans (meervoud)
mijn	mi	mis
jouw	tu	tus
zijn/haar	su	sus
onze	nuestro	nuestros
jullie	vuestro	vuestros
hun	su	sus

Voorbeelden

• mi madre (mijn moeder)
• tus hermanos (jouw broers)
• su abuela (zijn/haar grootmoeder)
• nuestro primo (onze neef)
• vuestras tías (jullie tantes)
• sus hijos (hun kinderen)

¿Dónde está ___ libro? (jij)

1. tu libro
2. su libro
3. mi libro
4. nuestro libro

___ casa es muy grande. (wij)

1. Su casa
2. Tu casa
3. Mi casa
4. Nuestra casa

___ perro es muy amigable. (ik)

1. nuestro perro
2. tu perro
3. mi perro
4. su perro

¿Dónde está ___ coche? (zij)

1. mi coche
2. nuestro coche
3. su coche
4. tu coche

___ amigos vienen mañana. (jullie)

1. vuestros amigos
2. mis amigos
3. sus amigos
4. nuestros amigos

Werkboek pagina 50

Maak opdracht 8 & 11

Wat hebben we geleerd vandaag?

¡Hasta la próxima clase!