In deze les zitten 18 slides, met interactieve quiz en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Wat wordt er van jullie verwacht?
Doe je jas uit
Pak je spullen op tafel
Je telefoon weg
Ga rustig zitten
timer
2:00
Slide 1 - Tekstslide
3.1 Organismen ordenen
Slide 2 - Tekstslide
wat gaan we vandaag doen?
Start thema 3 Ordening
Nieuwe theorie: 3.1 Organismen ordenen
zelf aan de slag
Slide 3 - Tekstslide
Leerdoelen
3.1.1 Je kunt organismen indelen door te kijken naar gemeenschappelijke kenmerken.
3.1.2 Je kunt kenmerken noemen van de cellen van bacteriën, schimmels, planten en dieren.
3.1.3 Je kunt uitleggen wanneer organismen tot dezelfde soort behoren.
Slide 4 - Tekstslide
Inleiding
Op de wereld leven veel verschillende soorten organismen. Biologen delen organismen in verschillende groepen in. Ze kijken bij het indelen naar de kenmerken van organismen.
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Indeling in 4 rijken
Je moet 4 rijken kennen:
- bacteriën
- schimmels
- planten
- dieren
Sommige organismen bestaan uit één cel. Zij zijn eencellig. Organismen die uit twee of meer cellen bestaan, heten meercellig.
Slide 7 - Tekstslide
Kenmerken
De drie kenmerken die verschillen zijn:
• een celkern
• een celwand
• bladgroenkorrels
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
3.1 organismen ordenen
planten:
- wel een celkern
- wel een celwand
- wel bladgroenkorrels
Slide 10 - Tekstslide
3.1 Organismen ordenen
dieren:
- wel een celkern
- geen celwand
- geen bladgroenkorrels
Slide 11 - Tekstslide
3.1 Organismen ordenen
bacteriën:
- geen celkern
- wel een celwand
Slide 12 - Tekstslide
3.1 organismen ordenen
schimmels:
- wel een celkern
- wel een celwand
- geen bladgroenkorrels
Slide 13 - Tekstslide
plantencel
dierlijke cel
schimmelcel
bacterie
Slide 14 - Sleepvraag
Soorten en rassen
Organismen behoren tot één soort als ze samen vruchtbare nakomelingen kunnen krijgen. Dit geldt ook voor planten.