In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Planning
Slide 2 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Nieuwsquizzzz
Slide 3 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Nieuw Thema
Inspraak: we gaan het in dit thema hebben over wat een democratie inhoudt, verkiezingen, media en actie, gemeente en Eurpese Unie.
Slide 4 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 5 - Woordweb
Deze slide heeft geen instructies
Democratie
Een land waarin inwoners mogen meebeslissen over politieke kwesties en invloed hebben op het bestuur van het land.
Slide 6 - Tekstslide
(schuingedrukte woorden zijn begrippen die voor hen belangrijk zijn)
Hoe ziet dat er dan uit?
Mee beslissen en invloed
Verschillende manieren invloed
Slide 7 - Tekstslide
In een democratie mogen alle inwoners meebeslissen over politieke kwesties en heeft iedereen invloed op het bestuur van het land.
Je kunt op verschillende manier invloed hebben, bijvoorbeeld door te stemmen tijdens verkiezingen of door acties te voeren tegen een beslissing waar je het niet mee eens bent.
Slide 8 - Video
gaat door tot 0.44, alles daarna gaat over stemmen.
Directe- of Indirecte democratie
Directe democratie: inwoners stemmen direct over politieke kwesties = een referendum
Indirecte democratie: de volksvertegenwoordigers nemen beslissingen
Slide 9 - Tekstslide
In een democratie mogen inwoners meebeslissen. Dat kan op verschillende manieren. Je hebt twee vormen van democratie: directe democratie en indirecte democratie.
In een directe democratie stemmen inwoners van een gebied direct over politieke kwesties. Als er in een directe democratie bijvoorbeeld een plan is om een vliegveld aan te leggen, wordt dit plan eerst aan de bewoners voorgelegd. De inwoners beslissen door te stemmen of het plan wordt uitgevoerd: een referendum.
Hoewel Nederland geen directe democratie is, wordt er soms wel een referendum gehouden. Dat gaat vaak over een regionale kwestie, zoals samen gaan van gemeenten.
In een directe democratie hebben de inwoners veel invloed op de politieke keuzes die worden gemaakt, maar is het lastig om beslissingen te nemen. Elk plan of idee moet namelijk aan de hele bevolking worden voorgelegd.
Daarom is Nederland, net als de meeste democratische lande, een indirecte democratie. Je kiest tijdens de verkiezingen volksvertegenwoordigers, bijv. leden uit de tweede kamer en gemeenteraad. Deze volksvertegenwoordigers nemen beslissingen namens jou.
Slide 10 - Tekstslide
Hoe ziet dat er nou uit in de maatschappij. Hier een voorbeeld.
Slide 11 - Video
Deze slide heeft geen instructies
Een referendum over een landelijke kwestie is een slecht idee. Mensen weten niet genoeg van politiek om daar een goede beslissing over te nemen.
Slide 12 - Woordweb
Stelling!
Wat vinden de studenten van deze stelling?
Slide 13 - Video
Opdracht in studiemeter is het belangrijk om over dictatuur en democratie
Politieke partij
Je kiest volksvertegenwoordigers die namens jou politieke keuzes maken.
Een politieke partij bestaat uit een groep mensen die ongeveer hetzelfde denken over de samenleving.
Slide 14 - Tekstslide
Partijen hebben verschillende ideeën over hoe de samenleving eruit zou moeten zien. De VVD vindt bijvoorbeeld dat de overheid zich niet te veel met het leven van mensen moet bemoeien.
De SP vindt dat de overheid juist moet ingrijpen in de samenleving om ervoor te zorgen dat het verschil tussen arm en rijk minder groot wordt.
Politieke partijen doen mee aan verkiezingen om invloed te krijgen in de politiek. Op die manier proberen ze hun ideeën om te zetten in politieke beslissingen.
Slide 15 - Tekstslide
zie afbeelding voor uitleg bij de verschillende stromingen in de politiek en waar de (huidige) partijen staan (2021)