Ondervoeding 22B2ST
1 / 15
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Wat betekent ondervoeding
Slide 2 - Open vraag
Wat is een meetinstrument voor ondervoeding?
A
Katz ADL
B
SNAQ
C
Ecogram
D
DOS
Slide 3 - Quizvraag
Ondervoeding komt voor bij?
A
mensen met ondergewicht
B
mensen met een normaal gewicht
C
mensen met overgewicht
D
alle bovenstaande
Slide 4 - Quizvraag
wat is GEEN gevolg van ondervoeding?
A
lage afweer
B
kans op doorligplekken
C
diabetes mellitus
D
langer herstel na ingreep
Slide 5 - Quizvraag
Hoeveel procent van de ziektelast in Nederland komt door een ongezonde leefstijl?
A
20%
B
30%
C
40%
D
50%
Slide 6 - Quizvraag
Hoeveel procent van de Nederlandse bevolking (18 jaar en ouder) heeft overgewicht?
A
30%
B
40%
C
50%
D
60%
Slide 7 - Quizvraag
Is de volgende stelling juist of onjuist?
Ondervoeding kan overgewicht verergeren?
Ondervoeding kan overgewicht verergeren?
A
Juist
B
Onjuist
Slide 8 - Quizvraag
Ouderen die minder stappen per dag (minder dan 5000) maken, hebben meestal ook te weinig..............in de voeding
A
koolhydraten
B
eiwitten
C
vetten
D
mineralen
Slide 9 - Quizvraag
De eiwitbehoefte voor volwassenen is:
A
0,3 - 0,4 g per kg lichaamsgewicht
B
0,5 - 0,6 g per kg lichaamsgewicht
C
0,7- 0,8 g per kg lichaamsgewicht
D
0,8 - 1,0 g per kg lichaamsgewicht
Slide 10 - Quizvraag
Welk percentage van de ouderen heeft een vitamine tekort?
A
30%
B
40%
C
50%
D
60%
Slide 11 - Quizvraag
Hoe signaleer jij ondervoeding bij zorgvragers? Welk instrument gebruik je om (risico op ) ondervoeding vast te stellen?
Slide 12 - Open vraag
1. In welke branche ben je werkzaam (thuiszorg, verpleeghuis, GGZ etc)
2. Hoeveel van de zorgvragers binnen jouw branche zijn ondervoed?
2. Hoeveel van de zorgvragers binnen jouw branche zijn ondervoed?
Slide 13 - Open vraag
Wat is binnen de instelling waar je werkt het behandelplan bij ondervoeding?
Slide 14 - Open vraag
Je weet wat ondervoeding is en wat de oorzaken en gevolgen hiervan zijn.
