Some en any






Some en any?

We gaan eerst naar de uitleg video kijken.

1 / 41
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 41 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les






Some en any?

We gaan eerst naar de uitleg video kijken.

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Link

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

some or any
We need _______ bananas.

Slide 9 - Open vraag

Choose the right option:
Can I have some/any sugar in my tea?

Slide 10 - Open vraag

Choose the right option:
Yes of course! Here's some sugar.

Slide 11 - Open vraag

Choose between some/any:
I would love .... apples.

Slide 12 - Open vraag

SOME / ANY

Those apples look nice! Shall we get ...?

Slide 13 - Open vraag

Please give me ... water.
Some or any?

Slide 14 - Open vraag

Fill in the correct word (some, any, anybody, etc.) I'm really thirsty. Can I have....water?
timer
0:30

Slide 15 - Open vraag

Kies: some/any
Would you like ... tea?

Slide 16 - Open vraag

Fill in: some – any.

Kathy went to a restaurant with ______ of her friends.

Slide 17 - Open vraag

Fill in: some – any.

Have you got _____ cousins?

Slide 18 - Open vraag

Fill in: some – any.

Did they have _____ new information about the restaurant?

Slide 19 - Open vraag

Fill in: some – any.

There isn't _____ food left.

Slide 20 - Open vraag

Slide 21 - Video

Geef het meervoud van:
boy

Slide 22 - Open vraag

Geef het meervoud van:
girl

Slide 23 - Open vraag

Geef het meervoud van:
chair

Slide 24 - Open vraag

Geef het meervoud van:
table

Slide 25 - Open vraag

Geef het meervoud van:
room

Slide 26 - Open vraag

Geef het meervoud van:
shoe

Slide 27 - Open vraag

Geef het meervoud van:
box

Slide 28 - Open vraag

Geef het meervoud van:
tomato

Slide 29 - Open vraag

Geef het meervoud van:
potato

Slide 30 - Open vraag

Geef het meervoud van:
baby

Slide 31 - Open vraag

Geef het meervoud van:
hobby

Slide 32 - Open vraag

Geef het meervoud van:
life

Slide 33 - Open vraag

Geef het meervoud van:
wife

Slide 34 - Open vraag

Geef het meervoud van:
man

Slide 35 - Open vraag

Geef het meervoud van:
woman

Slide 36 - Open vraag

This week:
Eerst uitleg meervoud zelfstandig naamwoorden.
  • Samenvatting leesopdracht alleen maken. Alinea 1 en 2 in het nederlands 
  • Leesopdracht in Classroom (google forms opdracht)
  • Gimkit maken in classroom (linkerpagina voor so volgende week)

  • Maken in stepping stones
  • Oefeningen die op opnieuw maken staan.
  • C: Reading
  • D: Speaking en Stones

Volgende week donderdag een so.










Slide 37 - Tekstslide

Vandaag:

Bespreken punten menu's en  hoe ik eraan kom.
Uitgangpunt voor een voldoende is altijd; aan de opdracht voldaan.
Missen de ingrediënten in je menu's dan kan je nooit een voldoende halen.
Heb je niet aan de opdracht voldaan, dan nooit een voldoende.

Leestekst. Samen bespreken en techniek van het lezen.
Afmaken: huiswerk.

Ik verwacht van iedereen dat er goed wordt meegedaan. 
Kliergedrag gaat gevolgen hebben.

Slide 38 - Tekstslide

Leesvaardigheid:

In de eindexamenklas bestaat het eindexamen van talen uit leesteksten.
Dat is 50% van je eindpunt.
Goed kunnen lezen is dus essentieel en er valt veel te leren door goed te oefenen.

Wat lees je van een tekst?
  1. Lees de koppen zeer goed en probeer te begrijpen wat daar staat.
  2. Lees de titel en eerste alinea zeer goed. De 1ste alinea is de inleiding van waar het artikel over gaat.
  3. Lees de laatste alinea heel goed. Daar staat (vaak) de conclusie in van het artikel of een soort van samenvatting.
  4. Snap je de vragen eigenlijk goed. Weet je waar je op antwoordt?

Slide 39 - Tekstslide

Soms weet je bepaalde woorden niet.
Hoeveel % kan je missen voordat dat leidt tot niet kunnen begrijpen van een tekst.
A
10
B
30
C
20
D
40

Slide 40 - Quizvraag

Leesvaardigheid:

We gaan samen de tekst opnieuw lezen.

Daarna in duo's de vragen opnieuw maken.
Probeer samen te kijken waarom je denkt dat een antwoord goed is.
Welk antwoord denken jullie beiden dat goed is.




Slide 41 - Tekstslide