Woorden - H.1.5 - les 3

Woorden - H. 1.5
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Woorden - H. 1.5

Slide 1 - Tekstslide

Start van de les
  • IPad op de hoek van je tafel, gesloten.
  • Tas op de grond.
  • Telefoon en sleutels in je tas

Start met lezen in je leesboek.

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Doelen van vandaag
In deze paragraaf leer je:
• ongeveer 25 nieuwe woorden;
• wat samenstellingen zijn.

Slide 4 - Tekstslide

Wat is de betekenis van 'het ver schoppen'?
A
deel van een hoofdstuk
B
bekend persoon die je erg bewondert
C
iets wordt mogelijk
D
veel bereiken, veel succes hebben in het leven

Slide 5 - Quizvraag

Wat is de betekenis van 'een kans bieden'?
A
zeker van jezelf
B
iets wordt mogelijk
C
apart, verrassend
D
deel van een hoofdstuk

Slide 6 - Quizvraag

bekend persoon die je erg bewondert
in het midden staan, veel aandacht krijgen
wat er niet is, wat gemist wordt
graag je best ervoor willen doen
centraal staan
gemotiveerd zijn
het idool
ontbreken

Slide 7 - Sleepvraag

Wat is de betekenis van 'beoordelen'?
A
plotseling herinneren
B
denken dat het minder is dan in werkelijkheid
C
een oordeel geven, zeggen wat je ervan vindt
D
het je voorstellen, fantaseren

Slide 8 - Quizvraag

Wat is de betekenis van 'veelbelovend'?
A
accepteren dat het zo is
B
iets of iemand belachelijk maken
C
talentvol, met goede kansen
D
het je voorstellen, fantaseren

Slide 9 - Quizvraag

aan de slag gaan
de carrière
energie steken in
ervan overtuigd zijn
wat je bereikt in je werk
aan het werk gaan, beginnen
het heel zeker weten
moeite doen voor

Slide 10 - Sleepvraag

Woordtrainer
Oefenen met de woordtrainer via Talent hoofdstuk 1.5.

Slide 11 - Tekstslide

Samenstelling

Slide 12 - Tekstslide

Wat zijn samenstellingen?
A
Woorden met meerdere betekenissen.
B
Woorden die ongeveer hetzelfde betekenen.
C
Woorden die uit twee of meer aparte woorden bestaan
D
Tegengestelde woorden.

Slide 13 - Quizvraag

Een voorbeeld van een samenstelling is
A
tafeltennis
B
telefoon
C
televisie
D
etui

Slide 14 - Quizvraag

Dit is een samenstelling:
fietsbel
A
Waar
B
niet waar

Slide 15 - Quizvraag

Dit is een samenstelling:
badkamerspiegel
A
Waar
B
niet waar

Slide 16 - Quizvraag

Dit is een samenstelling:
vitaminepil
A
Waar
B
niet waar

Slide 17 - Quizvraag

Maken Woorden 1.5  opdr. 18 en 19
timer
10:00
Klaar?
  • Test jezelf
  • huiswerk maken
  • lezen Govert

Slide 18 - Tekstslide