In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 120 min
Onderdelen in deze les
Yasin
Mutiea
Bushra
Ziqiang
Arush
Rojda
onur
Saffae
Yusuf
Nikolas
Wassila
Mohamad
Amjad
Nikolas
Saood
Daniel
Medina
Cinar
Kadir
Medina
Almutasim
Denislav
Diego
docent
Slide 1 - Tekstslide
Reading Strategies
Aim: At the end of this lesson you have reviewed reading strategies.
Slide 2 - Tekstslide
Leesstrategieen
1. oriënterend lezen (Orientation reading
2. globaal lezen (Skimming reading)
3.zoekend lezen (Scanning reading)
4. intensief lezen (intensive reading)
Slide 3 - Tekstslide
oriënterend lezen
Bekijk de tekst
Titel + tussenkopjes
Intro
Foto's / plaatjes / tekeningen
Bron
Opvallende dingen?
Waar gaat de tekst over??????
Slide 4 - Tekstslide
Globaal lezen (skimming)
titel en tussenkopje lezen
lees de inleiding en het slot
lees de eerste en laatste zin van elke alinea
Wat is de belangrijkste informatie van deze tekst?
(what is the main idea)
Slide 5 - Tekstslide
Zoekend lezen (scanning)
lees de titel en tussenkopjes
zoek naar kernwoorden die te maken hebben met wat je zoekt.
kijk naar anders gedrukte woorden
stop met lezen als je het antwoord gevonden hebt
Gerichte informatie zoeken.
Slide 6 - Tekstslide
Intensief lezen (Intensive reading)
lees de hele tekst
let op de inleiding en tussenkopjes
zoek de belangrijkste zinnen en woorden uit de alinea's
zoek de betekenis op van belangrijke woorden en zinnen.
Je probeert alle informatie in de tekst te begrijpen
Slide 7 - Tekstslide
Extra tips
Raad de betekenis van onbekende woorden
Wees slim (gebruik een strategie)
Kijk goed naar wat er gevraagd wordt!
Slide 8 - Tekstslide
(Recap) What do you remember of reading strategies?
Slide 9 - Woordweb
Lees onderstaande leessituaties. Welke leesstrategie pas je toe?
Situatie 1:
Om 07.00 uur valt de krant door de brievenbus. Voordat je naar school gaat, wil je snel weten wat het belangrijkste nieuws is.
Situatie 2:
Voor biologie moet je een werkstuk maken over klimaatverandering. Je hebt op een internet een tekst gevonden over het klimaat. Je wilt weten of je de tekst kunt gebruiken.
Situatie 4:
Je wilt een pretpark bezoeken en bent benieuwd naar de prijzen. Je bezoek de website van het pretpark.