Deze woorden komen niet voor in woordenlijst rose, stonden wel opgenomen

wanneer
  • hoe laat?
  • op welke dag?
  • welke tijd? 
  • zin: Wanneer ben je jarig?
1 / 7
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 7 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

wanneer
  • hoe laat?
  • op welke dag?
  • welke tijd? 
  • zin: Wanneer ben je jarig?

Slide 1 - Tekstslide

want
  • omdat
  • zin: Ik ga naar bed, want ik ben moe. 
  • zin: Ik kom niet naar school, want ik ben ziek.

Slide 2 - Tekstslide

wel
  • een beetje
  • wel waar <----> niet waar
  • zin: Ik hou niet van koffie, maar mijn vriendin wel.
  • zin: Die jurk is wel leuk, maar ik vind de broek mooier. 

Slide 3 - Tekstslide

de wereld
  • alle landen en zeeën samen 
  • zin: Op de hele wereld wonen 7 miljard mensen (7000.000.000).

Slide 4 - Tekstslide

werken (ww)
  • je werk doen
  • je werkt om geld te verdienen
  • werkwoord : werk / werkt / werken
  • zin: Hij werkt in een schoenenwinkel. 

Slide 5 - Tekstslide

de werker
  • iemand die werkt 
  • zin: Hij is een harde werker.

Slide 6 - Tekstslide

de zee
  • heel groot stuk zout water
  • zin: Als we naar het strand gaan, ga ik altijd in de zee zwemmen. 
  • zin: Den Helder ligt aan de zee.

Slide 7 - Tekstslide