Les 3 Bruto Winst

Verkoopcijfers
Bruto winst 
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerkoopcijfersMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Verkoopcijfers
Bruto winst 

Slide 1 - Tekstslide

Programma
Wat heb ik vorige keer geleerd?
Nakijken opgaven.
Wat ga ik vandaag leren?
Uitleg
Maken opgaven.
Afsluiten

Slide 2 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen goederen en diensten?

Slide 3 - Open vraag

Wat is afzet?

Slide 4 - Open vraag

Doel vandaag
Na deze les kan ik de bruto winst berekenen.

Slide 5 - Tekstslide

Nakijken opgaven
Nakijken opgaven 7 tot en met 14

Slide 6 - Tekstslide

Bruto Winst
= Verschil tussen omzet en de inkoopwaarde van de omzet (IWO). 

Is dat wat je over houdt aan je handel?

Meestal niet: er zijn nog andere kosten die eraf moeten. 
Dan houd je de Netto winst over. 

Slide 7 - Tekstslide

Brutowinst voorbeeld
Brutowinst = omzet – inkoopwaarde van de omzet
Rekenvoorbeeld:
Verkoopprijs ombouwset e-bike              € 1.195
Inkoopprijs ombouwset e-bike                  € 684 −
Brutowinst per set                                           € 511




Slide 8 - Tekstslide

Verwerken
Maken opgaven 15 tm 22
10 minuten
Als af, lees de volgende paragraaf of maak voor jezelf een samenvatting.





timer
1:00

Slide 9 - Tekstslide

Omzet € 23.673, Inkoopkosten € 12.790
Wat is de bruto winst in €?

Slide 10 - Open vraag

Einde les.

Slide 11 - Tekstslide