Paragraaf 3.3

Paragraaf 3.3
Hoe werkt de markt?



Mevrouw Hollestelle
khl@lodewijkcollege.nl
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Paragraaf 3.3
Hoe werkt de markt?



Mevrouw Hollestelle
khl@lodewijkcollege.nl

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen vandaag?
- Stukje theorie;
- Zelfstandig aan het werk;
- Quiz

Slide 2 - Tekstslide

Wat kan je aan het einde van deze les?
- Je kunt het verschil uitleggen tussen een homogeen- en heterogeen product;
- Je kunt uitleggen wat een perfect werkende markt;
- Je kunt de verschillen uitleggen tussen de verschillende marktvormen;
- Je kunt uitleggen hoe bedrijven concurreren op een oligopolistische markt.

Slide 3 - Tekstslide

De vorige keer hebben we het gehad over:
- Evenwichtsprijs;
- Evenwichtshoeveelheid;
- Marktevenwicht;
- Vraagoverschot;
- Aanbodoverschot.

Slide 4 - Tekstslide

Homogene- / heterogene producten
Homogene producten zijn exact dezelfde producten
bijvoorbeeld: Graan, melk en suiker (landbouwproducten)

Heterogene producten zijn producten met verschillen:
bijvoorbeeld: chips (verschillende smaken)

Slide 5 - Tekstslide

Volkomen concurrentie 
Volkomen concurrentie = een perfect werkende markt
Een perfect werkende markt heeft de volgende eigenschappen:
- Alle aanbieders verkopen letterlijk het zelfde product;
- Veel vragers en aanbieders;
- Alle marktaanbieders hebben de zelfde informatie;
- Aanbieders mogen dit product verkopen en ook hier weer mee stopppen.

Slide 6 - Tekstslide

Marktvormen
Monopolist: veel vragers en maar 1 aanbieder , bijvoorbeeld NS

Monopolistische concurrentie: heterogene producten, met veel aanbieders, bijvoorbeeld detailhandel.


Slide 7 - Tekstslide

Oligopolie
Is een markt met weinig aanbieders en kunnen elkaar in de gaten houden. 
Zij kunnen 2 dingen doen:
- Prijs- en marktafspraken maken (kartel)
- Prijs verlagen, om meer macht te krijgen op de markt.

Slide 8 - Tekstslide

Individueel aan het werk
Opgave: 29 - 30 - 31 - 32 - 33
Pagina 78 - 79
Hiervoor krijg je 15 minuten

Ben je eerder klaar? Maken opgave 34 - 35 - 36 - 37 - 38

timer
15:00

Slide 9 - Tekstslide

Noem een voorbeeld van een homogeen goed

Slide 10 - Open vraag

Noem een voorbeeld van een heterogeen goed

Slide 11 - Open vraag

Hoe noemen we de markt met maar 1 aanbieder.
A
Monopolie
B
Monopolistische concurrentie
C
Oligopolie
D
Kartel

Slide 12 - Quizvraag

Wat is verborden
A
Het voren van een prijsoorlog
B
Het vormen van een Kartel

Slide 13 - Quizvraag

Noem een kenmerk van een volkomen concurrentie.

Slide 14 - Open vraag

Huiswerk voor volgende les
Maken tot en met opgave 33.
Paragraaf 3.3

Slide 15 - Tekstslide