BS 2 Bestuiving
1 / 18
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Video
De bloemkelk is meestal
A
Gekleurd
B
Groen
C
Alle kleuren behalve groen
D
Geel
Slide 2 - Quizvraag
Waaruit bestaat de bloemkelk?
A
Stuifmeel
B
Helmknop
C
Kelkbladeren
D
Kroonbladeren
Slide 3 - Quizvraag
Bestaat de bloemkelk uit kroonbladeren?
A
Ja
B
Nee
C
Soms
D
Alleen als ze niet groen zijn
Slide 4 - Quizvraag
Wat is de functie van een bloemkelk?
A
Beschermen van de bloem in de knop tegen uitdroging en kou
B
Het beschermen van de stengel
C
Het lokken van insecten
D
Heeft geen functie
Slide 5 - Quizvraag
stempel
stijl
vruchtbeginsel
helmknop
helmdraad
kroonblad
kelkblad
bloemsteel
stamper
meeldraad
Slide 6 - Sleepvraag
Slide 7 - Tekstslide
Welk cijfer geeft kruisbestuiving aan?
A
4
B
8
C
2
D
1 en 4
Slide 8 - Quizvraag
Welk cijfer geeft zelfbestuiving aan?
A
1
B
5
C
2, 3 en 8
D
6
Slide 9 - Quizvraag
Stuifmeelkorrels heten ook wel
A
Zaden
B
Pollen
C
Sporen
D
Cellen
Slide 10 - Quizvraag
De stamper is
A
Een mannelijk voortplantingsorgaan
B
Een vrouwelijk voortplantingsorgaan
Slide 11 - Quizvraag
Het stuifmeel bevindt zich in
A
De bloemkelk
B
Het zaadbeginsel
C
Het vruchtbeginsel
D
De helmhokjes
Slide 12 - Quizvraag
Een vruchtbeginsel kan meerdere eicellen bevatten
A
Waar
B
Niet waar
Slide 13 - Quizvraag
Waaraan herken je insectenbloemen?
Slide 14 - Open vraag
Heeft de eicel een celkern?
A
Ja
B
Nee
C
Misschien
D
Soms
Slide 15 - Quizvraag
Wat is nectar?
A
Honing
B
Een soort perzik
C
Een kledingmerk
D
Zoet sap dat insecten aantrekt
Slide 16 - Quizvraag
Waaraan herken je windbloemen?
A
Ze staan in de wind
B
Ze produceren heel veel stuifmeel
C
De meeldraden hangen buiten de bloem
D
De bloemen gaan open als het waait
Slide 17 - Quizvraag
Noem drie verschillende dieren die bloemen kunnen bestuiven
