Herhaling H5

Paragraaf 5.1
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Paragraaf 5.1

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is Laag-Nederland?
A
Een stuk van Nederland dat half in de zee ligt
B
Deel van NL dat lager ligt dan 1 m boven de zeespiegel
C
Deel van NL dat hoger ligt dan 1 m boven de zeespiegel

Slide 2 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het Nederlandse landschap bestaat uit:
Hoog-Nederland
Laag-Nederland
Welke letter geeft Hoog-Nederland aan?

A
A
B
B

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De rivieren in Nederland zorgen voor veel:
A
Erosie
B
Sedimentatie
C
Verwering
D
Stenen

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

zand
klei
komgronden
hogere

Slide 5 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Klei
Komgronden
Rivier
Oeverwal
Stroomrug
Zand

Slide 6 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Is de foto in hoog of laag Nederland genomen?
A
Hoog
B
Laag

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Is de foto in hoog of laag Nederland genomen?
A
Hoog
B
Laag

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is veen?

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Paragraaf 5.2

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een polder?

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke polder is het diepste?
A
zeepolder
B
droogmakerij
C
veenpolder

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar of niet waar? Zeepolder liggen rond zeeniveau?
A
Waar
B
Niet waar

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bescherming tegen zee
Bescherming tegen rivieren 
Winterdijk
Ruimte voor de rivieren
Delta werken
Duinen

Slide 14 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Paragraaf 5.3

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Door klimaatverandering...
A
zijn er minder hevige buien en is er minder smeltwater
B
zijn er minder hevige buien en is er meer smeltwater
C
zijn er vaker hevige buien en is er meer smeltwater
D
zijn er vaker hevige buien en is er minder smeltwater

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Natuurlijk broeikaseffect
Versterkt broeikaseffect
Teveel 
CO2
gemiddeld 2 graden warmer
Klimaatverandering
Zonder dit is het -18 graden op aarde
Zeespiegelstijging
Natuurlijke verwarming
De zon als motor
De mens als motor

Slide 17 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Broeikaseffect
Verzwakt broeikaseffect
Versterkt broeikaseffect

Slide 18 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar
Niet waar
Door het broeikaseffect wordt het te warm op de aarde
De oorzaak van het broeikaseffect is dat er teveel water op aarde is 
Het broeikaseffect is in bepaalde delen van de wereld

Slide 19 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Paragraaf 5.4

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Mitigatie betekent:
A
maatregelen om de uitstoot van broeikasgassen te verhogen
B
maatregelen om de uitstoot van zuurstof te verminderen
C
maatregelen om de uitstoot van Co2 over te dragen aan een volgende generatie
D
maatregelen om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Dit is een wadi.
A
goed
B
fout

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Adaptatie
Mitigatie

Slide 23 - Sleepvraag

A=Groene parkeerplaatsen met grastegels om water door te laten. - Adaptatie
én om hitte van stenen te voorkomen -Mitigatie
B= Milieuzone in de stad. (diesel)Auto's met veel uitstoot worden geweerd in de stad om luchtvervuiling in de stad te voorkomen.- Adaptatie
én om Co2 uitstoot te verminderen -mitigatie
C= Wadi= Om regenwater op te vangen en het riool te ontlasten- Adaptatie
D= Zonnepanelen: Alternatieve energiebron ipv vervuilende koolcentrales- Mitigatie
E= Dak wit verven om hogere Albedo waarde te krijgen (en daarmee UHI te voorkomen).- Mitigatie
F= Groen dak: Isolatie waarde, waterberging en hogere Albedo waarde -Adaptatie en mitigatie
G= Airco, milieubelastende manier om gebouwen te verkoelen- Adaptatie