Reflectieverslag schrijven

VERSLAGEN SCHRIJVEN
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

VERSLAGEN SCHRIJVEN

Slide 1 - Tekstslide

Aan het einde van de les
* kun je uitleggen reflecteren is;
* weet je waar de letters STARR voor staan;
* kun je uitleggen waarom je moet reflecteren;
* kun je een reflectieverslag schrijven volgens de STARR-methode.

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Hoeveel verslagen moet je in schrijven voor je stage?
A
4
B
6
C
8
D
10

Slide 4 - Quizvraag

Welke 3 soorten verslagen moet je schrijven?

Slide 5 - Open vraag

Soorten verslagen
6 opdrachtverslagen

1 overkoepelend stageverslag

1 verslag voor loopbaan

Slide 6 - Tekstslide

Wat doe je in een verslag? Welke vragen komen aan de orde?

Slide 7 - Open vraag

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Welke onderdelen komen aan bod?
Wat is reflecteren?
Waarom moet je reflecteren?
Wat is STARR?
Hoe schrijf je een goed verslag?

Slide 11 - Tekstslide

Wat is reflectie?

Slide 12 - Woordweb

Wat is reflecteren?
1. Het terugkaatsen van licht- en geluidsgolven. 
2. Het beschrijven van jouw eigen gedachten en handelingen en de gevolgen daarvan. 


Zien jullie het verband tussen de twee betekenissen?

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Waarom? 
Door reflectie:
  • vergroot je je zelfkennis. 
  • krijg je inzicht in waar je kunt verbeteren en waar je al goed in bent.
  • ga je herkennen wat wel en niet werkt, voor jou en anderen.
  • leer je zien hoe anderen op jou reageren.



Slide 15 - Tekstslide

Doorlopend proces
Je bent nooit klaar met reflecteren! 

Door het nu regelmatig bewust te doen, zul je merken dat het op een gegeven moment vanzelf gaat bij alles wat je doet. 

Een reflectieverslag is een momentopname. 

Slide 16 - Tekstslide

Reflectieverslag volgens de  STARR-methode

Slide 17 - Tekstslide

Toelichting 
Situatie: wie, wat, waar, wanneer
Taak: opdracht, doel (waarom)
Actie: wat deden alle betrokkenen? (hoe)
Resultaat: doel bereikt? Zo niet, wat was wel het resultaat?
Reflectie: wat heb je geleerd en wat ga je een volgende keer anders doen?

Slide 18 - Tekstslide

ONTHOUD
STARR is een  hulpmiddel, een methode.
STARR is geen vast stramien. 
Reflecteren is immers een continu proces!

Slide 19 - Tekstslide

Andere methodes
Er zijn dus meer methodes om te reflecteren.

Belangrijk: laat zien wat je hebt gedaan, waarom je het hebt gedaan en wat je ervan geleerd hebt! 
En inderdaad... van positieve, mooie dingen kun je 
ook heel veel leren!

Slide 20 - Tekstslide

Bekijk de voorbeelden

Slide 21 - Tekstslide

 Doel bereikt?
* Weet je waar de letters STARR voor staan?
* Weet je waarom je moet reflecteren?
* Weet je hoe je een reflectieverslag schrijft volgens de STARR-methode?

Slide 22 - Tekstslide