Samenwerken, hoe doe je dat?

Samenwerken, hoe doe je dat?
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Samenwerken, hoe doe je dat?

Slide 1 - Tekstslide

Na deze les kun je benoemen
  • Hoe jij wil samenwerken
  • Wat je moet doen om succesvol te kunnen samenwerken
  • Kun je benoemen op welke manier je efficient feedback kunt geven
  • Kun je benoemen wat de 4 G's zijn

Slide 2 - Tekstslide

Ik vind het prima als iemand veel meer doet dan ik....

Slide 3 - Open vraag

In een team werken is veel efficienter dan als individu....

Slide 4 - Open vraag

Als ik het niet eens ben met iets dan hoef ik ook niet samen te werken met mijn teamgenoten

Slide 5 - Open vraag

Mijn team heeft één leidinggevende nodig.......

Slide 6 - Open vraag

De verantwoordelijkheid van het succes ligt bij de teamleider

Slide 7 - Open vraag

Hoe meer mensen in een team hoe beter de samenwerking

Slide 8 - Open vraag

Slide 9 - Video

Slide 10 - Video

Samenwerken is niet eenvoudig. Met deze samenwerkingsvaardigheden lukt het wel:
  • basisvaardigheden zoals: elkaars naam gebruiken, elkaar aankijken, zo duidelijk praten dat anderen je kunnen verstaan

  • gespreksvaardigheden zoals: luisteren, op je beurt wachten en elkaar begrijpen

  • taakgerichte vaardigheden zoals: gelijke deelname, individuele aanspreekbaarheid, positieve wederzijdse afhankelijkheid en simultane actie
  • oplossingsgerichte vaardigheden zoals: je in het standpunt van de ander verplaatsen, op een vriendelijke manier zeggen dat je het ergens niet mee eens bent en verschillende ideeën integreren 
  • evaluerende vaardigheden zoals: hulp vragen aan een ander, af en toe de voortgang samenvatten, elkaar een complimentje geven en na afloop het proces bespreken

Slide 11 - Tekstslide

Taakgerichte vaardigheden
Gelijke Deelname: Iedereen heeft een gelijk aandeel aan de opdracht, de taken zijn eerlijk verdeeld, iedereen voelt zich verantwoordelijk voor zijn taak. Je doet om de beurt wat, of er wordt aangegeven hoeveel tijd ieder krijgt.
Individuele Aanspreekbaarheid: Iedereen moet weten wat er gedaan is en kan na afloop over de opdracht vertellen.
Positieve Wederzijdse Afhankelijkheid: Je hebt elkaar nodig om de opdracht uit te voeren, je helpt elkaar zonder over te nemen. Je geeft elkaar de ruimte die nodig is. Accepteer dat het anders kan gaan. 
Simultane Actie: In alle teams wordt tegelijkertijd aan de opdracht gewerkt. 

 

Slide 12 - Tekstslide

Feedback

Slide 13 - Woordweb

Slide 14 - Video

Goede feedback geven is nog een hele kunst. Hoe doe je dat eigenlijk op een manier waar de ander ook echt mee vooruitkomt?

Slide 15 - Open vraag

Hoe geef je feedback?
  • Benoem het Gedrag.
  • Benoem het Gevoel dat dit jou geeft.
  • Geef het Gevolg aan voor jou.
  • Benoem het Gewenst gedrag (zo nodig).

Slide 16 - Tekstslide

Tips voor het geven van feedback:
  • Richt je op het resultaat
  • Begin met positieve feedback
  • Houd het bij jezelf
  • Focus op gedrag of acties
  • Wees specifiek en concreet
  • Controleer of de ontvanger het begrijpt
  • Biedt ruimte voor reactie

Slide 17 - Tekstslide