toetsje §1,2 en 3

Op welke twee manieren kun je een snelle beweging vastleggen?
1 / 11
volgende
Slide 1: Open vraag
Middelbare school

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen.

Onderdelen in deze les

Op welke twee manieren kun je een snelle beweging vastleggen?

Slide 1 - Open vraag

Hoe noem je een lamp die met regelmatige tussenpozen een korte lichtflits geeft?

Slide 2 - Open vraag

De tijdsduur tussen twee lichtflitsen is 0,15 s.
Hoeveel tijd heeft de hele beweging geduurd (van het eerste tot het laatste vastgelegde moment)?

Slide 3 - Open vraag

Je ziet een stroboscopische foto van een stuiterend balletje. De tijd tussen de lichtflitsen is steeds 0,04 s.
aWanneer beweegt het balletje het snelst? Waaraan zie je dat?

Slide 4 - Open vraag

Noteer de formule waarmee je de gemiddelde snelheid kunt berekenen.

Slide 5 - Open vraag

De familie De Ruiter gaat met de auto op vakantie. De afstand tussen hun woonplaats Drachten en hun vakantieadres in Confolens (midden Frankrijk) is 1100 km. Ze gaan om vier uur 's ochtends weg en komen om vijf uur 's middags aan.
Bereken de gemiddelde snelheid in km/h. Noteer de hele berekening: gegevens, gevraagd en uitwerking.

Slide 6 - Open vraag

De auto rijdt gedurende het grootste deel van de reis sneller dan 120 km/h. Toch is de gemiddelde snelheid maar 85 km/h.
Waaraan zou dat liggen?

Slide 7 - Open vraag

15 m/s =

Slide 8 - Open vraag

7,5 m/s

Slide 9 - Open vraag

20 m/s

Slide 10 - Open vraag

6,2 m/s

Slide 11 - Open vraag