De kaarten worden omgekeerd op een stapeltje gelegd.
Je pakt steeds een kaart van de stapel. Jij bekijkt bij welke van de andere leerlingen deze kwaliteit het beste past. Leg ook uit waarom je deze kaart bij hem/haar neerlegt.
Om de beurt leg je een kaart bij een leerling neer tot dat de kaarten op zijn.
Past een kaart niet bij een leerling dan wordt deze op een apart stapel gelegd.
Daarna schrijf je op welk kwaliteiten andere jou hebben gegeven