A.
Leg uit dat de waterschappen tegenwoordig moeten schipperen tussen twee tegenovergestelde problemen die veroorzaakt worden door de klimaatverandering.
B.
Een hydroloog, werkzaam op de hoge zandgronden, heeft de volgende leus: ‘Zo nat mogelijk de winter uit.’
Leg uit wat daarmee wordt bedoeld en hoe je dit voor elkaar krijgt.
C.
Stel dat jij als beleidsmedewerker bij het waterschap de ingebrachte watertoetsen moet beoordelen.
Krijgt een projectontwikkelaar bij de aanleg van een nieuwbouwwijk met 40 procent groene daken sneller groen licht van jou om met de bouw te starten dan een bouwer die 40 procent van de huizen voorziet van zonnecollectoren? Onderbouw je antwoord met argumenten.