In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Wat leuk! We hebben weer Biologie!!
Handen ontsmet? Tafel schoon? 1,5 meter afstand?
Goed zo!!!
Agenda op tafel.
Werkblad 2 op tafel (krijg je van mij)
Boek op tafel blz. 94
Pen? Potlood? pak die ook maar!
Nog niet inloggen in lessonup.
timer
4:00
Slide 1 - Tekstslide
We zijn weer op school:
Hoe gaat het met jullie?
Slide 2 - Tekstslide
Spelregels op school
Je fiets in de stalling zetten en direct door de hoofdingang naar binnen komen.
Bij binnenkomen je handen ontsmetten en direct naar je lokaal gaan
Looprichting volgen met pijlen
Kluisjes worden niet gebruikt!
Aan het einde van je lesdag. Naar buiten, fiets pakken en meteen naar huis.
Je blijft niet hangen bij school
Uitgang staat aangegeven
Slide 3 - Tekstslide
Spelregels in de klas
Bij binnenkomst je handen en tafel schoonmaken
Je blijft in het lokaal (docenten rennen)
Pauze in het lokaal (neem je eigen eten mee)
Alleen je eigen spullen gebruiken (je mag niks lenen)
Naar de WC, altijd vragen en van het juiste toilet gebruik maken. Zo min mogelijk!!
Slide 4 - Tekstslide
Thema 7 Herhaling BS 1 en 2
Slide 5 - Tekstslide
Cijfers
T gaat niet zo goed!
1G
1H
Slide 6 - Tekstslide
Wat gaan we doen
Herhalen van BS 1 en 2 van Thema 7
Uitleg van Bs 3 en 4 van Thema 7
Slide 7 - Tekstslide
Aan het einde van de les weet je :
Hoe planten zich voortplanten
Uit welke onderdelen de bloem bestaat
Wat de functie is van deze onderdelen (waar zijn ze eigenlijk voor??)
Wat bestuiving is.
Wat een windbloem is.
Wat een insektenbloem is.
Wat het verschil is tussen een windbloem en een insektenbloem.
Slide 8 - Tekstslide
Bloemkroon
Bestaat uit kroonbladeren:
Zijn vaak groot en opvallend gekleurd om insecten aan te trekken.
Sommige planten hebben kroonbladeren die helemaal niet opvallen. (later naar kijken)
Ook kroonbladeren kunnen los of vergroeid zijn.
Slide 9 - Tekstslide
Stampers zijn de vrouwelijke voortplantingsorganen van een plant:
Bestaat uit:
Een stempel
Een stijl
Een vruchtbeginsel
Het vruchtbeginsel bestaat uit een zaadbeginsel waarin een eicel ontstaat met een kern.
Slide 10 - Tekstslide
Meeldraden zijn de mannelijke voortplantingsorganen van een plant
Bestaat uit:
- Helmdraad
- Helmknop
De helmknop bestaat weer uit helmhokjes.
In de helmhokjes onstaat stuifmeel: stuifmeelkorrels zijn de mannelijke geslachtscellen van een plant
Slide 11 - Tekstslide
Wat is Bestuiving:
Het overbrengen van stuifmeel van een meeldraad op de stempel van een stamper.
Het is alleen bestuiving als het
stuifmeel op de stempel van een stamper terecht komt van
dezelfde soort plant.
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Stuifmeelkorrels
Slide 14 - Tekstslide
Kort Samengevat
Slide 15 - Tekstslide
Bevruchting
Voor bevruchting is eerst bestuiving nodig.
Er is een stuifmeelkorrel van dezelfde plantensoort op de stempel gekomen.
Uit elke stuifmeelkorrel groeit een stuifmeelbuis (pollenbuis) met kern door de stijl naar het vruchtbeginsel.
Hier zie je één stuifmeelbuis.
In het vruchtbeginsel kan de bevruchting plaatsvinden.
Bestuiving: Stuifmeelkorrel komt op de stempel (een deel van de stamper). Het is een stuifmeelkorrel van eenzelfde plantensoort.
1
Kern bevindt zich in de top van de stuifmeelbuis
2
Stuifmeelbuis met kern op weg naar één zaadbeginsel
Zaadbeginsels liggen in het vruchtbeginsel
3
In elk zaadbeginsel bevindt zich een eicel.
De stuifmeelbuis met kern is bijna aangekomen bij één zaadbeginsel.
Na bestuiving kunnen er meerdere stuifmeelbuizen richting het vruchtbeginsel groeien.
4
Leren
Slide 16 - Tekstslide
Bevruchting
De buis gaat door de stijl naar een zaadbeginsel. Als de buis daar aankomt knapt de top open zodat de kern van de stuifmeelkorrel de eicel kan binnendringen.
Bevruchting:
De kern van de mannelijke geslachtscel smelt samen met de kern van de vrouwelijke geslachtscel. Er is een eicel die bevrucht is.
De bevruchte eicel noem je een zygote.
Opening in de zaadhuid met vlakbij de eicel (vrouwelijke geslachtscel) met daarin een kern. De top van de stuifmeelbuis knapt open. De kern van de stuifmeelkorrel dringt de eicel binnen en smelt samen met de eicel. Dat is bevruchting. Er is nu een bevruchte eicel ontstaan. Deze noem je een zygote.
1
Pollenbuis met de kern van de stuifmeelkorrel (mannelijke geslachtscel) groeit door de stijl naar een zaadbeginsel met daarin een eicel (vrouwelijke geslachtscel).
1
Bevruchting:
De kern van de stuifmeelkorrel smelt samen
met de kern van de eicel
Slide 17 - Tekstslide
Zaadbeginsel
In het zaadbeginsel bevindt zich de eicel (vrouwelijke geslachtscel).
De eicel ligt vlakbij de opening in de zaadhuid.
Na de bevruchting groeit het zaadbeginsel uit tot een zaad
en de bevruchte eicel tot een kiem.
Opening in de zaadhuid met vlakbij de eicel (vrouwelijke geslachtscel) met daarin een kern.
1
De zaadhuid zit om het zaad en bestaat uit een paar vliesjes
2
Het binnenste deel van het zaadbeginsel: 1 of 2 zaadlobben.
De zaadlobben bevatten zetmeel, dat is reservevoedsel voor het jonge plantje. Het wordt gebruikt door de kiem tijdens het kiemen.
3
Steeltje van het zaadbeginsel, het zit vast aan het vruchtbeginsel.
4
Eicel met kern, vlakbij de opening
5
Het vruchtbeginsel groeit uit tot de vrucht
(met daarin het zaad).
1 en 5:
Eicel met kern, ligt vlakbij de opening in de zaadhuid.
Slide 18 - Tekstslide
Aan het werk
Begin aan je werkblad. Weet je het niet? Zoek eerst het antwoord in je boek. Weet je het nog niet, steek dan je vinger op!
timer
1:00
Slide 19 - Tekstslide
Lever 1 voor 1 je werkblad in!!
Huiswerk: Schrijf dit NU op in je agenda!
Maak in de methode basisstof 7.3 en 7.4
Neem de goede antwoorden van basisstof 7.1 en 7.2 over in je werkboek!!
Slide 20 - Tekstslide
Niet weggaan! CORONA AFSPRAKEN!!
Pauzeren doe je in het lokaal
Verlaten van het lokaal:
Bij het naar buiten gaan, gaat eerst de leerling die het dichtst bij de deur zit en vervolgens op aanwijzen van de docent.
Maak voor het verlaten van het lokaal je tafel schoon!!
Slide 21 - Tekstslide
Waarom hebben planten bloemen?
A
Voor voortplanting
B
Voor vogels
C
Voor suiker te maken
D
Voor zonlicht op te vangen
Slide 22 - Quizvraag
Hoe heet onderdeel A en wat is de functie
A
A
Kroonblad, insecten aanlokken
B
Kelkblad, beschermen tegen uitdroging en kou
C
Kroonblad, beschermen tegen uitdroging en kou
D
Kelkblad, insecten aanlokken
Slide 23 - Quizvraag
Wat geeft nummer 1 aan?
A
stempel
B
stamper
C
vruchtbeginsel
D
stijl
Slide 24 - Quizvraag
Wat is het mannelijk voortplantingsorgaan van een bloem?
Wij gebruiken cookies om jouw gebruikerservaring te verbeteren en persoonlijke content aan te bieden. Door gebruik te maken van LessonUp ga je akkoord met ons cookiebeleid.