Kunststromingen

schilderstromingen
opfrissen technieken
1 / 37
volgende
Slide 1: Woordweb
GeschiedenisBasisschoolGroep 7

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

schilderstromingen
opfrissen technieken

Slide 1 - Woordweb

Wat weet je al/nog? Activeren van de voorkennis.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

thema is een herfstblad

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De vroegste schilderingen zijn gemaakt in grotten, zoals deze in Frankrijk. De schilderingen zijn tussen de 10.000 en 15.000 jaar oud. 

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

grotschildering
De oudste tot nog toe gevonden dierentekeningen bevinden zich in grotten in de buurt van Maros op het Indonesische eiland Sulawesi. Daar werd in 2014 in een grot een tekening van een hertzwijn gevonden, die op 35.400 jaar oud werd geschat. Een grotschildering is een vorm van rotstekening waarbij een schildering aangebracht is op de wanden en plafonds van een grot. Beide benamingen, grotschildering en rotstekening, worden in het bijzonder gebruikt voor kunstwerken die in de prehistorie zijn gemaakt. De mens maakte al tekeningen en schilderkunst voordat het schrift was uitgevonden. De verf werd op verschillende manieren aangebracht: met de vingers en tenen in de rode leem gedoopt, met eenvoudige kwasten, maar ook werd de verf in de mond genomen en op de rotswand gespuwd. Soms werd het pigment in rieten pijpjes verzameld en op een vochtig oppervlak geblazen.
Het veel verschillende theorieën over de betekenis van dergelijke schilderingen voor de oorspronkelijke makers. Aangezien geen een ervan toetsbaar is, we kunnen het de holbewoners niet meer vragen, zal dit ook niet snel veranderen. Sommigen veronderstellen dat de reden tot het afbeelden van de dieren angst voor deze dieren was. Om deze angst te bezweren vroeg men aan de beste tekenaar van de stam het dier op een rots te tekenen met houtskool dan wel kleurstoffen met een medium als binder. Kortom het bezweren van het angstaanjagende en hen omringende vond in deze archaïsche tijden vorm op deze wanden. Anderen hebben gesteld dat het afbeelden van prooidieren deel uitmaakte van magische jachtrituelen.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

 Renaissance 15e eeuw 

Slide 6 - Tekstslide

Als tegenreactie op de kerk, die een sterke invloed had op het dagelijks leven, kwam in de 18e eeuw de Verlichting op. Deze stroming baseerde zich vooral op feiten, dus op dat wat je kon zien en/of meten. Ook in de kunst van die tijd zie je dat veel terug: het is wetenschappelijk benaderd. 

renaissance 
De renaissance (letterlijk: wedergeboorte) is een periode in de Europese cultuurgeschiedenis die volgde op de middeleeuwen. De term kwam in de negentiende eeuw ook in omloop als historisch periodebegrip. De renaissance als laatmiddeleeuwse culturele beweging begon in Italië in de veertiende eeuw  en verspreidde zich in de volgende eeuwen over het grootste deel van Europa. Een geromantiseerde visie op de renaissance als wedergeboorte van kunsten en letteren wekt de indruk dat het een periode was van ongestoorde vrede en vooruitgang. Niets is minder waar. Zo woedde er tijdens de renaissance in Europa de Honderdjarige Oorlog (1337–1453) tussen Engeland en Frankrijk, . Het was ook een tijd van gruwelijke godsdienstconflicten, die uiteindelijk zouden uitmonden in de reformatie en een verdeling van Europa in twee helften met verschillende en elkaar vijandig gezinde religies. Vele middeleeuwse – christelijke – waarden werden in twijfel getrokken. Waar de middeleeuwers armoede,  hadden verheerlijkt, spoorde de renaissancegeest aan om bezit te verwerven, actief deel te nemen aan het maatschappelijk leven en van het leven te genieten. Het middeleeuwse mensbeeld was fatalistisch en pessimistisch: de mens was zondig en afhankelijk van de genade Gods.
De renaissance plaatste hier een optimistisch mensbeeld tegenover dat zich ook manifesteerde in de kunst. Terwijl in de middeleeuwen artistieke creatie zich in wezen wendde tot de christelijke religie, beeldde de renaissancekunst humanistische thema's uit zoals tolerantie, vrijheid van gedachte, vrede, onderwijs ter ontwikkeling van het individu, en de mythologie uit de oudheid.
 

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gotiek

Slide 8 - Tekstslide

Veel kunst ontstond in de kerken. Al in de vroege Middeleeuwen versierden de binnen- en buitenkant van kerken met schilderingen, beelden en glas-in-loodramen. Kunst werd gebruikt om bijbelverhalen aan de mensen over te brengen. 
Barok 17e eeuw (echter)

Slide 9 - Tekstslide

In de 17e eeuw kwam de Barok-stijl op.  De barok is een stijl met veel realisme en dramatische effecten, om de kunst dichter bij de mensen te brengen.
barok
De barok is een Europese stijlperiode die aan het begin van de 17e eeuw in Italië tot ontwikkeling kwam en tot in de eerste helft van de 18e eeuw voortduurde, en die zich kenmerkt door overdaad van vorm en heftigheid van gevoelsuitdrukking. 
De barok ontstond in Italië waar Caravaggio een nieuwe schilderstijl ontwikkelt, die zeer realistisch is. Hij gebruikt hierbij grote licht-donker effecten (clair-obscur) om een dramatisch effect te bereiken.] Al snel krijgt hij navolging bij schilders in heel Italië,.
 In de beeldhouwkunst is Gian Lorenzo Bernini de belangrijkste vernieuwer, die ook begint met het maken van meer dramatische en levensechte beelden

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Romantiek

Slide 11 - Tekstslide

De Romantiek was een stroming in de westerse cultuur die aan het eind van de 18e en in de 19e eeuw opkwam vooral in Duitsland, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk, maar ook in België en Nederland. Het was voor alles een tegenreactie op de Verlichting, die eraan vooraf was gegaan. Kunst mocht weer mooi zijn in plaats van alleen maar "echt" te moeten zijn.
romantiek
De romantiek stelde voorop het gevoel, de fantasie, de verbeelding, de intuïtie, het onderbewuste, het onverklaarbare en het raadselachtige, vervormend in het demonische dat in de gothic novel ook elders in Europa navolging kreeg als literair genre. Deze emotionaliteit en verlangen naar beleving van het onverklaarbare leidden in radicale vorm ook tot uittreden uit de maatschappij, bekering tot het ultramontane katholicisme, intreding in het klooster en als uiterste tot zelfmoord. Dit wordt wel de zwarte romantiek genoemd. 

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

realisme
Het realisme was een stroming in de 19e-eeuwse beeldende kunst, theater en literatuur, waarin gestreefd werd naar het weergeven van de (maatschappelijke) werkelijkheid. De stroming was vooral sterk in Frankrijk rond het midden van de 19e eeuw en wordt gezien als reactie op de romantiek. Daarnaast had het opkomende marxisme een belangrijke invloed door de gewone arbeider centraal te stellen. Uitgangspunt van de stroming was een uitspraak van Baudelaire: "je moet in je eigen tijd staan".
Halverwege de 19e eeuw rees er bij diverse schilders verzet tegen de afstandelijke stijl van het classicisme en de overdreven stijl van de romantiek. Het realisme beeldde alledaagse gebeurtenissen af, een groet of gewone arbeiders aan het werk op het land. De manier van schilderen was vergelijkbaar met die van de romantiek: veel aardetinten en realistische verhoudingen en kleuren. Voor het eerst werd gezocht naar de ongeïdealiseerde werkelijkheid, dit uitte zich in het afbeelden van bezwete geharde havenarbeiders, maar ook in het afbeelden van schaam- en okselhaar in naakten. Dit riep veel weerstand op, critici vonden dat de realisten zich te veel richten op datgene wat lelijk was. Realisten zagen zichzelf meer als journalisten, maar koesterden ook zeker een romantisch verlangen naar de ongeïndustrialiseerde werkelijkheid. 
Naar het voorbeeld van de Engelsen John Constable en John Crome gingen ze, vanaf 1832, "en plein air" schilderen, buiten, direct in de natuur, om bomen, planten, dieren en bevolking zo natuurgetrouw mogelijk te kunnen weergeven.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Impressionisme

Slide 17 - Tekstslide

Het impressionisme is een kunststroming, ontstaan vanuit de schilderkunst. De beweging ontstond in Frankrijk na 1850. 
Het idee achter het impressionisme is dat de schilder een "impressie" ofwel een specifieke indruk wilden achterlaten op hun publiek. Er werd veel geschetst en in de buitenlucht gewerkt. 

Slide 18 - Tekstslide

Het expressionisme is een stroming in de Europese kunst en de literatuur uit de vroege twintigste eeuw (1905 tot 1940). In het expressionisme probeert de kunstenaar zijn, of haar, gevoelens of ervaringen voor het publiek uit te drukken, door een zekere vervorming van de werkelijkheid. 

impressionisme
Het impressionisme is een kunststroming, ontstaan vanuit de schilderkunst. De beweging begon in  Frankrijk, in de tweede helft van de negentiende eeuw.  Typerende eigenschappen van het impressionisme zijn de gerichtheid op de beleving van het moment ('impressie'), de keuze voor thema's uit het 'moderne normale leven', de bijzondere aandacht voor lichteffecten en kleur, een schetsachtige werkwijze en het werken in de openlucht.
. Renoir zei ooit: 'Ik heb geen regels of methodes. Iedereen mag komen kijken wat ik gebruik of mij bij het schilderen gadeslaan. Ze zullen zien dat ik geen geheimen heb'. De vraag wat het impressionisme typeert is dan ook niet eenduidig te beantwoorden en kan per kunstenaar sterk verschillen.
De kunstenaar was tevreden en 'klaar' zodra de impressie was vastgelegd, hetgeen de spontane en schetsmatige indruk van een kunstwerk vaak versterkte: alsof het in een paar minuten op doek was gezet, in een losse toets, nog niet geheel af. De vlotte penseelstreken en de ogenschijnlijk slordige uitvoering kunnen daarbij gezien worden als metaforen voor het vluchtige moment en de snelheid van het dagelijks leven. In de technische uitwerking vielen de impressionisten vooral op door hun behandeling van contrast, kleur en licht.  zwart werd zelfden gebruikt.

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

pointilisme
Het pointillisme is een schildertechniek die vooral aan het eind van de negentiende eeuw werd beoefend. De techniek wordt getypeerd door het gebruik van stippen die ongemengd op het doek worden geplaatst. Het doel was vooral het licht te accentueren op basis van een analyse van de kleuren.

Het pointillisme is  een uitloper van het impressionisme.
Het pointillisme heeft een wetenschappelijke achtergrond. In de traditionele schilderkunst worden de verschillende kleuren gemaakt door verf te mengen. In het pointillisme worden echter ongemengde verfstipjes op het doek aangebracht. De werking van de menselijke hersenen maakt dat er een secundaire kleur wordt waargenomen.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Jugendstil

Slide 22 - Tekstslide

De belangrijkste inspiratiebron van deze kunststroming is de natuur. Tussen 1890 en 1914 zeer populair. 
jugendstil
De jugendstil of art nouveau is een kunststroming die tussen 1890 en 1914 op verschillende plaatsen in Europa populair was, voornamelijk als reactie op het  impressionisme. De jugendstil zie je vooral in gebruiksvoorwerpen (glaskunst, boeken, plateel, sieraden, meubels etc.), de architectuur en de schilderkunst.De aanduiding 'jugendstil' gaat terug op de naam van het weekblad Die Jugend dat vanaf januari 1896 in München verscheen. ook heet het wel art nouveau.  kenmerkend is een voorliefde voor het gebruik van nieuwe, moderne technieken, een afkeer van symmetrie en een voorkeur voor ornamentiek, waarbij bloem- en vogelmotieven domineren. Het jugendstilornament is samengesteld uit motieven die gewoonlijk asymmetrische composities vormen met een tweedimensionaal karakter, zoals men dit ziet op meubels, sieraden, lampen, bedrukte stoffen enz. De belangrijkste inspiratiebron van deze kunststroming is de natuur. De motieven zijn vaak langstelige, gracieus gestileerde planten en bloemen (lelies, kelken, irissen, papavers, rozenknop), vogels (zwanen, pauwen), libellen, de eivorm, wolken- water- en rotspartijen, vaak gecombineerd met slanke vrouwengestalten.

De bewogen lijnen waren een middel om emoties uit te drukken. Deze vormen zijn ook te zien bij de boekdrukkunst en bij decoratieve vormen van bijvoorbeeld trapleuningen, balkons en gevels. IJzer was namelijk geschikt om verwerkt te worden tot sierlijke gebogen vormen. Dat het in zoveel kunstvormen werd toegepast, kwam doordat het heel gebruikelijk was dat een architect ook meubels, zilver, glaswerken, wandversieringen en affiches ontwierp. De jugendstilkenmerken kwamen het meest tot uiting in de grafische kunst, waar de lijn het belangrijkste element is.

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

expressionisme
Vooral in de expressionistische schilderkunst wordt, bijvoorbeeld door kleurgebruik, afgeweken van de werkelijkheid. Afwijkende kleuren worden gebruikt om gevoelens te accentueren. Ook worden, om de expressiekracht te verhevigen, natuurlijke objecten vervormd en wordt soms het perspectief opzettelijk losgelaten. Het expressionisme (van Latijn: expressio, "het uitdrukken", namelijk van gevoelens) is een stroming in de Europese kunst en de literatuur uit de vroege twintigste eeuw (1905 tot 1940). In het expressionisme tracht de kunstenaar zijn, of haar, gevoelens of ervaringen voor de waarnemer uit te drukken, door een zekere vervorming van de werkelijkheid.

Het expressionisme stelde de persoonlijke, onderbewuste reactie van de kunstenaar op zijn omgeving centraal. Het zette zich hiermee af tegen het impressionisme, dat het weergeven van de zintuiglijk ervaren werkelijkheid vooropstelde. In het expressionisme vervaagt deze band met de werkelijkheid, soms valt die zelfs helemaal weg. Hierdoor krijgen eerder niet voorstelbare, nieuwe vormen hun kans. Het expressionisme kent geen wetten. De twee voornaamste uitgangspunten zijn dan ook: 'er zijn geen wetten' en 'wetten mogen door niemand worden opgelegd.'
De basiskenmerken van het expressionisme zijn dionysisch, felle en onnatuurlijke kleuren, grillige beelden, vervormingen, grof geschilderd, plat vlak, geen perspectief. Er wordt meer geschilderd vanuit het gevoel (het kind) dan vanuit de ratio (verstand).

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

kubisme
Het kubisme is een stroming binnen de moderne kunst van het begin van de 20e eeuw. Van de 19e-eeuwse schilder Paul Cézanne, een voorloper van het kubisme, is de uitspraak dat alle vormen in de natuur in feite zijn opgebouwd uit een aantal oervormen zoals bol, kegel, cilinder en kubus.Kenmerken van het kubisme zijn: afgevlakt volume, verwarrend perspectief, collage, meerdere standpunten, stilleven, analytisch, synthetisch. Het woord kubisme hangt samen met kubus. De kubisten deden alsof de natuur alleen maar bestond uit kubussen, kegels en bollen. Alles werd met deze vormen getekend.

In het kubisme wordt gebruikgemaakt van verschuivende standpunten. Een tafel kan vanuit verschillende hoeken worden bekeken. Van bovenaf als men staat, vanaf de zijkant als men zit, of van onderaf als men iets van de vloer wil oppakken. Kubisten proberen dit in een schilderij te verwerken.
In het kubisme wordt geen onderscheid gemaakt tussen driedimensionale vormen die naar de kijker toe buigen en vormen die van de kijker af moeten buigen. Kubisten maken vormen vlak en vermenigvuldigen ze dan.
Het meest kenmerkende van het kubisme is de vereenvoudiging van alles. Kleur was niet zo belangrijk. Er werd een hoofdvorm getekend, maar ook de restvorm was belangrijk (het wit dat op een tekening overblijft, is de restvorm).
Belangrijke onderwerpen waren landschappen, mensen en stillevens.



Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Surrealisme

Slide 34 - Tekstslide

Kunststroming die ontstaan is in de 20e eeuw. Kunstenaars maakten kunst die in het echt niet kon bestaan. Ze lieten zich leiden door hun fantasie en bijvoorbeeld droombeelden.

surrealisme
Surrealisten proberen hun fantasie zo veel mogelijk de vrije loop te laten. Ze schilderen bijvoorbeeld droombeelden. Automatisch tekenen is ook een manier om je fantasie te tonen.
Het surrealisme kwam voort uit de dada-beweging, die ontstaan was na de Eerste Wereldoorlog in Zwitserland. Dada-kunstenaars waren zeer politiek geëngageerd en maatschappijkritisch en zetten zich af tegen de gevestigde orde. 
Ze geloofden dat de rationaliteit en de dwang tot vooruitgang de wereld in oorlog had gedompeld en probeerden met hun toneelstukken en kunstprojecten vrede te stichten. 
De surrealistische kunstenaars namen de dwang tot het niet-rationele en de persoonlijke expressie over van de dada-kunstenaars.
 Surrealistische werken tonen daarom vaak een nieuwe wereld, die anders is dan de werkelijkheid.

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Pop Art

Slide 36 - Tekstslide

Popart is een kunststroming die tegelijkertijd, maar los van elkaar, is ontstaan in het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten van Amerika in het midden van de jaren vijftig en haar hoogtijdagen beleefde in de jaren zestig van de 20e eeuw.

pop art

Ironie /kleur
Uitvergrotingen of close ups, waardoor producten minder herkenbaar werden
Consumptiemaatschappij als thema
Bekende personen en massaproducten als onderwerp
Gebruik van stripverhalen

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies