V4 Het mondiale voedselvraagstuk

V1H1 mondiaal voedselvraagstuk
Par. 7 tot en met 10


1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

V1H1 mondiaal voedselvraagstuk
Par. 7 tot en met 10


Slide 1 - Tekstslide

Ken je de begrippen?
Kies voor TEST en check jouw antwoorden

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen par. 7
  • Je kunt handelsstromen verklaren vanuit de drie voorwaarden in de theorie van Ullman
  • Je kent (drie) oorzaken voor de sterke toename van de exportlandbouw in de wereld
  • Je legt een relatie tussen omvang van productie van handelsgewassen en voedselvoorziening in het land (hoe…hoe…)
  • Je legt een relatie tussen de omvang van de bevolking / bevolkingstoename in een land en de voedselvoorziening (hoe…hoe…)



Slide 3 - Tekstslide

Interactietheorie van Ullman
Voorwaarden voor vervoersstroom:
  1. Complementariteit
  2. Transporteerbaarheid
  3. Geen tussenliggende mogelijkheden

Slide 4 - Tekstslide

Geen tussenliggende mogelijkheden

Complementariteit
Transporteerbaarheid

Indonesië importeert vooral rijst uit nabijgelegen Malaisië
Nederland produceert kaas, Ghana chocolade
Tussen Nigeria en Tunesië (die gescheiden zijn door de Sahara) is niet veel handel

Slide 5 - Sleepvraag

(Antwoord op volgende dia) Interactietheorie:
Verklaar de handel in rijst tussen China en Thailand

Slide 6 - Tekstslide

Interactietheorie:
Verklaar de handel in rijst tussen China en Thailand

Slide 7 - Open vraag

Beantwoord in volgende dia
Rond de hoofdstad van Ethiopië is de voedselvoorziening voldoende.
In de rest van het land vaak niet.

Verklaar de regionale verschillen in Ethiopië met behulp van de Theorie van Ullman.

Slide 8 - Tekstslide

Verklaar de regionale verschillen in Ethiopië met behulp van de Theorie van Ullman

Slide 9 - Open vraag

Exportlandbouw

Slide 10 - Tekstslide

Redenen voor toename
exportlandbouw

Slide 11 - Tekstslide

Redenen voor toename
exportlandbouw

Slide 12 - Tekstslide

Noem (drie) redenen voor toename exportlandbouw

Slide 13 - Open vraag

Beredeneer:
Toename van handelsgewassen leidt tot verslechtering voedselvoorziening in arme landen

Slide 14 - Open vraag

Leerdoelen par. 8
  • Je kunt uitleggen hoe comparatieve voordelen leiden tot  regionale specialisatie
  • Je kent het effect van landbouwsubsidies en exportsubsidies op de agrarische productie in centrumlanden EN in perifere landen
  • Je kent de verschillen tussen de Groene Revolutie en de Genetische Modificatie
  • Je beredeneert dat deze (technologische) ontwikkelingen vrijwel alleen doorgevoerd worden op grootschalige landbouwbedrijven.





Slide 15 - Tekstslide

TO COMPARE:
Comparatieve voordelen zorgen voor
-> regionale specialisatie
(leg uit)

Slide 16 - Tekstslide

Comparatieve voordelen kunnen ontstaan door:


Verschillen in klimaat, beschikbaarheid van grond, loonkosten, wetgeving, SUBSIDIEregelingen, arbeidsmarktomstandigheden enz.

Slide 17 - Tekstslide

Landbouwsubsidies als % van de totale productie

Slide 18 - Tekstslide


Bekijk dit filmpje en het filmpje op de volgende slide en maak een overzicht van effecten van landbouw- en exportsubsidies voor centrumlanden en voor perifere landen

(antwoord op volgende dia)

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Link

Effecten van landbouw- en exportsubsidies voor centrumlanden

Slide 21 - Open vraag

Effecten van landbouw- en exportsubsidies voor perifere landen

Slide 22 - Open vraag

Leerdoelen par. 9
  • Je kunt voedselzekerheid op verschillende ruimtelijke schaalniveaus beoordelen
  • Je kent vier manieren waarop de droogteresistentie van de bodem kan worden vergroot
  • Je kunt voorbeelden geven van interne factoren binnen ontwikkelingslanden die de voedselzekerheid kunnen beïnvloeden.
  • Je kent drie redenen waardoor zwakkere groepen kwetsbaar zijn voor voedseltekorten


Slide 23 - Tekstslide

Atlas: 186B voedselsituatie in Uganda
Noem drie oorzaken voor verslechterde voedselsituatie in het land. Noem tevens gebruikte kaarten. Is hier sprake van interne of van externe oorzaken?

Slide 24 - Open vraag

Atlaskaart:
Kan hongersnood in Uganda verklaard worden vanuit natuurlijke omstandigheden? Geef in je antwoord een oorzaak-gevolgrelatie.

Slide 25 - Open vraag

Manieren waarop de droogteresistentie van bodem kan worden vergroot:
  • Minder ploegen
  • Bodem bedekt houden met organisch materiaal
  • Goed irrigeren
  • Erosie tegengaan
  • Minder kunstmest gebruiken

Slide 26 - Tekstslide

Welke maatregel kan een overheid van een arm land het best nemen om de draagkracht van een landbouwgebied te verhogen?
A
een verbod op het kappen van bomen
B
welvaartsverhoging door belastingverlaging
C
investeren in de infrastructuur van rurale gebieden
D
scholing van de beroepsbevolking

Slide 27 - Quizvraag

Welke relatie (relatie van oorzaak en gevolg) is er tussen analfabetisme en ondervoeding?
Geef antwoord met een hoe-hoe zin. Noem een voorbeeld.

Slide 28 - Open vraag

Leerdoelen par. 10
  • Je onderscheidt drie soorten hulp
  • Je kent hulporganisaties zich op voedselzekerheid richten en weet welk soort hulp zij bieden
  • Je kunt voorbeelden geven van incoherent beleid
  • Je legt een verband tussen vrijhandel en verandering in voedselzekerheid / bestaansmogelijkheden voor boeren

Slide 29 - Tekstslide

Bij de clips over goedkope export van kippenvlees en melk naar Afrika was sprake van incoherent beleid. Leg dit uit.

Slide 30 - Open vraag

Aan de slag
Maak examenopgave 4. Hiermee check je of je de laatste leerdoelen ook beheerst

Huiswerk verder: hoofdvragen van 1.7 t/m 1.10

Slide 31 - Tekstslide