Lezen 3.3 betogende tekst

1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

reden-oorzaak-gevolg
A
Mijn oom kwam in een lange file terecht. Daardoor kwam hij te laat op zijn werk en miste hij een belangrijke afspraak.
B
Het lijkt me niet verstandig die cd nieuw te kopen. Je zou bijvoorbeeld eens op Marktplaats kunnen kijken, waar ontzettend veel cd’s voor heel lage prijzen worden aangeboden.
C
Evert is een ontzettend avontuurlijke vent. Zijn vriend daarentegen is een enorme huismus die er geen behoefte aan heeft bijzondere dingen te beleven.
D
Jeremy wilde niet naar de dierentuin, Jorrit wilde niet naar het bos en Anke wilde niet naar het strand. Kortom, we konden het niet eens worden over wat we gingen doen.

Slide 2 - Quizvraag

Wat is een oorzaak-gevolg?
A
Ik viel van de trap, maar ik had geen pijn.
B
De spits van Real Madrid krijgt de bal goed aangespeeld, waardoor hij scoort.
C
Hij staat een acht voor de vakken wiskunde, Engels en Nederlands. Kortom: hij staat er goed voor.
D
De kleuren van de vlag zijn geel, blauw en rood. Ook staat er nog een dwarse streep in.

Slide 3 - Quizvraag

Welke leesstrategieën zijn er?

Slide 4 - Open vraag

Bij welke leesstrategie lees je de eerste zin van elke alinea?
A
verkennend lezen
B
nauwkeurig lezen
C
zoekend lezen
D
studerend lezen

Slide 5 - Quizvraag

Welke tekstdoelen zijn er?

Slide 6 - Open vraag

Wat is de hoofdgedachte van een tekst?

Slide 7 - Open vraag

Wat is een letterlijk interviewverslag?

Slide 8 - Open vraag

Wat is het verschil tussen een feit en een mening?

Slide 9 - Open vraag

Wat is het verschil tussen een argument en een tegenargument?

Slide 10 - Open vraag

Wat betekent weerleggen?

Slide 11 - Open vraag

Verzin een argument op de stelling: Scholen zouden gratis eten moeten geven aan leerlingen en docenten!

Slide 12 - Woordweb

Wat is een betogende tekst?

Slide 13 - Open vraag

In een betogende tekst komen geen feiten voor.
A
waar
B
niet waar

Slide 14 - Quizvraag

Wat is de hoofdgedachte van een betogende tekst?

Slide 15 - Open vraag