2.5: Dieren bewegen

Hoofdstuk 2: Bewegen
Paragraaf 5: Dieren bewegen
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 3

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 2: Bewegen
Paragraaf 5: Dieren bewegen

Slide 1 - Tekstslide

Benoem de even onderdelen

Slide 2 - Open vraag

Benoem de onderdelen P, Q, R, S en T.

Slide 3 - Open vraag

Benoem de letters P en Q.

Slide 4 - Open vraag

Leerdoelen
Aan het eind van deze les kan ik...
  • Beschrijven hoe dieren met een wervelkolom bewegen;
  • De poten van dieren
  • Beschrijven hoe de bouw samenhangt met de leefwijze;
  • Beschrijven hoe ongewervelde dieren bewegen;

Slide 5 - Tekstslide

Bewegen met een wervelkolom
Gewervelden hebben een wervelkolom.
Je kan deze dieren verdelen in 2 grote groepen:
  • Wervelkolom beweegt heen en weer (amfibieën, vissen, reptielen);
  • Wervelkolom beweegt op en neer (vogels, zoogdieren)

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Lopen van dieren
  • Topgangers (lopen op de toppen van hun tenen)
  • Teengangers (lopen op hun tenen)
  • Zoolgangers (lopen op hun hele voetzool)

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Aan het werk
Maak opdracht 1 t/m 13

Slide 10 - Tekstslide

Les 2
Aan het eind van deze les kan ik...
  • Beschrijven hoe dieren met een wervelkolom bewegen;
  • De poten van dieren
  • Beschrijven hoe de bouw samenhangt met de leefwijze;
  • Beschrijven hoe ongewervelde dieren bewegen;

Slide 11 - Tekstslide

Welke dieren zijn zoolgangers?
A
Mens en kameel
B
Mens en beer
C
Kameel
D
Geen van allen

Slide 12 - Quizvraag

Een zebra is een zoolganger
A
Waar
B
Niet waar

Slide 13 - Quizvraag

Welke botblessure zie je hier?
A
Botbreuk
B
Ontwrichting
C
Verstuiking

Slide 14 - Quizvraag

Bij welke blessure of blessures raken de gewrichtsbanden uitgerekt?
A
bij een botbreuk
B
bij een spierscheuring
C
bij een verstuiking
D
bij kramp

Slide 15 - Quizvraag

Skelet en leefwijze
Skeletten van gewervelden hebben vaak hetzelfde bouwplan

Bouwplan: Hoe een skelet van een dier is aangepast aan de leefwijze 
  • De vorm van de ledematen verschilt
  • Dit hangt samen met de leefwijze

Slide 16 - Tekstslide

Groeischijven 
In de uiteinden van lange botten zitten groeischijven van kraakbeen

In de groeischijven delen de cellen zich, waardoor de botten langer worden.

Als je stopt met groeien, verkalken groeischijven

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Ongewervelden bewegen
Dieren zonder wervelkolom zijn ongewervelde dieren. 
  • Sommige hebben een uitwendig skelet.
  • Aan dit skelet zitten kleine spiertjes voor de beweging.
  • Sommige hebben helemaal geen skelet
  • Hier trekken kring- en lengtespieren zich afwisselend samen voor de voortbeweging.

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Aan het werk!
Maak opracht 16 t/m 23

Slide 23 - Tekstslide