1.1 Kun je kopen wat je wilt?

1.1 Kun je kopen wat je wilt?
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

1.1 Kun je kopen wat je wilt?

Slide 1 - Tekstslide

Economie gaat over..

Slide 2 - Woordweb

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoel 1
Je kunt het verschil uitleggen tussen primaire en secundaire behoeften
Leerdoel 2
Je kunt uitleggen wat het bij economie betekent als iets schaars is 
Leerdoel 3
Je kunt uitleggen wat welvaart is en op welke manier je welvaart kan toenemen.
Leerdoel 4
Je kunt met een percentage een getal uitrekenen

Slide 4 - Tekstslide

1.1 Kun jij kopen wat je wilt?
Economie 
  • Gaat over de behoefte die mensen hebben en de keuzes die zij maken om in hun behoefte te voorzien.
  • Behoeften -> alles wat je nodig hebt of graag zou willen hebben

Slide 5 - Tekstslide

1.1 Kun je kopen wat je wilt?
Behoeften 
  • Primaire behoeften (basisbehoeften)

  • Noodzakelijke levensbehoeften
  • Voeding, kleding en woonruimte 
  • Secundaire behoeften (overige behoeften/luxe)

  • Leven beter of prettiger maakt

Slide 6 - Tekstslide

  • Vrije goederen
  • Je hoeft er niets voor op te offeren om ze te bezitten
  • Zon, zee, lucht
1.1 Kun je kopen wat je wilt?
Je hebt goederen nodig om in je behoeften te voorzien
  • Schaarse goederen
  • Er zijn middelen nodig om ze te maken

Slide 7 - Tekstslide

1.1 Kun je kopen wat je wilt?
Welvaart
  • De mate waarin je in je behoeften kunt voorzien
  • Je kunt niet in al je behoefte voorzien.... dus moet je prioriteiten stellen


Slide 8 - Tekstslide

1.1 Kun je kopen wat je wilt?
Welvaart
  • Als je inkomen stijgt (en/of je minder behoeften krijgt)
  • Als je inkomen daalt (en/of je meer behoeften krijgt)


  • Welvaart kan ook stijgen door zelfvoorziening

Slide 9 - Tekstslide

Kopen of zelf doen??
  • Zelf doen heet : Zelfvoorziening
  • Je moestuin, het zelf schilderen van je huis, je band plakken
  • Door zelfvoorziening kan je welvaart toenemen, omdat je een ander niet hoeft te betalen om het voor je te doen.

Slide 10 - Tekstslide

Maken opgave 1 t/m 11
Blz. 10-11

Mocht je klaar zijn:
Kan je verder met 12 t/m 14
timer
4:00

Slide 11 - Tekstslide

1.1 Kun je kopen wat je wilt? 
  • Je weet hoeveel 100% is en je wilt een ander percentage uitrekenen.
  • Je krijgt €10 zakgeld. Na je verjaardag krijg je 15% meer
  • In de uitverkoop krijg je 40% korting op een trui van €80


Situatie 1 (zie Teams)

Slide 12 - Tekstslide

1.1 Kun je kopen wat je wilt? (deel 2)
Situatie 1 (zie Teams)
percentage
100
x totaal
%
100%
1%
110%
Getal
€10
: 100
x110
: 100
x110

Slide 13 - Tekstslide

Je krijgt €10 zakgeld. Na je verjaardag krijg je 15% meer, hoeveel is dit?
A
0,15
B
15
C
16,50
D
1,50

Slide 14 - Quizvraag

In de uitverkoop krijg je 40% korting op een trui van €80. Hoeveel korting krijg je?
A
40
B
120
C
32
D
36

Slide 15 - Quizvraag

Wat is een secundaire behoefte?
A
Brood
B
Scooter
C
Jeans
D
Verwarming in huis

Slide 16 - Quizvraag

Wat is een primaire behoefte?
A
kleding
B
laptop
C
nieuwe iphone
D
vakantie

Slide 17 - Quizvraag

Waar hoort regen bij?
A
Schaarse goederen
B
Vrije goederen

Slide 18 - Quizvraag

Wat is welvaart?
A
Hoeveel iemand kan kopen
B
In hoeverre je in je behoefte kunt voorzien
C
Hoe leuk je je leven vindt
D
Hoeveel je kunt bewegen

Slide 19 - Quizvraag

Hoe kan je welvaart toenemen?
A
Door het kopen van goederen en diensten
B
Door zelfvoorziening
C
Door zo min mogelijk uit te geven
D
Door te stoppen met werken

Slide 20 - Quizvraag

Hoeveel 75% van 350?
A
262,50
B
175
C
275
D
283,30

Slide 21 - Quizvraag

Hoeveel 34% van 1.200?
A
900
B
416
C
388
D
408

Slide 22 - Quizvraag

Leerdoel 1
Je kunt het verschil uitleggen tussen primaire en secundaire behoeften
Leerdoel 2
Je kunt uitleggen wat het bij economie betekent als iets schaars is 
Leerdoel 3
Je kunt uitleggen wat welvaart is en op welke manier je welvaart kan toenemen.
Leerdoel 4
Je kunt met een percentage een getal uitrekenen

Slide 23 - Tekstslide

Maken opgave 12 t/m 14
Mocht je klaar zijn:
Pak je telefoon, ga rustig terug op je plaats zitten
Je vertrekt pas als de bel gaat
Niet af? De rest huiswerk
timer
4:00

Slide 24 - Tekstslide