H1 | Cours 44 | Unité 4 - Memrise 31-40 & verbes avoir + être

• Frans
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

Bienvenue au cours de français!

Aan het einde van deze les ....

• ... kan ik de vocabulaire tot woord 40 verstaan.
• ...kan ik zeggen dat Zoé een leuke kamer heeft.

Unité 4 "Histoires d'animaux"

> Inloggen LessonUp

> livre + cahier + stylo

Le programme

Les devoirs - het huiswerk

> Unité 4 - Memrise 41-50 |  Exercices 23+27+29+30

• Vocabulaire: Dictée Memrise 1-40 | 10'
• Révision: verbes (avoir + être) | 5'
  
• Faites: exercice 22 | '10

• Au travail: exercices / Memrise | 15'

7x herhaald = LTM

Docent

• In Memrise moet je een woord 7 keer herhalen, totdat het in je langetermijngeheugen zit.
  (LTM = longterm memory)
• Dit wordt aangegeven met plaatjes van een bloem die bloeit.
• De bloem verlept ook weer, dan moet je hem weer watergeven. Oftewel, woorden herhalen. Dat doe je met de gieter "Revise"
• Nieuwe woorden leer je door zaadjes te zaaien (het handje), dat doe je met de knop "learn new words"

Levels overzicht leerling

(geleerd + LTM)

Per level overzicht

(woorden 'water geven')

Memrise!

• Gagnant(s) de la semaine!

Objectif

• Zo veel mogelijk woorden in LTM (Lange Termijn Geheugen) =  herhalen
  (revise)
• Niet alleen "Learn new words" , juist ook "revise"
• Houd je bloemetjes levend!
• In 1x goed? = meer punten

Planning

Dictée Memrise (1-40)

• Écoutez
• Écrivez les 10 mots en français
• Puis, traduisez les mots en néerlandais.

Dictée Memrise (1-40)

1. l'âge
2.  la nuit
3. la voisine
4. un chien
5. heureusement
6. grimper
7. gentille
8. chaude
9. dehors
10. arrêter

Avoir & Être

	Avoir (hebben)	Être (zijn)
Je/J'	ai	suis
Tu	as	es
Il/Elle/On	a	est
Nous	avons	sommes
Vous	avez	êtes
Ils/Elles	ont	sont

Ken je de persoonlijke voornaamwoorden nog?

Sleep NL naar FA.

IK

JIJ

HIJ

ZIJ (1 persoon)

WIJ / MEN

WIJ

U / JULLIE

ZIJ (ml + mv)

ZIJ (vl + mv)

JE

TU

IL

ELLE

ON

NOUS

VOUS

ILS

ELLES

                   être           avoir        

je (j')

tu

il/elle

nous

vous

ils/elles

suis

avons

sont

a

sommes

avez

ont

es

êtes

as

est

ai

Exercice 22, p.82-83

Maak 9 zinnen én vertaal ze naar het Nederlands.

Let op:

Onderwerp - persoonsvorm -lijdend voorwerp

Tu - as - un ordinateur | Jij - hebt - een computer

Fini? Ga verder met exercices 23, 27, 29,30

Werkwoorden oefenen!

• www.verbuga.eu
• Klik op Nederlandse vlag
• Tijden: présent
• Onregelmatige: avoir + être
• Regelmatige: arriver, habiter, parler & regarder
• Bevestigen 

Extra uitdaging? Kies ook andere regelmatige werkwoorden & schrijf de betekenis daarvan op.

Les devoirs

• Vocabulaire Level 5 (41-50) via Memrise!

> Let op dat woorden in je LTM gaan. Soms dus ook herhalen (revise)

• Faites + Corrigez: Exercices  23, 27, 29 + 30
  > Gebruik hiervoor de vocabulaire uit apprendre 6 + 7.
  > Kijk ze zelf na via HBL ELO! |> Verbeter je fouten met een andere kleur!

Objectifs d'apprentissage

... kan ik de vocabulaire van Memrise toepassen in een opdracht.

... kan ik ontkennend antwoorden op een vraag.

Oefenen met Memrise!

• https://app.memrise.com/group/448258/
  
•  Login met je HBL gmail account!
• Kijk altijd op 'nee' bij aanbiedingen/betaalde versies.
• Oefen met 'HBL - Havo 1 - CO - Unité 4 'histoires d'animaux'
  
  
• Start met Level Unité 4 | 1-10

En classe! 

• Vanaf hier klassikaal verder. Je ontvangt vanzelf de Meetlink in de Hangout. 
• Is de Meetlink er nog niet? Dan werk je alvast door aan het huiswerk (Exercice 3 en heel apprendre 1 leren)
• In de Meet zet je jouw camera aan.

Prononciation app. 1 (p.98)

Verbuga.eu

• Oefen de werkwoorden via: www.verbuga.eu
• Tijden: présent 
• Onregelmatige: avoir & être
• Regelmatige: parler & regarder
• Bevestig