Paragraaf 2.4 kustvormen

1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Paragraaf 2.4 Kustvormen

Slide 4 - Tekstslide

Aan het einde van de week weet je
• welke factoren de hoogte en de kracht van golven bepalen
• waarom sommige golven de kust opbouwen en andere golven de kust afbreken
• hoe een afbraakkust wordt gevormd
• hoe een aanslibbingskust wordt gevormd

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Golven
Rimpels in het water die meestal worden veroorzaakt door de wind die over het wateroppervlak waait

Slide 9 - Tekstslide

De hoogte van de golf is afhankelijk van:
1. Hoe sterker de wind, hoe hoger de golf

2. Hoe langer de wind waait, des te hoger en krachtiger de golf is

3. Hoe groter de afstand die een golf heeft afgelegd, hoe hoger en krachtiger hij is

-> Algemene regels

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

De zee bouwt op
Aanslibbingskust: Er komt meer zand bij dan dat er verloren gaat.

Terugstroom bepaalt of de kust opbouwt of niet. 
Bij een opbouwende kust weinig zand mee teruggenomen de zee in.



Slide 12 - Tekstslide

Zandbank/strandwal
Strandwal: Zandbank die daar is neergelegd 
door de zee en boven zeeniveau ligt.

1 De strandwal is afgezet door de zee en komt droog 
te liggen bij eb.
2  Het zand droogt op en wordt meegenomen door 
de wind.
3 Verderop wordt het zand afgezet door de wind 
en vormt het duinen.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

De zee breekt af
Afbraakkust: Er gaat meer zand weg dan dat erbij komt.

Terugstroom bepaalt of de kust opbouwt of niet.
Bij een afbraakkust veel zand mee teruggenomen de zee in.

https://www.telegraaf.nl/c/1893744313/

Slide 15 - Tekstslide

Afbraakkust

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Slide 18 - Video

Afbraakkust

Slide 19 - Tekstslide

Kustvormenquiz

Slide 20 - Tekstslide

Welke heeft geen invloed op hoe groot golven worden?
A
De tijd dat de wind waait
B
De kracht van de wind
C
De richting van de wind
D
De afstand die de golven hebben afgelegd

Slide 21 - Quizvraag

Bij een aanslibbingskust wordt er meer zand mee teruggenomen de zee in dan dat erbij komt.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 22 - Quizvraag

Opbouwende golven
Afbrekende golven

Slide 23 - Sleepvraag

Welk soort kust is een klifkust?
A
Afbraakkust
B
Aanslibbingskust

Slide 24 - Quizvraag

Wat begint hier te ontstaan?
A
Aanslibbingskust
B
Duinen
C
Zandbank
D
Zandsteen

Slide 25 - Quizvraag

Ontstaan van een klifkust
De scheur wordt groter en vormt een grot
De grot is uitgehold en doorgestoken
De grot is ingestort uiteindelijk verdwijnt ook de pilaar.
de zee erodeert de zwakke plekken

Slide 26 - Sleepvraag

Aan de slag
Maken opdrachten: 1 – 2 – 3 – 4 – 5 – 6 – 9 - 11

Klaar? maak een samenvatting van hoofdstuk 2
Hoe? In stilte

Slide 27 - Tekstslide

Welke factoren bepalen de hoogte van de golven?

Slide 28 - Open vraag

Hoe ontstaat een afbraakkust?

Slide 29 - Open vraag

Hoe ontstaat een aanslibkust?

Slide 30 - Open vraag

Slide 31 - Video