Themadag Identiteit klas 2

Themadag Identiteit klas 2
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

Themadag Identiteit klas 2

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaan we doen vandaag?
Doel:
Ik kan vertellen hoe ik mij online laat zien en wat invloed heeft op mijn online identiteit. 
Dit kan ik beschrijven en presenteren.
Programma:
9:00 - 10:00 Intro en theorie

10:15 - 11:30 Vervolg 
11:30 - 12:30 Eindopdracht

13:00 - 14:00 Presentaties

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet jij al over identiteit?

Slide 3 - Tekstslide

Brainstormen met de klas
Wat weet jij al over identiteit?

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Video

Toon het filmpje aan de klas.
Daarna ga je even kort nabespreken wat ze gezien hebben.
Jouw eigen identiteit

Op de volgende slide 
geef je
vijf woorden
die jouw eigen identiteit beschrijven.

Wie o wie?

De vijf woorden worden één voor één voorgelezen.

Van wie is dit lijstje?
Hint: Als je je eigen lijstje herkent, verraad jezelf dan niet en raad mee met de klas.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke vijf woorden beschrijven
jouw identiteit?

Slide 7 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Video

Deze slide heeft geen instructies

1. Wat is de boodschap van het filmpje?
2. Zie je dit social media-gedrag ook bij anderen?
3. Doe jij dit zelf ook op social media?

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Hoe voelt de persoon uit
het filmpje zich, denk je?

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Herken je jezelf in de
persoon uit het filmpje?
😒🙁😐🙂😃

Slide 12 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Heb je het idee dat je nog wel jezelf bent (online)?
Ja, volledig
Meer wel dan niet
Meer niet dan wel
Nee, totaal niet

Slide 13 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een online identiteit? 
Representatie van jezelf (uithangbord) en reputatie versus offline identiteit (werkelijkheid).

Slide 14 - Tekstslide

Of je het nu wil of niet, iedereen die actief is op online kanalen en binnen sociale netwerken, heeft een online identiteit. Hoewel je online identiteit vaak grotendeels een representatie is van jouw offline identiteit, biedt het ook de mogelijkheid om jezelf (iets) anders voor te doen dan in werkelijkheid.
Je online identiteit is als het ware je online uithangbord: het is de optelsom van alle informatie over jou die beschikbaar is op het internet en alle beetjes beïnvloeden op een manier jouw (online) reputatie. 
Online vs. offline identiteit
Online: onderscheiden, identificeren en snel aanpassen
Offline: niet.



Slide 15 - Tekstslide

Zo’n online identiteit kan best handig zijn. Je hebt grotendeels zelf in handen hoe je jezelf wil onderscheiden en identificeren ten opzichte van anderen en je hebt de kans continu aanpassingen door te voeren. Dat kan niet zomaar in het echte leven, bij je offline identiteit.
Bij een online identiteit kan je bovendien gebruik van allerhande tools om je te uiten, zoals foto's, video’s of status updates. Je kan die zaken afstemmen op een bepaald publiek. Als je weet wie jouw online publiek is en wat ze van jou verwachten, ga je die online identiteit ook anders uitspelen dan in het dagelijks leven.
Online identiteitsbeleving is net zoals gewone, offline identiteitsbeleving erg contextgevoelig. Het is afhankelijk van de levensfase waarin je je bevindt, maar anders dan in de offline wereld speelt het netwerk of digitaal platform ook erg grote rol in je online identiteit: Op LinkedIn bijvoorbeeld, zal je identiteit serieuzer zijn dan op pakweg Facebook of Instagram, waar je vooral dingen deelt met je vrienden en kennissen. Op Tinder zal de identiteitsbeleving dan weer veel speelser zijn.
Schone schijn
Online identiteit versus werkelijkheid. 
Entertainen: mediacultuur en populaire cultuur. 

Slide 16 - Tekstslide

Hoewel je online identiteit dus vaak grotendeels een representatie is van jouw offline identiteit, biedt het ook de mogelijkheid om jezelf online (iets) anders voor te doen dan in werkelijkheid. Zo zien we bijvoorbeeld dat heel wat kinderen, jongeren en volwassenen sociale media gaan gebruiken om hun beste momenten of goede eigenschappen tentoon te stellen aan anderen en zo vaak een schone schijn proberen op te houden. De minder leuke momenten en de zaken die een online identiteit negatief kunnen beïnvloeden, zien we minder online.
Een online identiteit biedt dus heel wat kansen om jouw creativiteit de vrije loop te laten. Vergelijk het een beetje met het opkuisen van je kleerkast: wat je niet meer mooi vindt of wat niet meer bij je past doe je weg, wat je wel nog mooi vindt laat je liggen en vul je eventueel aan met tal van nieuwe leuke outfits.
Zowel online als offline gaan mensen hun publiek proberen entertainen. Vandaag de dag doen jongeren dat bijvoorbeeld door gebruik te maken van populaire cultuur (celebrities): ze gaan er inspiratie uit halen en daarmee spelen in hun eigen online identiteit - al dan niet bewust. Online identiteit hangt dus sterk samen met mediacultuur en populaire cultuur. 
Netiquette
Netwerk en etiquette. 
Hoffelijkheid online.

Slide 17 - Tekstslide

Online gelden net zoals in het echte leven ook bepaalde normen, waarden en regels. Netiquette is een samenvoeging van de woorden netwerk en etiquette. Hoffelijkheid online dus! Het omvat de ongeschreven regels over hoe je je gedraagt op het internet. Hoewel ze veelal vanzelfsprekend lijken, is niets minder waar. Mensen durven online wel eens vergeten dat aan de andere kant van het scherm wel degelijk een persoon zit en ze dus niet zomaar tegen een toestel aan het communiceren zijn.
Think before you post!
DENK voor je post:

D: Duidelijk? 
E: Empatisch? 
N: Nodig? 
K: Kritisch?

Slide 18 - Tekstslide

Denk voor je post is een belangrijk onderdeel van netiquette. 
Om ruzies, pesten, misverstanden en gênante situaties te vermijden die je online én offline reputatie kunnen schaden, is het steeds nodig om goed na te denken voor je dingen online zet en hoe je dat doet. Dingen die je offline niet zou zeggen of doen zeg of doe je dus ook best niet online. 
Korte pauze

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Online kwetsend gedrag
Faisal
Faisal is een tijdje geleden uit de kast gekomen. Zijn familie en vrienden steunen hem en reageerden heel positief maar op zijn voetbalvereniging doen veel jongens naar tegen hem. Faisal houdt van voetballen maar denkt er aan te stoppen.
Daisy
Daisy heeft ruzie met een paar meisjes op school. Ze heeft op het schoolfeest gezoend met de ex van Milou. Milou heeft al haar vriendinnen tegen Daisy opgezet. Daisy durft niet meer naar school en wil zich morgen ziek melden.
Jeroen
Jeroen heeft een YouTube kanaal waarop hij games streamt. Hij heeft best veel volgers, krijgt veel leuke reacties, maar ook veel minder leuke berichten. Soms denkt hij er aan om te stoppen met zijn kanaal.
Asha
Asha heeft een kanaal waarop ze make-up tutorials plaatst. Veel vriendinnen vinden het heel leuk wat ze doet maar iedereen kan de filmpjes zien en niet alle reacties zijn leuk. Asha denkt er aan om te stoppen omdat ze zich hier vaak rot door voelt.
Kim
Kim heeft toen ze verkering had met Daan naaktfoto's naar hem gestuurd. Vorige week heeft ze het met hem uitgemaakt en sindsdien dreigt hij deze foto's te delen. Ze is ontzettend bang. Als haar ouders hier achter komen weet ze zeker dat ze woest zijn!
Als je actief bent op sociale media krijg je te maken met reacties. Vaak zijn deze positief, maar helaas niet altijd. 

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Groepsopdracht
Maak groepjes van twee of drie. Je hebt een kwartier de tijd.
Kies één van de vijf voorbeelden uit. Vul samen het werkblad in.
Wanneer je de beurt krijgt, presenteer je met je groepje jullie resultaten.
timer
15:00
Jeroen
Jeroen heeft een YouTube kanaal waarop hij games streamt. Hij heeft best veel volgers, krijgt veel leuke reacties, maar ook veel minder leuke berichten. Soms denkt hij er aan om te stoppen met zijn kanaal.
Daisy
Daisy heeft ruzie met een paar meisjes op school. Ze heeft op het schoolfeest gezoend met de ex van Milou. Milou heeft al haar vriendinnen tegen Daisy opgezet. Daisy durft niet meer naar school en wil zich morgen ziek melden.
Faisal
Faisal is een tijdje geleden uit de kast gekomen. Zijn familie en vrienden steunen hem en reageerden heel positief maar op zijn voetbalvereniging doen veel jongens naar tegen hem. Faisal houdt van voetballen maar denkt er aan te stoppen.
Asha
Asha heeft een kanaal waarop ze make-up tutorials plaatst. Veel vriendinnen vinden het heel leuk wat ze doet maar iedereen kan de filmpjes zien en niet alle reacties zijn leuk. Asha denkt er aan om te stoppen omdat ze zich hier vaak rot door voelt.
Kim
Kim heeft toen ze verkering had met Daan naaktfoto's naar hem gestuurd. Vorige week heeft ze het met hem uitgemaakt en sindsdien dreigt hij deze foto's te delen. Ze is ontzettend bang. Als haar ouders hier achter komen weet ze zeker dat ze woest zijn!

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Eindopdracht

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maak je eigen social media - post
Maak een post (video, foto, reactie) die je via je eigen socials (Instagram, Facebook, TikTok, Snapchat) zou kunnen plaatsen, waaruit jouw online identiteit blijkt. Neem het serieus.
1: Welke verschillen zijn er in jouw online en offline (werkelijke) identiteit? Denk hierover na, schrijf je antwoord op in maximaal twee á drie zinnen.
2: Is het erg om de schone schijn online op (proberen) te houden?
Waarom wel? Waarom niet? Denk hierover na, schrijf je antwoord op in maximaal twee á drie zinnen.
3: Welke foto's zou jij niet op social media plaatsen? Waarom niet? Denk hierover na, schrijf je antwoord op in maximaal twee á drie zinnen.




Voorbeelden:
- Maak een videofilmpje over je digitale identiteit.
- Maak een foto, waaruit je digitale identiteit blijkt.
- Maak een reactie op iets of iemand wat je interesseert of dwarszit op bv Instagram.


Hoe dan?
Op veel social media kanalen kun je posts ontwerpen en opslaan zonder ze te plaatsen.
Maak individueel zo'n post, sla deze op en zorg dat je deze kan laten zien.
Heb je zelf geen socials, vraag dan een klasgenoot of je iets mag maken op diens account, of wees creatief met een andere app.

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lunchpauze

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Presentaties
Welkom ouders van klas 2!

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies