• Batterijen en accu’s leveren een constante spanning. Daarom worden ze spanningsbronnen genoemd. In een batterij komt voortdurend nieuwe lading vrij. Dat zorgt ervoor dat de spanning steeds even groot blijft.
• Gewone batterijen kun je maar één keer gebruiken. Herbruikbare batterijen kun je opladen door de stroom er in omgekeerde richting doorheen te sturen.
• Als de spanning op een lamp lager is dan waarvoor hij ontworpen is, dan brandt de lamp zwak. Is de spanning te hoog, dan brandt de lamp door.
• Batterijen kun je in serie schakelen. Je mag dan hun spanningen bij elkaar optellen.
• 230 V is de spanning van de stopcontacten in huis.