Kapitel 3 Lektion 6B

• Duits
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Guten Tag!

• Setzt euch bitte (ga zitten)
• Handy in der Handytasche!
• Schulsachen auf dem Tisch (Buch, Laptop, Heft)
• Laptop geschlossen
• Rucksack auf dem Boden

Was machen wir heute?

-Hausaufgaben 5

-Grammatik Kapitel 3 (stencils)

- Sätze schreiben + korrigieren 20

- Worträtsel 15

- Evaluieren 5

Kapitel 3 : Bern

Gesunde Ernährung, Gesundheit & Krankheit, feiern

Lernziele

- ik kan zinnen schrijven met werkwoorden en woorden die ik voor de toets moet kennen

- ik heb geoefend met de woorden van Kapitel 3

Die Hausaufgaben

1. Was ist Fasching/Fastnacht?
2. Was ist die Auferstehung?
3. Was wird am 1. Mai gefeiert?
4. Nikolaustag ist am........Dezember.
5. Der Tag der deutschen Einheit ist der...
6. Am zweiten Sonntag im Mai wird......gefeiert.
7. Was sind 'Umzüge' auf Niederländisch ?
8. Was ist 'Karfreitag' auf Niederländisch?

Toetsonderdeel: zinnetjes vertalen 

Hulpmiddelen: 

- Boek Lernbox 3+6 

- Grammaticastencil

Zet je naam op je blaadje!

Werk stil en alleen. Denk aan hoofdletters!

Sätze schreiben

1. Jij werkt met (=an) Kerst. (arbeiten)
2. Koopt hij vuurwerk (=Feuerwerk) voor (=zu) Oudejaarsdag? (kaufen)
3. Wij vieren carnaval en Suikerfeest. (feiern)
4. De verjaardag is leuk (=toll). 
5. Van (=vom) Sinterklaas krijgt zij cadeaus (=Geschenke). (bekommen)
6. Ik poets de tanden (putzen).
7. Met (=zu) Pasen zoeken jullie eieren (=Eier). (suchen) 
8. Heeft u hoofdpijn (....schmerzen)? 

Sätze schreiben

1. Du arbeitest an Weihnachten.
2. Kauft er Feuerwerk zu Silvester? 
3. Wir feiern Karneval und Zuckerfest.
4. Der Geburtstag ist toll.
5. Vom Nikolaus bekommt sie Geschenke.
6. Ich putze die Zähne.
7. Zu Ostern sucht ihr Eier.
8. Haben Sie Kopfschmerzen?

Worträtsel machen

woordzoeker of kruiswoordraadsel 

Vokabeln Lektion 3

Waar wil je in de laatste les voor de toets nog mee oefenen?

Waar wil je in de laatste les nog (extra) uitleg over?

Hoe ga je je op de toets voorbereiden?

Waar ga je vooral nog aan werken?

Nächste Stunde(n)

Woche 13: Feestdagenquiz + leren/oefenen voor toets

Woche 14: Dienstag, 2. April kein Deutschunterricht, 

                    3./4. April Klassenarbeit

Wirft Müll weg!

Wartet bis es klingelt!

Stellt die Stühle unter den Tisch!

Danke schön !

Was?	Aufgabe 4 (1 t/m 6)	S. 158
Wie?	zu Zweit
Wie lange?	10 min
Hilfe?	Text Welches Fest findest du schön?
Fertig?	https://lingua.com/nl/duits/lezen/feste-feiertage/ https://lingua.com/nl/duits/lezen/feste/	online
Was machen wir damit?	besprechen

Selbstständig an die Arbeit!