BS 2: De bloedsomloop en het hart

BS 2: De bloedsomloop en het hart
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

Onderdelen in deze les

BS 2: De bloedsomloop en het hart

Slide 1 - Tekstslide

Doelen
  • Je kunt de grote en de kleine bloedsomloop onderscheiden met hun functies
  • Je weet wat er bedoeld wordt met een dubbele bloedsomloop.
  • Je kunt de delen van een hart en de aansluitende bloedvaten noemen met hun kenmerken en functies
  • Je kunt beschrijven hoe de hartslag verloopt

Slide 2 - Tekstslide

Dubbele bloedsomloop


In 1 omloop komt het bloed 2x door het hart.

Holle aders - HART - longen - HART - aorta 

Slide 3 - Tekstslide

Kleine bloedsomloop


Hart  -> longen -> hart


Functie van de kleine bloedsomloop is het afgeven van CO2 aan de longen en het opnemen van zuurstof uit de longen zodat er weer zuurstofrijk bloed ontstaat.

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Grote bloedsomloop


Hart  -> alle organen -> hart


Functie van de grote bloedsomloop is het afgeven (brengen van) zuurstof aan alle organen
(en cellen) 

En CO2 en afvalstoffen afvoeren.


Slide 6 - Tekstslide

HET HART:
Het Hart.

Al deze onderdelen moet je kennen!!!
Ook moet je weten in welke volgorde het bloed erdoorheen stroomt. (pijlen)


Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

0

Slide 9 - Video

0

Slide 10 - Video

0

Slide 11 - Video

De hartslag
1. Samentrekken 
    van de boezems
2. Samentrekken van 
    de kamers
3. Hartpauze

Slide 12 - Tekstslide

1. Samentrekken van de boezems
  • De boezems trekken samen
  • Bloed stroomt naar de kamers
  • De hartkleppen zijn open
  • De halvemaanvormige kleppen zijn dicht

Slide 13 - Tekstslide

2. Samentrekken van de kamers


  • De kamers trekken samen
  • De hartkleppen zijn dicht
  • De druk in de kamers stijgt
  • De halvemaanvormige kleppen gaan open
  • Het bloed stroomt de aorta en longslagaders in

Slide 14 - Tekstslide

3. Hartpauze
  • Kamers en boezems zijn ontspannen
  • Bloed stroomt vanuit holle aders en longaders naar de boezems en kamers
  • Hartkleppen zijn open
  • Halve maanvormige kleppen zijn dicht

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Wat komt vrij bij verbranding
A
Co2 en energie
B
water en CO2
C
CO2, energie en water
D
geen van allen

Slide 18 - Quizvraag

welke cellen vervoeren de zuurstof in het bloed
A
geen een, het vervoerd zichzelf
B
witte bloedcellen
C
witte en rode bloedcellen
D
rode bloedcellen

Slide 19 - Quizvraag

Bij deze aandoening krijg je last van aanvallen
A
COPD
B
Astma
C
Hooikoorts

Slide 20 - Quizvraag

Welke stoffen gaan vanaf de spieren naar het bloed?
A
Koolstofdioxide en glucose
B
Koolstofdioxide en water
C
Zuurstof en glucose
D
Zuurstof en water

Slide 21 - Quizvraag

Bij het uitademen gebeurt er iets met je ribben en je middenrif, namelijk...
A
Ribben gaan omhoog, Middenrif wordt bol
B
Ribben gaan omlaag, Middenrif wordt bol
C
Ribben gaan omhoog, Middenrif wordt plat
D
Ribben gaan omlaag, Middenrif wordt plat

Slide 22 - Quizvraag

Bij een hartslag zitten verschillende fasen. Welke fase komt als eerste?
A
Samentrekken kamers
B
Samentrekken boezems
C
Hartpauze
D
Hartrust

Slide 23 - Quizvraag

Via de armslagaders komt er bloed in je armen en handen.
Bij welke bloedsomloop horen de armslagaders?
A
Kleine bloedsomloop
B
Grote bloedsomloop
C
Grote en kleine bloedsomloop

Slide 24 - Quizvraag


nr. 3
1
2
3
4
5
6
A
zuurstof arm naar de longen
B
zuurstof rijk naar de longen
C
zuurstof arm naar organen
D
zuurstof rijk naar organen

Slide 25 - Quizvraag

Kleine bloedsomloop
Grote bloedsomloop
alle organen
longen
zuurstofrijk- zuurstofarm
van linker harthelft naar rechter harthelft
van rechter harthelft
naar linker harthelft
zuurstofarm-zuurstofrijk

Slide 26 - Sleepvraag

Wat vind je nog onduidelijk van deze les? Waar heb je nog vragen over?

Slide 27 - Open vraag

Slide 28 - Tekstslide