Brazilie economie

Brazilië

is een opkomend land: het maakt een snelle economische groei door!
De produktie van goederen en de welvaart groeien hierdoor.
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
aardrijkskundeVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 5

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Brazilië

is een opkomend land: het maakt een snelle economische groei door!
De produktie van goederen en de welvaart groeien hierdoor.

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom is Brazilië een opkomende economie?
A
Ze produceren alleen voor zichzelf.
B
Het land handelt veel met buurlanden.
C
Ze importeren alleen uit andere landen
D
Het land profiteert van de wereldhandel.

Slide 2 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is geen voorbeeld van globalisering?
A
Een Belg met meubels van Ikea
B
Een Chileen met een Nike-shirt
C
Een Nederlander op klompen
D
Een Amerikaan in een VW

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe stimuleert de overheid economische groei?
A
Globalisering
B
Bouwen van technopolen
C
Favelas
D
Stimuleren van de landbouw

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de belangrijkste energiebronnen van Brazilië?
A
aardgas
B
suikerriet (bio-ethanol)
C
Hydro-elektriciteit
D
aardolie

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke van de volgende oorzaken zijn de reden van de stijgende energiebehoefte in Brazilië (drie antwoorden zijn goed)
A
Meer bedrijven
B
vondst van aardolie in Brazilië
C
achtergebleven gebieden voorzien van energie
D
Bevolkingsgroei

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk land hoort niet bij de BRIC landen?
A
Brazilië
B
China
C
Rusland
D
Indonesië

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

BRIC-landen
Brazilië, Rusland, India en China zijn opkomende landen. Nog niet ontwikkeld, maar groeien snel door productie en welvaart.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom rekenen we Brazilië bij de BRIC-landen?
A
Omdat het een arm land is.
B
Omdat de bevolking snel groeit
C
Omdat de economie snel groeit
D
Omdat er veel mensen naar Brazilië verhuizen.

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de belangrijkste samenwerkingsverband voor Brazilië op politiek vlak op continentaal schaalniveau?
A
UNASUR
B
NAFTA
C
MERCOSUR
D
WTO

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Voor de aanleg van de interoceanische route moest Brazilië een route aanleggen door Peru en Ecuador, waarom kiest Brazilië ervoor om Peru en Ecuador erbij te betrekken, verklaar je antwoord vanuit de economische dimensie

Slide 11 - Open vraag

Peru en Ecuador zijn minder ontwikkeld ten opzichte van Brazilië, Brazilië kan dus investeren in de infrastructuur waarmee het toegang heeft tot de Aziatische afzetmarkt.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Handelstekort
Handelsoverschot
Importpakket:
Minerale brandstoffen
Machines
Medische apparatuur
Exportpakket:
IJzererts
Suikerriet
Sojabonen
Aardolie
Vlees

Land- en mijnbouwprod-ucten

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom exporteert Brazilië van oudsher relatief weinig naar het buitenland?
A
Welvaart is hoog genoeg
B
Geen goede producten om te exporteren
C
Grote interne markt
D
Handelsbelemmering-en

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Brazilië is aantrekkelijk voor buitenlandse investeringen (FDI).
Welke reden is hiervoor het minst belangrijk?
A
Veel grote steden
B
Veel grondstoffen
C
Stijgende welvaart
D
Steeds beter opgeleide grote bevolking

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom zouden de BRIC-landen een eigen banken-/investerings-systeem willen oprichten, los van IMF en Wereldbank?
A
Chinees geld stinkt minder
B
Kredietverstrekker bepaalt beleid van land mee.
C
Sterkere positie t.o.v. triadelanden
D
BRICS-landen zijn rijker dan triadelanden

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Brazilië doet ook aan exportvalorisatie.
Wat wordt hiermee bedoeld?
A
De exportproducten worden gelabeld.
B
Er is een grotere variatie aan exportproducten.
C
Er wordt meer geëxporteerd dat geïmporteerd.
D
Verhoging van de waarde van de export.

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies