Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Word order (grammar)
Afsluiting periode 2
Wanneer ontvang je je studiepunt?
1. als je een spel uitgevoerd hebt (gericht op spreken)
2. Black out poem
3. als je de grammatica toets met een voldoende afgerond hebt.
Wanneer is die toets?
1e les periode 3.
1 / 29
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Engels
MBO
Studiejaar 1
In deze les zitten
29 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
50 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Afsluiting periode 2
Wanneer ontvang je je studiepunt?
1. als je een spel uitgevoerd hebt (gericht op spreken)
2. Black out poem
3. als je de grammatica toets met een voldoende afgerond hebt.
Wanneer is die toets?
1e les periode 3.
Slide 1 - Tekstslide
Practice makes perfect
Word Order and tense revision
Slide 2 - Tekstslide
Jackie doesn't like ice-cream.
A
present simple
B
past simple
C
present perfect
D
past perfect
Slide 3 - Quizvraag
The birds are flying in the sky.
A
present simple
B
past simple
C
present continuous
D
present perfect
Slide 4 - Quizvraag
She is writing a letter.
A
present simple
B
past simple
C
present continuous
D
present perfect
Slide 5 - Quizvraag
She does her best.
A
present simple
B
past simple
C
present perfect
D
past perfect
Slide 6 - Quizvraag
recognising word order
In the next few slides you will see a sentence.
You have to choose the correct sentence.
First presentation word order (pp)
Slide 7 - Tekstslide
Choose the correct sentence:
A
I do my homework every Tuesday at school.
B
I do my homework at school every Tuesday.
Slide 8 - Quizvraag
Choose the correct sentence:
A
She reads her book at home every day.
B
She reads her book every day at home.
Slide 9 - Quizvraag
Choose the correct sentence:
A
At the mountains John has a holiday house.
B
John has a holiday house at the mountains .
C
John has at the mountains a holiday house.
Slide 10 - Quizvraag
Choose the correct sentence:
A
My brother enjoys weekly good food at restaurants .
B
My brother enjoys at restaurants good food weekly.
C
My brother enjoys good food at restaurants weekly.
Slide 11 - Quizvraag
Choose the correct sentence:
A
He works often at home.
B
He often works at home.
Slide 12 - Quizvraag
Choose the correct sentence:
A
She is always late.
B
She always is late.
Slide 13 - Quizvraag
Choose the correct sentence:
A
They never do their homework.
B
They do never their homework.
Slide 14 - Quizvraag
recognising word order (2)
In the next few slides you will see some more questions about word order.
You have to choose the correct answer.
Slide 15 - Tekstslide
Wat doe je met het werkwoord in een vraagzin?
timer
0:20
A
Does/ do + hele werkwoord
B
werkwoord + s
C
Does not + hele werkwoord
D
werkwoord + does
Slide 16 - Quizvraag
In what sentence did I use the Present Simple?
A
I walked to school.
B
I walk to school.
C
I have walked to school.
D
I will walk to school.
Slide 17 - Quizvraag
Word order
adverbs of time and place plaats je:
A
tijd komt voor plaats
B
altijd na een hoofdwerkwoord
C
plaats komt voor tijd
D
altijd aan het begin van de zin
Slide 18 - Quizvraag
What is the correct word order in English?
A
who what where when
B
when who what where
C
when who what where
D
who what when where
Slide 19 - Quizvraag
choose the right word order
A
Who - does - where - what - when
B
Who - does - where- when - what
C
Who - does - what - when - where
D
Who - does - what - where - when
Slide 20 - Quizvraag
Wat is een 'verb'?
School starts at 8 o'clock.
Slide 21 - Open vraag
wat is het 'object'?
We are answering the questions now.
Slide 22 - Open vraag
Which word order is correct?
A
Time + subject + verb + place
B
Subject + verb + time + place
C
Subject + verb + place + time
D
Place + subject + verb + time
Slide 23 - Quizvraag
Wat betekent 'adverb of frequency?
A
bijwoord van bepaalde tijd
B
bijwoord van tijd
C
bijwoord
D
bijwoord van onbepaalde tijd
Slide 24 - Quizvraag
Choose the correct word order:
go-always-we-on Saturdays-shopping
A
We go always shopping on Saturdays
B
We always go shopping on Saturdays
C
We go shopping on Saterdays always.
D
On Saterdays we always go shopping
Slide 25 - Quizvraag
Options for the rest of the lesson
option 1: See you in period 3, first lesson, test time!
Option 2, let's practice. Practice the rest of the lesson with tenses and word order.
Slide 26 - Tekstslide
Slide 27 - Tekstslide
Choose the correct sentence:
A
We play volleyball outside every Thursday afternoon.
B
We play outside volleyball every Thursday afternoon.
C
We play outside every Thursday afternoon volleyball.
Slide 28 - Quizvraag
Word order
adverbs of frequency plaats je:
A
na to be/voor en voor een hoofdwerkwoord
B
na to be en een hoofdwerkwoord
C
voor to be/na een hoofdwerkwoord
D
voor to be en een hoofdwerkwoord
Slide 29 - Quizvraag
Meer lessen zoals deze
Proeftoets Engels JAD- Word order
November 2021
- Les met
38 slides
Engels
MBO
Studiejaar 1
2.1 Word Order
September 2021
- Les met
36 slides
Engels
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
Grammar 4H
Februari 2024
- Les met
41 slides
Engels
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
Adverbs of Frequency
September 2019
- Les met
34 slides
Engels
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Grammar 4H
Februari 2024
- Les met
47 slides
Engels
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
Grammar - word order + adverbs of frequency
Mei 2024
- Les met
26 slides
Engels
Middelbare school
vmbo g, t, mavo, havo, vwo
Leerjaar 1-3
Grammar - word order + adverbs of frequency
Mei 2024
- Les met
35 slides
Engels
Middelbare school
vmbo g, t, mavo, havo, vwo
Leerjaar 1-3
Grammar - word order + adverbs of frequency
4 dagen geleden
- Les met
26 slides
Engels
Middelbare school
vmbo g, t, mavo, havo, vwo
Leerjaar 1-3