Erfelijkheid, dominant, recessief, kruisingsschema's klas 4T

1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Doel
- Je kunt uitleggen wat het verschil is tussen dominante en    recessieve genen.
- Je kunt uitleggen hoe het fenotype er uit ziet bij intermediaire genen.
- Je kunt een kruisingsschema invullen.

Slide 2 - Tekstslide

Wanneer zie je dominante genen in het fenotype?

Slide 3 - Woordweb

Wit haar is een recessieve eigenschap bij cavia's.
Wat is de goede manier om de genen te noteren?
A
WW
B
ww
C
Ww
D
wW

Slide 4 - Quizvraag

Een dominante eigenschap
Een dominante eigenschap geef je aan met een hoofdletter. A
Een dominante eigenschap zie je altijd terug in het fenotype. AA
Iemand die heterozygoot is kan een andere eigenschap hebben die je niet ziet in het fenotype. Aa
In de ene geslachtscel komt het dominante gen A.
In de andere geslachtscel komt het recessieve gen a.


Slide 5 - Tekstslide

Een recessieve eigenschap
Een recessief gen geef je aan met een kleine letter a
Een recessieve eigenschap zie je alleen in het fenotype als iemand homozygoot is voor die eigenschap aa
In elke geslachtscel komt een recessief gen terecht.

Slide 6 - Tekstslide

Een intermediaire eigenschap
Soms zijn genen niet dominant of recessief.
Die genen noem je intermediair. Ze zijn even sterk.
De nakomelingen krijgen een mengvorm van beide genen.
Witte bloemen kruisen met rode bloemen de nakomelingen worden roze.

Slide 7 - Tekstslide

Samengevat:
Homozygoot dominant = AA, BB, CC, enz.
Homozygoot recessief = aa, bb, cc, enz.
Heterozygoot 1 domnant en 1 recessief gen = Aa, Bb, Cc, enz.

Intermediair gen = Az, Bz, Cw enz.

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Kruisingsschema's
De ouders worden aangegeven met een P
De nakomelingen van de ouders zijn de F1
De nakomelingen van F1 wordt de F2 genoemd.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Kruisingsschema's 

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Een heterozygote gele alien voor vachtkleur paart met een homozygote groene alien. Welke eigenschap is dominant?
A
Geel
B
Groen

Slide 20 - Quizvraag

Slide 21 - Tekstslide

Werk dit uit. 

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Hier worden twee heterozygote gele aliens gekruist. Teken het kruisingsschema.

Slide 24 - Open vraag

Je kruist een witte cavia (aa) met een Zwarte cavia (AA). Wat komt er in de geslachtcellen?

Slide 25 - Open vraag

De cavia's uit de vorige vraag krijgen 8 kleine cavia's. Hoeveel daarvan verwacht je dat er zwart zijn?

Slide 26 - Open vraag

Deze zwarte baby cavia's worden groot en paren onderling. Wat is het genotype van deze cavia's?
A
Aa
B
AA
C
aa
D
Niet te zeggen

Slide 27 - Quizvraag

Ik kan zelf aan de slag met dit soort vragen
😒🙁😐🙂😃

Slide 28 - Poll