Kennismaking GGZ

Doelgroepen - week 5 - GGZ
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1,2

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Doelgroepen - week 5 - GGZ

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel 
Aan het einde van de les kan je een realistisch beeld van de zorgvrager in de GGZ en de problemen van deze zorgvrager beschrijven.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waar staat GGZ voor?
A
Grote groep zorg
B
Geestelijke gehandicaptenzorg
C
Geestelijke gezondheidszorg
D
Psychiatrie

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Zoek naar een afbeelding, die het beste jouw persoonlijkheid omschrijft

Slide 4 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar denk jij aan bij werk in de GGZ?

Slide 5 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Zie jij jezelf werken in de GGZ?

Slide 7 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaan we doen vandaag?
  • Kennismaking GGZ
  • De zorgverlener in de GGZ
  • De verschillende werkvelden binnen de GGZ

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is jouw ervaring met de GGZ?

Slide 9 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Stel jij of iemand in jouw omgeving ervaart psychische problemen.
Naar welke hulpverlener ga je als eerste toe?

Slide 10 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat doe je als verzorgende / verpleegkundige als je in de GGZ werkt

Slide 12 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

De verzorgende/verpleegkundige in de GGZ
  • Ondersteuning, zorg en begeleiding aan (complexe) zorgvragers met:
            - Psychosociale stoornissen
            -  Psychiatrische stoornissen
             - Verslaving
  • Stimuleren van de zelfzorg
  • Preventieve activiteiten uitvoeren
  • Herkennen crisissituatie
  • Suïcidaliteit inschatten



Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Video

Deze slide heeft geen instructies

In de GGZ krijg je zorg bij psychische of psychiatrische problemen
A
Ja
B
Nee

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De begeleiding
  • Afgestemd op één zorgvrager
  • Groepen zorgvragers
  • Mantelzorgers/naasten

  • Structuur aanbrengen in de dag


Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

timer
8:00
Zoek op internet op welke ziektebeelden je tegenkomt in de GGZ en jou aanspreken. Vul minimaal 2 voorbeelden hiervan in in de LessonUp.

Slide 17 - Woordweb

Borderline
Depressie
ADHD
Autisme
Schizofrenie
Welke doelgroepen zijn er volgens jullie binnen de GGZ?

Slide 18 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Acute psychiatrie

Slide 19 - Tekstslide

Wanneer de crisis voorbij is, vaak ook door medicatie, beoordelen de zorgverleners samen met de zorgvrager of verdere behandeling nodig is en welke vorm van therapie geschikt is. Dit kan een behandeling in een instelling zijn (klinische zorg), maar ook een behandeling bij de zorgvrager thuis (ambulante zorg).
Crisissituatie
Bij een psychiatrische crisis moet de huisarts worden gebeld. Hij is de eerste hulpverlener. De huisarts zal contact opnemen met de juiste instantie en zo nodig een opname of medicatie regelen. In een crisissituatie gaan zorgvragers naar:
de polikliniek van een APZ (algemeen psychiatrisch ziekenhuis)
de crisisopvang op een PAAZ (psychiatrische afdeling van een algemeen ziekenhuis)
Acute psychiatrie
  • Beschermt en begeleidt mensen in een crisissituatie. 
  • bv. psychoses of ernstige paniekaanval

Slide 20 - Tekstslide

Wanneer de crisis voorbij is, vaak ook door medicatie, beoordelen de zorgverleners samen met de zorgvrager of verdere behandeling nodig is en welke vorm van therapie geschikt is. Dit kan een behandeling in een instelling zijn (klinische zorg), maar ook een behandeling bij de zorgvrager thuis (ambulante zorg).
Crisissituatie
Bij een psychiatrische crisis moet de huisarts worden gebeld. Hij is de eerste hulpverlener. De huisarts zal contact opnemen met de juiste instantie en zo nodig een opname of medicatie regelen. In een crisissituatie gaan zorgvragers naar:
de polikliniek van een APZ (algemeen psychiatrisch ziekenhuis)
de crisisopvang op een PAAZ (psychiatrische afdeling van een algemeen ziekenhuis)
Chronische psychiatrie
  • Zorgvragers die zich door geestelijke stoornissen niet zelf kunnen redden in de maatschappij.
  • Woonvormen:
Zorginstelling
Begeleide woonvorm

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Chronische psychiatrie

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ouderenpsychiatrie

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ouderenpsychiatrie
  • Acute en/of chronische problemen

  • Het onderscheid:
Psychogeriatrie
Ouderenpsychiatrie

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Verslavingszorg

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verslavingszorg
  • Gespecialiseerde vorm van geestelijke en lichamelijke gezondheidszorg.
  • Samenwerking met meerdere disciplines.
  • Sociaal-maatschappelijke functie
  • Gedragsverandering en behandeldoelen


Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kinder- en jeugdpsychiatrie

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kinder- en jeugdpsychiatrie
  • Kinderen en jongeren met psychiatrische problemen.
  • Ondersteunen van een normaal mogelijke ontwikkeling.

  • Speciale afdelingen van instelling voor psychiatrische zorg.


Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 30 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 31 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Welke eigenschappen denk jij dat er binnen de GGZ van jou gevraagd worden?

Slide 32 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Zijn de GGZ en jij een match?

Slide 33 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Maak in teams:
  1. Welke mensen kom je tegen in de GGZ?
  2. Welke ziektebeelden kom je tegen in de GGZ en benoem ook kort wat dit ziektebeeld inhoudt (gebruik hiervoor het classificatiesysteem van DSM 5 zoals beschreven in je boek)        Benoem alleen de meest voorkomende en bekendste ziektebeelden/stoornissen/aandoeningen in de GGZ (zoek op internet naar de meest voorkomende ziektebeelden) en zorg ervoor dat je geen moeilijke termen gebruikt die niemand begrijpt.
  3. Wat zijn de algemene oorzaken van het ontstaan van psychiatrische stoornissen en geef hierbij een voorbeeld.
  4. Hoe denk jij over zorg verlenen aan deze doelgroep
timer
20:00

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat neem je mee uit deze les?

Slide 35 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Hoe heb jij deze les ervaren?
😒🙁😐🙂😃

Slide 36 - Poll

Deze slide heeft geen instructies