In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Onderdelen in deze les
Projectietekenen niveau 2
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoelen
- Technische tekeningen kunnen begrijpen en maken. - Verschil kennen tussen isometrisch en dimetrische projectie - Hoe je een voorwerp volgens een Europese projectie kan tekenen.
- Nauwkeurig werken.
- Doorzetten als het niet lukt of wordt zoals je dacht.
Slide 2 - Tekstslide
Hoeveel aanzichten zie je als je iets tekent in isometrische projectie?
A
1
B
4
C
2
D
3
Slide 3 - Quizvraag
De kubus is getekend in welke projectie
A
Isometrisch
B
Dimetrisch
Slide 4 - Quizvraag
Slide 5 - Video
Isometrische projectie
Op een goede technische tekening zie je een voorwerp van alle kanten die nodig zijn om het voorwerp te kunnen begrijpen en na te maken. We noemen dat projectie.
Slide 6 - Tekstslide
Technisch tekenen van een voorwerp
Bij technisch tekenen worden bij een rechthoekige projectie meestal drie aanzichten getekend. Het vooraanzicht (VAZ), het zijaanzicht (ZAZ) en het bovenaanzicht (BAZ). Je kan dit op twee manieren doen:
- De 'Europese' projectiemethode
- Of de 'Amerikaanse' projectiemethode
Slide 7 - Tekstslide
Europese projectie
Slide 8 - Tekstslide
Welke projectie- methode zien wij hier?
A
Een Europese projectie
B
Een isometrie
C
Een dimetrie
D
Een Amerikaanse projectie
Slide 9 - Quizvraag
Onder welke hoek lopen de schuine zijden bij een isometrische projectie?
A
25 graden
B
45 graden
C
30 graden
D
60 graden
Slide 10 - Quizvraag
Opdracht
Werkboek projectietekenen opdracht blz 22
Slide 11 - Tekstslide
Houtafmetingen 40 x 60 x 100 mm
De detailmaten van de pen zijn in de tekening aangegeven.