kunstgeschiedenis LiV

Kunst
THEMA KUNST 
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
Kunstzinnige oriëntatieBasisschoolGroep 5-8

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Kunst
THEMA KUNST 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

wat is kunst? 
waar is kunst? 
wie maakt kunst?
waar dient kunst voor?
waar denk je aan bij het woord:
kunst

Slide 2 - Woordweb

Begin met een korte discussie over wat kunst is en waarom het belangrijk is.
Leg uit dat kunstgeschiedenis de studie is van hoe kunst zich in de loop van de tijd heeft ontwikkeld.

Lesdoelen
  • Ik ken de belangrijkste kunststromingen en tijdperken in de Europese kunstgeschiedenis.
  • Ik weet dat kunst meer inhoud dan alleen schilderkunst.


Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat is Kunst
Alles wat door een mens voor mens is gemaakt met als doel de menselijke zintuigen en geest te prikkelen door originaliteit en/of schoonheid dat is kunst.
Kunst is een heel breed begrip. Het is een belangrijk onderdeel van onze cultuur. 
Er zijn verschillende soorten kunst, enkele voorbeelden zijn: muziek, literatuur, dans, theater, architectuur en beeldende kunst.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De geschiedenis van kunst
Van Holbewoner tot Banksy

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke kunststromingen
ken jij al?

Slide 7 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Holbewoners

Slide 8 - Tekstslide

Bespreek kort de kunst van de holbewoners, zoals grottekeningen en beeldjes.
Leg uit dat deze kunst vaak gerelateerd was aan overleving en spirituele overtuigingen.

Prehistorische kunst is de term die wordt gebruikt voor kunstzinnige expressies tot aan de ontwikkeling van het schrift.
De Prehistorie

Slide 9 - Tekstslide

Er wordt nog steeds gediscussieerd over de reden  waarom ze zijn gemaakt. Was het een soort gebed aan de goden voor een goede jacht. Was het bedoel als dank voor een geslaagde jacht. was het een pure decoratie ??
Welke bewering klopt over kunst in de prehistorie?
A
Ze maakten rotsschilderingen
B
Prehistorie kent geen kunst

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Griekse Oudheid
Romeinse Oudheid

Slide 11 - Tekstslide

Griekse beeldhouwkunst:
  • Grieken idealiseerden de menselijke vorm en streven naar perfectie in kunst.
  • Filosoof Plato geloofde in een perfecte vorm van schoonheid, wat kunstenaars beïnvloedde.
  • Griekse kunst streefde naar harmonie, balans en perfecte proporties.
Romeinse mozaïeken:
  • Romeinen bewonderden de Griekse cultuur en namen artistieke principes over.
  • Filosofische ideeën van Plato indirect beïnvloedden Romeinse kunst.
  • Romeinse mozaïeken volgden Griekse idealen van schoonheid en harmonie.
Grieken en Romeinen
Zo realistisch mogelijke beelden

Slide 12 - Tekstslide

De eerste beelden die ze maakten waren nog vrij statische. Later werden ze bewegelijker en daardoor ook realistischer. 

Romeinen gingen voor echt menselijk. In hun beelden zie je dat terug doordat ze ook de lelijke dingen afbeelden. Zoals grote neuzen en rimpels.  

Grieken gingen voor het menselijke ideale. De perfecte sporter, het lichaam met de ideale verhoudingen. 

Vermoedelijk is het zelfde het geval bij de schilderingen. Maar hier zijn er maar weinig van over dus is moelijker te analyseren. Allen in pompiie vind je veel schilderingen.

Middeleeuwse kunst heeft een heel duidelijk doel voor ogen. Middeleeuwse kunstenaars wilden door middel van hun kunstwerk het verhaal van de Bijbel delen. Een overtuigende gelijkenis met de natuur of juist iets heel moois maken, was niet het doel. Dit was misschien eerder verwerpelijk te noemen, kunst moest immers een educatief doel hebben en schoonheid kon daar van afleiden.
De Middeleeuwen

Slide 13 - Tekstslide

Veel kunst ontstond in de kerken. Al in de vroege Middeleeuwen versierden de binnen- en buitenkant van kerken met schilderingen, beelden en glas-in-loodramen. Kunst werd gebruikt om bijbelverhalen aan de mensen over te brengen. De meeste mensen konden namelijk niet lezen en schrijven. 

Vroege Middeleeuwen

Late Middeleeuwen

Slide 14 - Tekstslide

Middeleeuwse kunst en religie:
  • Middeleeuwse kunst was sterk religieus van aard, met nadruk op christelijke thema's.
  • Voorbeelden zijn kathedralen met gotische architectuur en religieuze manuscripten met miniaturen.
Augustinus en het christelijke wereldbeeld:
  • Augustinus was een invloedrijke middeleeuwse filosoof.
  • Hij benadrukte geloof, genade en de 'Stad van God'.
  • Zijn ideeën beïnvloedden het middeleeuwse christelijke wereldbeeld en de kunst, waarin de kerk centraal stond en het aardse leven diende als voorbereiding op het hemelse leven.
Waar werd kunst in de Middeleeuwen vooral voor gebruikt?
A
Om bijbelverhalen te vertellen.
B
Om leuk bezig te zijn.
C
Om je gevoelens op een creatieve manier te uiten.
D
Om te protesteren tegen de maatschappij

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De Renaissance staat bekend als een periode in de Europese geschiedenis die duurde van de 14e tot de 16e eeuw. Op allerlei gebieden, zoals de literatuur, muziek, architectuur en kunst vond een sterke oriëntatie plaats op de klassieke oudheid. Dus de kunst van de Grieken en de Romeinen.
Dit veranderde het mens- en wereldbeeld.
De Renaissance

Slide 16 - Tekstslide

Menselijke maat. Realisme is het doel van de renaissance . Hoeft ook niet meer allemaal christelijk verhalen. dit kwam doordat ook de rijkere burgerij het zich kon veroorloven om schilderijen te kopen. 

In deze periode is het lijnperspectief uitgevonden waardoor ze gebouwen ook realistisch konden schilderen. Veder werkten schilders nu vaak met modellen (dit in tegenstelling tot de middeleeuwen )
 
Zo gaat het verhaal dat Caravaggio een   prostitué gebruikte om model te zitten voor zijn schilderij van de dood van Maria. De opdracht gever heeft het schilderij daarom geweigerd
De barok is een stijlperiode gekenmerkt door gebruik van overdreven beweging en heldere en duidelijke detaillering die drama, spanning, uitbundigheid en grandeur bracht in de  
beeldhouwkunst, schilderkunst, architectuur, literatuur, dans, theater en muziek. De stijl begon rond 1600 in Rome en Italië verspreidde zich naar het grootste deel van Europa.
De Barok

Slide 17 - Tekstslide

In de 17e eeuw kwam de Barok-stijl op.  De barok is een stijl met veel realisme en dramatische effecten, om de kunst dichter bij de mensen te brengen.
De Romantiek

Slide 18 - Tekstslide

De Romantiek was een stroming in de westerse cultuur die aan het eind van de 18e en in de 19e eeuw opkwam vooral in Duitsland, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk, maar ook in België en Nederland. Het was voor alles een tegenreactie op de Verlichting, die eraan vooraf was gegaan.  Soms gingen kunstenaar niet allen voor mooi maar voor subliem. Er weder vooral landschappen geschilderd. Maar nu niet de netjes aangelegde  tuinen maar wilde onverschrokken natuur. 

In deze periode wordt de kunstenaar ook echt kunstenaar (genie)  en niet langer ambachtsman.  Uit deze periode komt ons idee  dat kunstenaars boven op hun zolder kamertje zitten te broeden op het perfecte schilderij. De natuur machtig, nietigheid van de mens.
De kunstenaar wil niet het object zoals het is, maar vooral de indruk, 
de impressie van het object vastleggen.
Het Impressionisme

Slide 19 - Tekstslide

Het impressionisme is een kunststroming, ontstaan vanuit de schilderkunst. De beweging ontstond in Frankrijk na 1850. 
Het idee achter het impressionisme is dat de schilder een "impressie" ofwel een specifieke indruk wilden achterlaten op hun publiek. Er werd veel geschetst en in de buitenlucht gewerkt. Dat was mogelijk door nieuwe ontwikkelingen zoals de verf tubes. 

Bij de schilderijen van het impressionisme zie je heel duidelijk de schildertoets (de kwast streken). Dat is een groot kenmerk van deze stroming. 

Kunstenaars gingen in deze periode ook meer kijken naar het licht en wat dat met kleuren doet. Zo heeft bijvoorbeeld Monet vele schilderingen gemaakt van de waterlelies in zijn vijver op verschillende periodes van de dag.
Het Expressionisme
Expressionisme is een kunststroming in Europa tussen 1905 en 1940. Het expressionisme wordt gezien als een van de stromingen van het modernisme (kunst). In het expressionisme wil de kunstenaar zijn of haar gevoelens, emoties en ervaringen uiten

Slide 20 - Tekstslide

Het expressionisme is een stroming in de Europese kunst en de literatuur uit de vroege twintigste eeuw (1905 tot 1940). In het expressionisme probeert de kunstenaar zijn, of haar, gevoelens of ervaringen voor het publiek uit te drukken, door een zekere vervorming van de werkelijkheid. 

Het Surrealisme
Surrealisme is een kunst-stroming uit de 20ste eeuw, van 1924 tot 1946 om precies te zijn. Een kenmerk van deze kunststroming is dat het lijkt alsof je naar een fantasie- of droomwereld kijkt. De kunstwerken zijn als je er op het eerste gezicht naar kijkt een beetje vreemd. Ook probeert de kunstenaar je soms op het verkeerde been te zetten, door dingen te laten zien die eigenlijk helemaal niet kunnen..

Slide 21 - Tekstslide

Kunststroming die ontstaan is in de 20e eeuw. Kunstenaars maakten kunst die in het echt niet kon bestaan. Ze lieten zich leiden door hun fantasie en bijvoorbeeld droombeelden.

Het Kubisme

In kubistische kunstwerken worden voorwerpen bestudeerd, als het ware opgebroken en opnieuw in elkaar gezet in een geabstraheerde vorm. 

Slide 22 - Tekstslide

Popart is een kunststroming die tegelijkertijd, maar los van elkaar, is ontstaan in het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten van Amerika in het midden van de jaren vijftig en haar hoogtijdagen beleefde in de jaren zestig van de 20e eeuw.

Popart en Moderne Kunst
Pop Art is afkorting voor “popular art” en verwijst naar de massa media en populaire moderne cultuur. Afbeeldingen uit tijdschriften en strips, maar ook alledaagse voorwerpen werden verwerkt in kunst. Deze verheerlijking van de consumptiemaatschappij zorgde voor een vermenging van traditionele ‘hoge’ kunstvormen met ‘lage’ afbeeldingen voor de massa. In het begin werd hiervoor vooral gebruik gemaakt van collages en zeefdrukken, maar later volgden ook de beeldhouwkunst en de schilderkunst.

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Modernisme

Slide 24 - Tekstslide

Toon afbeeldingen van moderne kunstwerken, zoals abstracte kunst en surrealisme.
Bespreek hoe de moderne kunst brak met traditionele stijlen en filosofische stromingen zoals existentialisme.

Modernisme bestaat uit een hele lijst met verschillende stromingen
- Impressionisme
- Expressionisme
- Kubisme
- Futurisme
- Abstracte kunst 
Zo gevarieerd als de mensen waren, dankzij de geglobaliseerde wereld, zo gevarieerd waren ook de kunststromingen. 
Impressionisme kon worden uitgevoerd dankzij de uitvinding van de verftube
prehistorie 
middeleeuwen 
Griekse oudheid
renaissance
impressionisme 
kubisme
surrealisme
modern kunst 

Slide 25 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

WAT HEB JE VANDAAG GELEERD ?

Slide 26 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Prettig weekend

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies