1.6 Meer of minder Europa?

Ik voel me het meest:
A
Europeaan
B
Nederlander
C
Gelderlander
D
Anders
1 / 24
volgende
Slide 1: Quizvraag
MaatschappijleerMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Ik voel me het meest:
A
Europeaan
B
Nederlander
C
Gelderlander
D
Anders

Slide 1 - Quizvraag

Casus
1.1 Wat als mensen er niet uitkomen?
1.2 Kiezen we voor meer vrijheid of gelijkheid?
1.3 Beslissen we met z'n allen of namens ons allen?
1.4 Wie heeft de macht?
1.5 In het stemhokje is iedereen gelijk. Maar daarbuiten?
1.6 Meer of minder Europa?
 1.7 Is onze democratie klaar?


H1 Parlementaire democratie?

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je kunt benoemen wat het dilemma van de soevereiniteit is en uitleggen welk effect supranationale samenwerking heeft op deze soevereiniteit.
  • Je kunt het proces van politieke besluitvorming in de EU beschrijven en hierbij uitleggen welke rol de belangrijkste Europese instituten spelen in dit proces.
  • Je kunt aan de hand van de voor- en nadelen van deelname aan de EU onderbouwen of je voor of tegen verdere Europese samenwerking bent.

Slide 3 - Tekstslide

In de Europese Unie kunnen landen intensief samenwerken om complexe problemen aan te pakken.  (maatschappelijke) Problemen die niet bij de grenzen van een land ophouden. Het doel  van de EU: meer vrede , welvaart en veiligheid!

Nationaal of internationaal?

Slide 4 - Tekstslide

Polen botst met de EU over LHBTI+-rechten
Polen heft ‘LHBTI+-vrije zones’ op: wint de EU?
Meer Europa betekent minder soevereiniteit voor een land.

Wat houdt dit in? En wat willen we eigenlijk met Europa?
Hoogste gezag binnen een land, oftewel de overheid.
Soevereiniteit->

Slide 5 - Tekstslide

Nederland moet soms ook wetten aanpassen omdat ze niet aansluiten bij Europees beleid. Dit zijn wetten die ons democratisch gekozen parlement heeft aangenomen en die onze ministers uitvoeren.

Hebben nationale parlementen en regeringen nog wel genoeg zeggenschap hebben over wat er in hun eigen land gebeurt?

Sommige maatschappelijke problemen kun je niet alleen lossen.


Slide 6 - Tekstslide

Als landen samenwerken/afspraken maken buiten de Europese Unie praten we over -> intergouvernementele overeenkomsten: Soevereiniteit blijft behouden.

De EU gaat verder-> een deel van de soevereiniteit  is overgedragen aan de EU->  supranationale samenwerking
Samenwerken, maar hoe?

Wanneer een land zich niet houdt aan deze afspraken, kan er een straf volgen. Bij een intergouvernementele overeenkomst blijft het land zelf de hoogste macht houden

Slide 7 - Tekstslide

Samenwerking betekent altijd compromissen sluiten.

In de EU is het inwoneraantal belangrijk bij het bepalen van de zwaarte van de stemmen - > grote en kleine landen.
 Informeel hebben Duitsland en Frankrijk veel invloed.

Eu -> overkoepelend bestuur. Zonder dit gezag is het moeilijk om met 27 landen beslissingen te nemen.
Samenwerken, maar hoe?

Slide 8 - Tekstslide

  • Wonen, werken
  • Geen grenscontroles
  • Euro
  • Databundel geld in de hele EU
  • Middelbareschooldiploma geldig in de hele EU
  • Subsidie; evenementen, Goudse kaas, studie
  • Veilig voedsel
Wat hebben we aan ‘Europa’? Voordelen/nadelen

Slide 9 - Tekstslide

Wat hebben we aan ‘Europa’? Voordelen/nadelen
  • Europese kwaliteitsstandaarden (CE-label)
  • Economie -> Open grenzen, Europese regels voor veiligheid en kwaliteit en een gezamenlijke munt zorgen ervoor dat bedrijven en ondernemers gemakkelijk handel kunnen drijven binnen de hele EU.
  • Grootste interne markt te wereld

Slide 10 - Tekstslide

Wat hebben we aan ‘Europa’? Voordelen/nadelen
  • Concurrentie-> Welvaart in andere landen kan lager liggen: mensen gaan akkoord met minder loon en slechte arbeidsomstandigheden. Fijn voor de werkgevers, maar het zet de lonen in deze sectoren onder druk en maakt het werk minder aantrekkelijk voor Nederlandse werknemers. 

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Wat past bij de EU?
A
Intergouvernementele overeenkomsten
B
Supranationale samenwerking

Slide 13 - Quizvraag

Wat is een Voordeel van de EU?

Slide 14 - Woordweb

Wat is een Nadeel van de EU?

Slide 15 - Woordweb

hallo

Lezen: 
1.6 Meer of minder Europa (introductie)

Opdrachten maken:
Introductie 1+2+ kennis 1 tot en met 3. (blz. 49)


Opdrachten:
timer
1:00
Klaar? Nakijken vorige paragraven!

Slide 16 - Tekstslide

(minstens 4 keer per jaar) Ook wel Eurotop genoemd. Bestaat uit de regeringsleiders van de lidstaten. De leiders overleggen over de richting van beleid.
(EP) VOlksvertegenwoordiging. Elke 5 jaar gekozen. Voor Nederlandse kiezers zijn er Nederlandse kandidaten. Vergelijkbaar met de Tweede Kamer (wetgevend + controleren). De leden van het Europees Parlement zitten niet per land bij elkaar. De zetels zijn verdeeld over de 27 lidstaten, waarbij enigszins rekening wordt gehouden met de inwoneraantallen van de lidstaten. 
Ook wel Raad van de Europese Unie genoemd. Stemt net als Europees Parlement over wetsvoorstellen. Welke ministers (uit lidstaten) in de Raad zitten is afhankelijk van het ondewerp dat besproken wordt.
Vergelijkbaar met ons kabinet (wetgeving + uitvoering). Alle lidstaten van de EU sturen 1 commissaris naar de Europese Commissie. Deze commissarissen denken aan het belang van de EU in haar geheel. Allemaal verantwoordelijk voor een bepaald beleidsterrein.
Europese Hof van Justitie: Zorgt dat de wetten van de EU overal op dezelfde wijze worden nageleefd en toegepast. Ook bedrijven en burgers kunnen naar het Hof stappen. Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) beboette bijvoorbeeld nog een Italiaanse gevangenis (zie bron 21).
Raad van de EU
Europese Raad
Europees Parlement
Europese Commissie
Regeringsleiders
Ministers met dezelfde portefeuille
Dagelijks bestuur, maakt wetgeving
Controleert Raad van EU en EC, wijzigt, verwerpt en neemt wetten aan

Slide 17 - Tekstslide

Hoe is de EU georganiseerd?

Slide 18 - Tekstslide

Er is veel kritiek op de organisatie van de EU. Toch is het niet gek dat de EU zo ingewikkeld is-> Elk lang eigen belang, met 27 landen afspraken maken is lastig, veel partijen, veel verschillende wensen, kleinere landen willen niet overheerst worden, iedereen wil invloed. 
Hoe is de EU georganiseerd?

Slide 19 - Tekstslide

  • De Europese Raad, de Raad van de Europese Unie en de Europese Commissie worden niet gekozen door het volk. Het Europees Parlement wel, maar heeft niet het laatste woord in de wetgevingsprocedure.
  • 41,8 % Nederlanders stemmen
  • Europa 50%
  • Vertegenwoordigt de EU het volk wel?
  • Europees Parlement zou juist meer macht moeten krijgen, zij worden wel gekozen door ons.
Is de EU democratisch genoeg?

Slide 20 - Tekstslide

Voorstanders->  EU brengt welvaart, vrede en de mogelijkheid om complexe internationale problemen gezamenlijk aan te pakken.  Je kunt de concurrentie aan met landen zoals China en de V.S. 

Tegenstanders-> Er is meer een nationaal gevoel dan een Europees gevoeld. EU is ingewikkeld en te ver van de burger af. Gevaar voor nationale soevereiniteit. 
Meer of minder Europa?
 

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Video

Slide 23 - Video

hallo

Lezen: H1.6 Meer of minder Europa?

Opdrachten maken:
1 tot en met 6  + 2 toepassingsvragen naar keuze

Opdrachten:
timer
1:00
Klaar? Nakijken vorige paragraven.

Slide 24 - Tekstslide