C3 planten: fotosynthese in pallisade parenchym. CO
2 en O
2 diffunderen vrij in- en uit de cel. Huidmondjes staan open.
Nadeel: bij sluiten huidmondjes neemt rendement Calvincyclus af. (vb. rijst, sinaasappelboom, theeplanten)
C4 planten: Kunnen fotosynthetiseren bij gesloten huidmondjes. Hebben enzym PEP (phosphate-enolpyruvaat) dat bindt aan CO2 tot een C4 verbinding (oxaalazijnzuur). Dit wordt omgezet in malaat (appelzuur). In schedecel splitst malaat in pyruvaat en CO2. CO2 gaat de calvincyclus in, pyruvaat wordt omgezet tot PEP.
Vb. Mais en suikerriet en grassen
CAM planten: Zetten 's nachts huidmondjes open voor CO2. Hebben ook PEP, maar slaan het malaat 's nachts op in de vacuole. Bij licht gaat de reactie verder zoals ook bij de C4-planten. Reacties vinden plaats in pallisade parenchym.
vb. Cactus en ananas. (vooral vetplanten)