In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Basisprincipes accountantscontrole
Slide 1 - Tekstslide
1. Welke verklaringen kan een accountant afgeven en wat houden ze in?
Slide 2 - Open vraag
2. Welke mogelijkheden worden onderscheiden bij een controleverklaring?
Slide 3 - Open vraag
3. Een accountant heeft een volledige controle uitgevoerd en hij heeft daarbij enkele kleine onvolkomenheden in het administratieve systeem geconstateerd. Welke verklaring zal de accountant afgeven?
A
Afkeurende verklaring
B
Goedkeurende verklaring
C
Oordeelonthouding
D
Verklaring met beperking
Slide 4 - Quizvraag
4. Welke ondernemingen zijn verplicht hun jaarrekening door een accountant te laten opstellen?
Slide 5 - Open vraag
5. Wat is een samenstellingsverklaring?
Slide 6 - Open vraag
6. Kan elke accountant een wettelijk verplichte controleverklaring afgeven?
Slide 7 - Open vraag
7. Wat houdt de zorgplicht van een accountant in?
Slide 8 - Open vraag
8. Waarom is het voor een accountant belangrijk dat de onderneming die hij controleert over een goed systeem van interne controle beschikt?
Slide 9 - Open vraag
9. Wat kan een accountant doen om de betrouwbaarheid van een cliënt te onderzoeken?
Slide 10 - Open vraag
10. Hoe kan een accountant zijn kennis en deskundigheid op peil houden?
Slide 11 - Open vraag
11. Wat is het verschil tussen een assurance-opdracht en een aan assurance verwante opdracht?
Slide 12 - Open vraag
12. Welke wet regelt het toezicht op accountants en wie houdt weer toezicht op de naleving van die wet?
Slide 13 - Open vraag
13. Stelling 1: De geheimhoudingsplicht van een accountant houdt in dat hij nooit informatie over een onderneming aan anderen bekend mag maken zonder toestemming van zijn opdrachtgever.
Stelling 2: Een registeraccountant heeft meer wettelijke bevoegdheden om controles uit te voeren dan een accountant-administratieconsulent.
A
Beide stellingen zijn juist
B
Beide stellingen zijn onjuist
C
Stelling 1 is juist en stelling 2 is onjuist
D
Stelling 1 is onjuist en stelling 2 is juist
Slide 14 - Quizvraag
14. Stelling 1: Voorschriften en procedures kunnen een waarborg zijn voor een integere bedrijfsvoering.
Stelling 2: De meest vergaande accountantsverklaring is de controleverklaring.
A
Beide stellingen zijn juist
B
Beide stellingen zijn onjuist
C
Stelling 1 is juist
Stelling 2 is onjuist
D
Stelling 1 is onjuist
Stelling 2 is juist
Slide 15 - Quizvraag
15. Hoe heet de plicht van een accountant dat hij juiste en betrouwbare gegevens aflevert?
Slide 16 - Open vraag
16. Wat kunnen de gevolgen zijn als een accountant geen betrouwbare gegevens aflevert?
Slide 17 - Open vraag
17. Welke waarborg is er dat een accountant zijn vakkennis up-to-date is?
Slide 18 - Open vraag
18. Waarom dient een accountant onafhankelijk te zijn?
Slide 19 - Open vraag
19. In welke situatie hoeft een accountant zich niet aan zijn geheimhoudingsplicht te houden?
Slide 20 - Open vraag
20. Waarom is toezicht op accountants nodig?
Slide 21 - Open vraag
21. Welke wet regelt het toezicht op accountants?
Slide 22 - Open vraag
22. Op welke wijze wordt gegarandeerd dat accountants zich aan de wet houden?