VEI 10.1 Man en vrouw

Leerdoelen Thema 2
2.1 Je kunt de delen van het voortplantingsstelsel van een man noemen en aanwijzen in een afbeelding. Ook kun je van deze delen de bouw, functie en werking beschrijven.
2.2 Je kunt de delen van het voortplantingsstelsel van een vrouw noemen en aanwijzen in een afbeelding. Ook kun je van deze delen de bouw, functie en werking beschrijven.
Je kunt omschrijven wat primaire en secundaire geslachtskenmerken zijn en
daarbij voorbeelden noemen.
Je kunt de processen tijdens de menstruatiecyclus beschrijven.
Je kunt beschrijven welke veranderingen er in het lichaam van de vrouw plaatsvinden net voor en na de bevruchting.
Je kunt de verschillen in de functie van zaadcellen en eicellen noemen.
Je kunt de embryonale ontwikkeling beschrijven.
Je kunt beschrijven hoe eeneiige en twee-eiige tweelingen ontstaan.
Je kunt beschrijven welke fasen tijdens de geboorte worden doorlopen.
Je kunt de werking van enkele voorbehoedsmiddelen beschrijven en aangeven of ze betrouwbaar zijn of niet.
Je kunt ziekteverschijnselen en genezingsmogelijkheden noemen van seksueel overdraagbare aandoeningen.
Je kunt functies van seksualiteit noemen en verschillen in opvatting, normen en waarden daarover omschrijven.
Je kunt situaties noemen waarin het verstandig is genetisch advies in te winnen
Je kunt methoden van prenataal onderzoek beschrijven.
Je kunt voorbeelden geven van geslachtelijke voortplanting bij dieren.
Je kunt noodmaatregelen tegen ongewenste zwangerschap noemen.

1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Leerdoelen Thema 2
2.1 Je kunt de delen van het voortplantingsstelsel van een man noemen en aanwijzen in een afbeelding. Ook kun je van deze delen de bouw, functie en werking beschrijven.
2.2 Je kunt de delen van het voortplantingsstelsel van een vrouw noemen en aanwijzen in een afbeelding. Ook kun je van deze delen de bouw, functie en werking beschrijven.
Je kunt omschrijven wat primaire en secundaire geslachtskenmerken zijn en
daarbij voorbeelden noemen.
Je kunt de processen tijdens de menstruatiecyclus beschrijven.
Je kunt beschrijven welke veranderingen er in het lichaam van de vrouw plaatsvinden net voor en na de bevruchting.
Je kunt de verschillen in de functie van zaadcellen en eicellen noemen.
Je kunt de embryonale ontwikkeling beschrijven.
Je kunt beschrijven hoe eeneiige en twee-eiige tweelingen ontstaan.
Je kunt beschrijven welke fasen tijdens de geboorte worden doorlopen.
Je kunt de werking van enkele voorbehoedsmiddelen beschrijven en aangeven of ze betrouwbaar zijn of niet.
Je kunt ziekteverschijnselen en genezingsmogelijkheden noemen van seksueel overdraagbare aandoeningen.
Je kunt functies van seksualiteit noemen en verschillen in opvatting, normen en waarden daarover omschrijven.
Je kunt situaties noemen waarin het verstandig is genetisch advies in te winnen
Je kunt methoden van prenataal onderzoek beschrijven.
Je kunt voorbeelden geven van geslachtelijke voortplanting bij dieren.
Je kunt noodmaatregelen tegen ongewenste zwangerschap noemen.

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Slide 3 - Video


Eind-
termen
bio
examen

Slide 4 - Tekstslide


Eind-
termen
bio
examen

Slide 5 - Tekstslide

Wat weet je nog?
  • Geslachtskenmerken (primair en secundair)
  • Mannelijk en vrouwelijk geslachtsorganen)
  • Menstruatiecyclus
  • Zwanger en bevallen, prenataal onderzoek, tweelingen
  • Levensfasen
  • Voortplanting zonder bevruchting (ongeslachtelijk, vermeerderen)

Slide 6 - Tekstslide

Begrippen  2.1Voortplantingsstelsel van de man
balzak                 Huidplooi waarin teelballen en bijballen liggen.
bijballen             Tijdelijke opslag voor zaadcellen.
eikel                     Top van de penis; gevoelig voor prikkels.
penis                   Uitwendig geslachtsorgaan van de man.
prostaat             Orgaan dat vocht toevoegt aan de zaadcellen.
teelballen (zaadballen)       Delen die zaadcellen produceren.
urinebuis          Transport van urine en sperma.
voorhuid            Huidplooi om de eikel.
zaadblaasjes   Organen die vocht toevoegen aan de zaadcellen.
zaadleiders      Transport van zaadcellen van bijbal naar prostaat.
zwellichamen  Delen die zich vullen met bloed en de penis in erectie brengen.

Slide 7 - Tekstslide

Geslachtskenmerken:
  • De kenmerken waaraan je kunt zien of iemand een man of vrouw is
  •  Primaire geslachtskenmerken
  • Secundaire geslachtskenmerken

Gebruik de begrippenlijst achterin het boek en schrijf in je schrift de begrippen met hun betekenis op!

Slide 8 - Tekstslide

Wat zijn geslachtskenmerken?
  • Primaire geslachtskenmerken heb je vanaf je geboorte
  • Secundaire geslachtskenmerken ontwikkel je vanaf de puberteit

Je wordt vruchtbaar in de puberteit 
jongen - start productie zaadcellen
meisje - ongesteld  (eicel rijpen)

Slide 9 - Tekstslide

Primair geslachtskenmerk.
Secundair geslachtskenmerk.
Borsten
Bredere heupen
Schaamhaar
Baardhaar
Balzak
Schaamlippen
Vagina
Penis

Slide 10 - Sleepvraag

Ontstaan van sperma

Slide 11 - Tekstslide

Zaadlozing
  1. Spiertjes bijballen trekken samen, persen zaadcellen de zaadleiders in
  2. Zaadblaasjes en prostaat trekken samen, voegen zaadvocht toe (zaadvocht + zaadcellen = sperma)
  3. Via de urinebuis verlaat sperma het lichaam

Slide 12 - Tekstslide

Mannelijke geslachtsorganen (Nrdhff)
  • Zaadleider
  • urineblaas
  • zaadblaasje
  • prostaat
  • zwellichaam
  • urinebuis
  • bijbal
  • eikel
  • voorhuid
  • zaadbal
  • bijbal 

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

sperma
zaadcel

Slide 15 - Tekstslide

Wist je dat
  • De zwellichamen zich vullen met bloed waardoor de penis in erectie komt?
  • De prostaat de urinebuis bij de blaas dichtknijpt zodat een man nooit tegelijk kan plassen en klaarkomen

Slide 16 - Tekstslide

Voortplantingsstelsel van een vrouw
  • eierstokken
  • follikels
  • eileider
  • eisprong of ovulatie
  • baarmoeder
  • baarmoederslijmvlies
  • menstruatiecyclus
  • menstruatie
  • SOA
  • voorbehoedmiddel
  • condoom
  • spiraaltje
  • pessarium
  • sterilisatie 

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Sleep naar de goede plaats
Clitorus
Vagina
Plasgaatje
Vagina opening
Eicel
Baarmoeder
Eileider

Slide 19 - Sleepvraag

Menstruatiecyclus  (Ovulatie)

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Wat is de functie van onderdeel 1?

Slide 22 - Open vraag

Zaadcellen worden gemaakt in de                        .
Spiertjes in de                   trekken samen en persen de zaadcellen de                         in.
De                           en de prostaat voegen                       toe aan de zaadcellen.
Bij de                  komt het                 in de                     . 
zaadballen
bijballen
zaadleiders
zaadblaasjes
zaadvocht
sperma
urinebuis
prostaat

Slide 23 - Sleepvraag

Welk nummer hoort bij welk onderdeel van het mannelijke geslachtsorgaan?
zaadbal
bijbal
prostaat
zaadblaasje
penis
zaadleider
1
2
3
4
5
6
7

Slide 24 - Sleepvraag

Wat is de functie van onderdeel 4?

Slide 25 - Open vraag

Nr. 1
Nr. 8
Nr. 3
Nr. 4
Nr. 5
Nr. 7
Vagina
Baarmoeder
Baarmoederwand
Eileider
Eierstok
baarmoederslijmvlies

Slide 26 - Sleepvraag

Zaadleider
Balzak
Prostaat
Teelbal
Penis
Zaadblaasje
Bijbal
Urinebuis

Slide 27 - Sleepvraag

Slide 28 - Link