adverbs

adverbs
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

adverbs

Slide 1 - Tekstslide

What are we going to do today?
  • explanation about adverbs
  • practising together
  • practising alone! 

Slide 2 - Tekstslide

Goals of this lesson:
  • By the end of this lesson you know what an adverb of frequency is and you can name all of them
  • By the end of this lesson, you know the position of an adverb of frequency in a sentence with the verb to be and other verbs

Slide 3 - Tekstslide

What are adverbs of frequency?

Slide 4 - Woordweb

Slide 5 - Tekstslide

Wat valt je op aan de 'adverbs'?

Slide 6 - Open vraag

Slide 7 - Video

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

What does an adverb of frequency do?
A
Zegt iets over een werkwoord
B
Zegt iets over de persoon
C
Zegt iets over het zelfstandig naamwoord
D
Zegt iets over de tijd

Slide 10 - Quizvraag

Adverbs of frequency usually come
A
before the main verb
B
after the main verb

Slide 11 - Quizvraag

Adverb of frequency
I _____ remember to do my homework.
A
likely
B
usually
C
once
D
loudly

Slide 12 - Quizvraag

Kies de zin waar de adverb of frequency juist is geplaatst.
A
I always come to work on time
B
To work I come always on time
C
I come always on time to work

Slide 13 - Quizvraag

Kies de zin waar de adverb of frequency juist is geplaatst.
A
Every day I have English lessons
B
I have every day English lessons.
C
I have English lessons every day

Slide 14 - Quizvraag

Kies de zin waar de adverb of frequency juist is geplaatst.
A
Always I play football.
B
I always play football.
C
I play always football.
D
I play football always.

Slide 15 - Quizvraag

Where do we put adverbs of frequency?
A
Always I play football.
B
I always play football.
C
I play always football.
D
I play football always.

Slide 16 - Quizvraag

Wat geeft een adverb of frequency aan?
A
Wanneer iets gebeurt
B
Waar iets gebeurt
C
Hoe vaak iets gebeurt
D
Waarom iets gebeurt

Slide 17 - Quizvraag

adverb of frequency
they _____ read a book for school.
A
likely
B
much
C
sometimes
D
love

Slide 18 - Quizvraag

Adverbs of frequency:

I always walk to school.
A
always
B
school
C
walk
D
never

Slide 19 - Quizvraag

Kies de zin waar de adverb of frequency juist is geplaatst
A
Mad my sister is always at me
B
My sister is always mad at me
C
My sister always is mad at me

Slide 20 - Quizvraag

adverb, What do you know?

Slide 21 - Woordweb

moeilijk?
A
Ja
B
Nee
C
Ik moet wat meer oefenen
D
Ik snap het echt niet

Slide 22 - Quizvraag

Learnbeat!
Wat? Ga aan de slag met het werkblad
Hulp? Je doet dit alleen. Als je een vraag hebt steek je je hand op.
Tijd? 10 min
Uitkomst? Je hebt geoefend met adverbs of frequency 
Klaar? Steek je hand op zodat ik weet dat je klaar bent. wanneer je niet klaar bent binnen de les wordt het huiswerk!

Slide 23 - Tekstslide

Goals of this lesson:
  • By the end of this lesson you know what an adverb of frequency is.
  • By the end of this lesson, you know when to use an adverb of frequency.  

Slide 24 - Tekstslide