B1-K1 Dienst. theorie thema 3 veiligheid les 1

Thema 3 veiligheid les 1
DIENSTVERLENING - THEORIE 
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
DienstverleningMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Thema 3 veiligheid les 1
DIENSTVERLENING - THEORIE 

Slide 1 - Tekstslide

Nieuwe periode - nieuw thema
Periode 3 Thema 3 - Veiligheid 

Niemand kan alle onveilige situaties voorkomen. Soms ontstaan ze ineens. Met zo veel mogelijk kennis kun je wel heel veel voorkomen. Kennis van van (on)veiligheid, faciliteiten, materiaal, regels en risico’s zijn daarom belangrijk. Ook moet je weten hoe je moet handelen als er een onveilige situatie ontstaat of dreigt te ontstaan. Je geeft duidelijk grenzen aan en kent ook je eigen grenzen en beperkingen. Om dat te kunnen moet je je werkzaamheden altijd goed voorbereiden.

Slide 2 - Tekstslide

Opdracht
In een tweetal

Je krijgt 12 situaties geschreven 

Lees alle situaties

Zet op jullie volgorde van het minst tot meest onveilig

Slide 3 - Tekstslide

Veilig voelen 
Veiligheid is ‘zonder of buiten gevaar zijn’, of ‘beschermd zijn’. Voor iedereen is het begrip veiligheid duidelijk. Iedereen wil zich veilig voelen; vrij van angst en gevaar. De omgeving waarin je je bevindt is niet bedreigend en je voelt je op je gemak.

Toch is niet voor iedereen het gevoel van veiligheid hetzelfde. Wat voor de één veilig voelt, voelt voor de ander onprettig en een derde persoon voelt zich zelfs onveilig. Een veilig gevoel hebben, is afhankelijk van de persoon zelf. In een bepaalde situatie kun jij je onzeker en minderwaardig voelen. In eenzelfde situatie heeft iemand anders dit gevoel misschien niet.



Slide 4 - Tekstslide

Onveilig voelen
Mogelijke oorzaken van onveilig gevoel zijn:

  • eerdere (traumatische) ervaringen
  • onbekende situatie
  • aan- of afwezigheid van personen
  • emotionele ontwikkeling.

Slide 5 - Tekstslide

Oefenen
Er wordt een situatie omschreven

Kies wat de oorzaak van het onveilige gevoel kan zijn

Slide 6 - Tekstslide

Een deelnemer aan een sportkamp wil niet meedoen aan een klimoefening, omdat hij ooit is gevallen van een klimrek en toen zijn arm heeft gebroken.
A
(eerdere) traumatische ervaring
B
Onbekende situatie
C
aan- of afwezigheid van personen
D
emotionele ontwikkeling

Slide 7 - Quizvraag

Een jonge sporter durft alleen te presteren als zijn vader langs de zijlijn staat.
A
(eerdere) traumatische ervaring
B
Onbekende situatie
C
aan- of afwezigheid van personen
D
emotionele ontwikkeling

Slide 8 - Quizvraag

Een kind op zwemles durft niet in het diepe te springen, omdat hij niet zeker weet of hij boven kan blijven drijven.
A
(eerdere) traumatische ervaring
B
Onbekende situatie
C
aan- of afwezigheid van personen
D
emotionele ontwikkeling

Slide 9 - Quizvraag

Een deelnemer aan een sportactiviteit twijfelt of hij een bepaalde oefening wel aankan, omdat zijn ouders altijd tegen hem zeggen: "Jij kunt dat toch niet."
A
(eerdere) traumatische ervaring
B
Onbekende situatie
C
aan- of afwezigheid van personen
D
emotionele ontwikkeling

Slide 10 - Quizvraag

Een nieuw teamlid voelt zich ongemakkelijk in de kleedkamer omdat hij niemand kent.
A
(eerdere) traumatische ervaring
B
Onbekende situatie
C
aan- of afwezigheid van personen
D
emotionele ontwikkeling

Slide 11 - Quizvraag

Een meisje op een sportvereniging schrikt als de coach een hand op haar schouder legt, omdat ze in het verleden een nare ervaring heeft gehad.
A
(eerdere) traumatische ervaring
B
Onbekende situatie
C
aan- of afwezigheid van personen
D
emotionele ontwikkeling

Slide 12 - Quizvraag

Een jonge voetballer durft geen penalty te nemen in een wedstrijd, omdat hij bang is dat hij uitgelachen wordt als hij mist.
A
(eerdere) traumatische ervaring
B
Onbekende situatie
C
aan- of afwezigheid van personen
D
emotionele ontwikkeling

Slide 13 - Quizvraag

Een nieuwe medewerker in een sport- en recreatiecentrum voelt zich onzeker omdat hij nog nooit in een sauna heeft gewerkt en niet weet wat de regels zijn.
A
(eerdere) traumatische ervaring
B
Onbekende situatie
C
aan- of afwezigheid van personen
D
emotionele ontwikkeling

Slide 14 - Quizvraag

Een kind wil niet meedoen met een groepsactiviteit omdat zijn beste vriend vandaag ziek is en hij zich zonder hem niet op zijn gemak voelt.
A
(eerdere) traumatische ervaring
B
Onbekende situatie
C
aan- of afwezigheid van personen
D
emotionele ontwikkeling

Slide 15 - Quizvraag

Veilig en onveilig
  1. Veiligheid is ‘zonder of buiten gevaar zijn' 
  2. Veiligheid is 'beschermd zijn'
  3. Het is een gevoel, dus voor iedereen anders
  4.  Oorzaken van onveilig gevoel: eerdere (traumatische) ervaringen, onbekende situatie, aan- of afwezigheid van personen, emotionele ontwikkeling.

Slide 16 - Tekstslide

Een Helm?
Discussie over veiligheid laait op:
‘Een helm? Die keuze moet je bij een keeper zelf laten’
Na de botsing tussen RKC-doelman Etienne Vaessen en Ajax-spits Brian Brobbey laaide de discussie over keepers en hun veiligheid weer op. Moet iedere doelman verplicht worden een helm te dragen?

Slide 17 - Tekstslide

In een 2 of 3 tal 
Bedenk 2 argumenten voor
Bedenk 2 argumenten tegen

Slide 18 - Tekstslide

Opdrachten in het boek 
2-3-4-5

Slide 19 - Tekstslide