Project 3 - Fantasiedier maken

Welkom!
Ga zitten op een plekje waar je geconcentreerd kunt werken.

Telefoons/ laptops tijdens de instructie weg. Tijdens de les alleen met toestemming.



1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
Beeldende vormingMiddelbare schoolvmbo, mavo, havo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 24 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welkom!
Ga zitten op een plekje waar je geconcentreerd kunt werken.

Telefoons/ laptops tijdens de instructie weg. Tijdens de les alleen met toestemming.



Slide 1 - Tekstslide

Vandaag
Zijn de laatste lessen om je stilleven af te maken.
Na vandaag wordt je cijfer berekend over de afgelopen lessen en in SOM gezet.
Heb je je stilleven af? Dan mag je alvast beginnen aan de volgende opdracht: het maken van een fantasiedier.
                                                                    
                                                                          Die opdracht leg ik alvast uit.

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Inleveren werkstuk is eigen verantwoordelijkheid


Niet ingeleverd of ingeleverd zonder naam is geen resultaat (*). Na enkele weken zal deze * veranderen in een 1.

Slide 4 - Tekstslide

Fantasiedier

Slide 5 - Tekstslide

Fantasiedier - wat ga je doen?
Bedenk een fantasiedier. Dit kan een combinatie van bestaande dieren zijn, maar ook een geheel verzonnen dier.


Slide 6 - Tekstslide

Fantasiedier - wat ga je doen?
Optie 2:
Grabbel een dier en maak hier een tekening/schilderij van.

Geel: Dier (grabbel er ten minste 2)
Roze: Lichaamsdeel (grabbel 1)
Blauw: Accessoires (grabbel 1)
Groen: Omgeving waar het dier woont (grabbel 1)

Slide 7 - Tekstslide

Fantasiedier - wat ga je doen?
Optie 1:
Bedenk een fantasiedier. Dit kan een combinatie van bestaande dieren zijn, maar ook een geheel verzonnen dier.

Optie 2:
Grabbel een dier en maak hier een tekening/schilderij van.
Geel: Dier (grabbel er ten minste 2)
Roze: Lichaamsdeel (grabbel 1)
Blauw: Accessoires (grabbel 1)
Groen: Omgeving waar het dier woont (grabbel 1)

Slide 8 - Tekstslide

Hoe ga je dit doen?
Je maakt eerst een schets. Dit is je klad en hoeft dus niet netjes te zijn (dit doe je op printpapier). Pas daarna ga je aan het werk met je echte kunstwerkje (op stevig papier).

Werk dit vervolgens uit met:
Potlood, stift, houtskool (tekenen)
Verf (schilderen)
                                                                                                      Voorbeelden ->

Slide 9 - Tekstslide

Fantasie opdracht 2 in tweetallen :
Nodig: 1 laptop per tweetal
Ga naar deze link: https://skribbl.io/?DJChtvAd
Wacht tot Moniek hem aanzet en raad van elkaar de dieren die worden getekend.
Dit doe je door het dier dat jij denkt te zien te typen.
1 duo tekent, de rest van de duo's gaan raden wat het is.

De duo die de meeste punten heeft op het eind, wint een klein prijsje.

Slide 10 - Tekstslide

Fantasie opdracht 2 in drietallen :
  1. Vouw allebei een A4 tje in drieën
  2. Teken allebei een dierenhoofd (de ander mag het steeds niet zien!)
  3. Wissel van papier: teken een dierenlichaam.
  4. Wissel weer om en teken dierenpoten.
  5. Bekijk het resultaat.

Slide 11 - Tekstslide

Fantasie opdracht 3:

  • UIT JE HOOFD EEN FANTASIEDIER TEKENEN om te kijken wat er in je opkomt.
Je bedenkt je eigen fantasiedier en bouwt deze op uit verschillende dieren. Je mag hiervoor ook onderdelen gebruiken van uitgestorven dieren (bijv. dinosaurussen) of fabeldieren (bijv Eenhoorn). Je fantasiedier moet er realistisch uit zien, dus het mag geen cartoon worden
Je mag bedenken wat je maar wil! 

  • Doe dit op een A4 tje met potlood. 

  • Let goed op wat goed gaat en wat je lastig vindt om te tekenen. Als je klaar bent vertel je   klassikaal wat je gemaakt hebt.

Slide 12 - Tekstslide

Je stelt een dier samen uit verschillende andere dieren. Van de dieren die je met de tutorials hebt getekend kies je onderdelen uit: bijv. het hoofd van de olifant, de vleugels van de vlinder enz.Je hebt dan onderdelen van verschillende diersoorten die je combineert tot 1 dier.
Begin met het opzetten van de vorm van je fantasiedier met je grijze potlood. Schets dun het lijf, de kop, poten, staart en evt. vleugels/vinnen en "plak" ze op een logische manier aan elkaar.
De onderdelen moeten dus goed op elkaar aansluiten.
Let op dat de vormen van de onderdelen er realistisch uit zien. Je moet dus goed kijken naar de voorbeelden die je al eerder getekend hebt.
Wil je toch een ander dier dan je al eerder hebt getekend, dan kan je hier kijken voor inspiratie
Als je ook een vis in een van de onderdelen terug wil laten komen, kies dan een vis uit met een duidelijke structuur of patroon. Gladde vissen zoals een haai of een dolfijn mogen niet.

 

Zorg er ook voor dat er tenminste een vacht/huid met een patroon te zien is. 

 ​ 

Kies verschillende onderdelen van minimaal 3 en maximaal 6 verschillende dieren. Laat de dieren en hun vacht netjes in elkaar overlopen. 

     Waar de schaduw moet zitten teken je de vacht dichter op elkaar.


2. Als je je opzet hebt gemaakt, ga je de vacht/huid op de verschillende onderdelen zetten. Dit doe je met fineliner. Als je niet helemaal zeker bent of dat meteen goed lukt, probeer je eerst een stukje uit op de achterkant van je vel, of op een kladblaadje.
Je stelt een dier samen uit verschillende andere dieren. Van de dieren die je met de tutorials hebt getekend kies je onderdelen uit: bijv. het hoofd van de olifant, de vleugels van de vlinder enz.
Je hebt dan onderdelen van verschillende diersoorten die je combineert tot 1 dier.
Begin met het opzetten van de vorm van je fantasiedier met je grijze potlood. Schets dun het lijf, de kop, poten, staart en evt. vleugels/vinnen en "plak" ze op een logische manier aan elkaar.
De onderdelen moeten dus goed op elkaar aansluiten.
Let op dat de vormen van de onderdelen er realistisch uit zien. Je moet dus goed kijken naar de voorbeelden die je al eerder getekend hebt.
Wil je toch een ander dier dan je al eerder hebt getekend, dan kan je hier kijken voor inspiratie.
Als je ook een vis in een van de onderdelen terug wil laten komen, kies dan een vis uit met een duidelijke structuur of patroon. Gladde vissen zoals een haai of een dolfijn mogen niet.
Zorg er ook voor dat er tenminste een vacht/huid met een patroon te zien is. 
Kies verschillende onderdelen van minimaal 3 en maximaal 6 verschillende dieren. Laat de dieren en hun vacht netjes in elkaar overlopen. 
Waar de schaduw moet zitten teken je de vacht dichter op elkaar.
2. Als je je opzet hebt gemaakt, ga je de vacht/huid op de verschillende onderdelen zetten. Dit doe je met fineliner. Als je niet helemaal zeker bent of dat meteen goed lukt, probeer je eerst een stukje uit op de achterkant van je vel, of op een kladblaadje.

Slide 13 - Tekstslide

FANTASIEDIER TEKENEN

Slide 14 - Tekstslide

FANTASIEDIER

  • Teken het fantasiedier op je tekenblad.
  • Teken goed de verschillende vachten, texturen en
     patronen en laat ze mooi in elkaar overlopen!
  • Werk alles tot in detail uit!
  • Je dier bestaat uit minimaal 3 en maximaal 6 diersoorten.
     (zoogdier, vis, insect, amfibie, reptiel, vogel)

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

PRESENTEREN:

LAAT AAN DE KLAS ZIEN WAT JE GEMAAKT HEBT!

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide