heb je geoefend met de drie verschillende tekstverbanden
kan je een schematische samenvatting maken
Slide 4 - Tekstslide
TEKSTVERBANDEN
Zorgen ervoor dat
woorden, zinnen en alinea's
met elkaar samenhangen.
Welke ken je nog?
Slide 5 - Tekstslide
Een quizje met
7
vragen
Oefenen!
Slide 6 - Tekstslide
Kies de twee goede antwoorden.
Tekstverbanden...
A
...geven alinea's aan
B
...geven het doel van een tekst aan
C
...geven aan hoe alinea's en zinnen met elkaar te maken hebben
D
...helpen je een tekst beter te begrijpen
Slide 7 - Quizvraag
Sleep de signaalwoorden naar de bijpassende tekstverbanden.
opsomming
tijdsvolgorde
tegenstelling
verder
bovendien
eerst
toch
ook
echter
Slide 8 - Sleepvraag
Weet je nog? 'Daarentegen' is een signaalwoord voor
A
tijdsvolgorde
B
een tegenstelling
C
een opsomming
Slide 9 - Quizvraag
Weet je nog?
'Echter' is een signaalwoord voor
A
tijdsvolgorde
B
een tegenstelling
C
een opsomming
Slide 10 - Quizvraag
Welk tekstverband herken je? Eerst zet je saldo op je ov-chipkaart, daarna activeer je de kaart en vervolgens kun je inchecken en naar je werk reizen.
A
tijdsvolgorde (chronologie)
B
tegenstelling
C
opsomming
Slide 11 - Quizvraag
Welke drie signaalwoorden voor tijdsvolgorde zie je in de zin: Eerst zet je saldo op je ov-chipkaart, daarna activeer je de kaart en vervolgens kun je inchecken.
Slide 12 - Open vraag
-->Pak je boek en schrift erbij
-->Ga naar H. 2.2-Lezen, blz. 61
-->We lezen samen
'Dieren op stal'
Slide 13 - Tekstslide
Vragen over zinsdelen, leestekens, DT's of dicteewoorden?