Par. 1: Kaart: 2 hoofdsoorten - Bevolkingsdichtheid

Schrijf de vraag en het antwoord in je schrift.
  1. Waarom groeit de bevolking?
  2. Hoe verschilt de groei van de bevolking per land?
  3. Waarom wonen op sommige plekken veel mensen?
  4. Waarom wonen op sommige plekken weinig mensen?
Paragraaf 1:
- Kaart
- 2 hoofdsoorten kaarten
- Bevolkingsdichtheid
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Schrijf de vraag en het antwoord in je schrift.
  1. Waarom groeit de bevolking?
  2. Hoe verschilt de groei van de bevolking per land?
  3. Waarom wonen op sommige plekken veel mensen?
  4. Waarom wonen op sommige plekken weinig mensen?
Paragraaf 1:
- Kaart
- 2 hoofdsoorten kaarten
- Bevolkingsdichtheid

Slide 1 - Tekstslide

Schrijf de vraag en het antwoord in je schrift.
  1. Waarom groeit de bevolking?
  2. Hoe verschilt de groei van de bevolking per land?
  3. Waarom wonen op sommige plekken veel mensen?
  4. Waarom wonen op sommige plekken weinig mensen?
Deze les:
  • Heb je al je spullen bij je?
  • Wat weet je al?
  • Paragraaf 1:
     - Wat zijn kaarten?
     - Welke 2 hoofdsoorten kaarten zijn er?
     - Wat is bevolkingsdichheid?
  • Werken

Als je de stof bestudeerd hebt:
1. Kun je uitleggen wat het verschil is tussen een overzichtskaart en een thematische kaart.
4. Kun je de bevolkingsdichtheid van een gebied uitrekenen.

Slide 2 - Tekstslide

Waar gebruiken mensen kaarten voor?

Slide 3 - Woordweb

Schrijf de vraag en het antwoord in je schrift.
  1. Waarom groeit de bevolking?
  2. Hoe verschilt de groei van de bevolking per land?
  3. Waarom wonen op sommige plekken veel mensen?
  4. Waarom wonen op sommige plekken weinig mensen?
Kaart = Een verkleinde tekening van een stuk van het aardoppervlak.
Aantekening!

Slide 4 - Tekstslide

2 hoofdsoorten kaarten

Slide 5 - Tekstslide

Schrijf de vraag en het antwoord in je schrift.
  1. Waarom groeit de bevolking?
  2. Hoe verschilt de groei van de bevolking per land?
  3. Waarom wonen op sommige plekken veel mensen?
  4. Waarom wonen op sommige plekken weinig mensen?
2 hoofdsoorten kaarten:
- Overzichtskaarten = geeft informatie over de ligging van
  steden, wateren, bergen, wegen en spoorlijnen en het 
  bodemgebruik.
Bijv.: staatkundige overzichtskaarten
- Thematische kaarten = gaan over een bepaald 
  onderwerp.
 
Bijv.: bevolkingsdichtheid 
Staatkundige overzichtskaart
Bevolkingsdichtheid

Slide 6 - Tekstslide

Schrijf de vraag en het antwoord in je schrift.
  1. Waarom groeit de bevolking?
  2. Hoe verschilt de groei van de bevolking per land?
  3. Waarom wonen op sommige plekken veel mensen?
  4. Waarom wonen op sommige plekken weinig mensen?
Bevolkingsdichtheid = het gemiddeld aantal inwoners per vierkante kilometer (km²) in een gebied of land.

Hoe berekenen?

aantal inwoners / oppervlakte = bevolkingsdichtheid

Als de bevolkingsdichtheid 20 is wil dit zeggen dat er per km² gemiddeld 20 mensen wonen.

Slide 7 - Tekstslide

In Ledoux-city wonen 6 inwoners. De oppervlakte is 2 km². Bereken de bevolkingsdichtheid.

Slide 8 - Woordweb

In Ledoux-city wonen 6 inwoners. De oppervlakte is 2 km². Bereken de bevolkingsdichtheid.
Aantal inwoners /  oppervlakte = bevolkingsdichtheid

Dus: 6 / 2 = 3

Slide 9 - Tekstslide

Bereken de bevolkingsdichtheid.

Slide 10 - Woordweb

Aantal inwoners /  oppervlakte = bevolkingsdichtheid

Dus: 
Aantal inwoners is 8 x 20 = 160
Oppervlakte = 4 km².

160 / 4 = 40

Slide 11 - Tekstslide

Let op: De bevolkingsdichtheid is een gemiddelde!

Slide 12 - Tekstslide

Nu doen:
  • Uitleg vragen
  • Werken (zie planner)

Huiswerk:
  • Leer de aantekeningen
  • Maak op een A4-tje een kaart van de route van jouw huis naar ..... (basisschool, kapper, supermarkt, oma, beste vriend, sportclub of ... verzin zelf maar). 
    - Let op 1 bestemming kiezen! 
    - Maximaal 10 minuten aan werken! 
    - Neem de kaart mee naar de volgende les!

Slide 13 - Tekstslide


Hoe goed heb je de les begrepen?
A
B
C
D

Slide 14 - Quizvraag

Wat heb je vandaag geleerd?

Slide 15 - Woordweb

Welke vragen heb je voor de volgende les?

Slide 16 - Woordweb