Bij een groepsopdracht heb je altijd iemand nodig die het gesprek leidt. Anders wordt het een chaos en gaat iedereen door elkaar praten.
Spreek met elkaar af wie het gesprek leidt. Schrijf de naam van die persoon op.
Natuurreligies zijn onder verschillende namen bekend. Maar ze zijn net weer even anders.
Elk lid van de groep onderzoekt één van de vormen van die natuurreligies. Je kunt kiezen uit: wicca, paganisme, druïde of hekserij. Zoek op wat zij zeggen over goden en godinnen.
Wat zijn de overeenkomsten, wat de verschillen.
Bespreek met elkaar hoe deze groepsopdracht is gegaan. Hoe heeft iedereen gewerkt? Wat ging goed, wat kan beter?