Strafrecht Misdrijven en Overtredingen - Vakleer legal

Waar gaat het Strafrecht over?
1 / 21
volgende
Slide 1: Woordweb
RechtMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Waar gaat het Strafrecht over?

Slide 1 - Woordweb

Hoort het Strafrecht bij het Publiekrecht of Privaatrecht?
A
Publiekrecht
B
Privaatrecht

Slide 2 - Quizvraag

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

In artikel 300 van het Wetboek van Strafrecht staat:
"Mishandeling wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste drie jaren of geldboete van de vierde categorie."
Is er hier sprake van een misdrijf of overtreding?
A
Misdrijf
B
Overtreding

Slide 8 - Quizvraag

Artikel 453 van het Wetboek van Strafrecht zegt:
"Hij die zich in kennelijke staat van dronkenschap op de openbare weg bevindt, wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste twaalf dagen of geldboete van de eerste categorie."
Is er hier sprake van een misdrijf of overtreding?
A
Misdrijf
B
Overtreding

Slide 9 - Quizvraag

Artikel 290 van het Wetboek van Strafrecht zegt:
"De moeder die, onder de werking van vrees voor de ontdekking van haar bevalling, haar kind bij of kort na de geboorte opzettelijk van het leven berooft, wordt, als schuldig aan kinderdoodslag, gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste zes jaren of geldboete van de vierde categorie."
Is dit een misdrijf of een overtreding?
A
Misdrijf
B
Overtreding

Slide 10 - Quizvraag

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Een man wil zijn vrouw vermoorden hij bindt elektriciteitsdraden aan de tenen van zijn vrouw en stopt deze aan de andere kant in het stopcontact. De vrouw wordt geëlektrocuteerd, maar na 15 minuten is ze nog niet dood. De man besluit te stoppen en haalt de draden van zijn vrouw haar voeten.
Waarvan is hier sprake?
A
Poging tot moord
B
Voorbereiding van moord

Slide 14 - Quizvraag

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Thea en Theo gaan een overval plegen. Thea regelt de wapens en Theo de vluchtauto. Ze overvallen samen de Jumbo supermarkt, waarbij ze allebei bivakmutsen dragen en rondzwaaien met gevaarlijke wapens.
Welke vorm van deelneming is hier van toepassing?
A
Uitlokking
B
Medeplegen
C
Medeplichtigheid
D
Doen plegen

Slide 19 - Quizvraag

Bart bakt een taart voor zijn broer Koos. Hij stopt in de taart rattengif. Bart laat de taart brengen door zijn zoon Daan naar Koos. Koos eet van de taart en sterft.
Wie is hier strafbaar?
A
Bart
B
Koos
C
Daan
D
Bart en Daan

Slide 20 - Quizvraag

Amber en Jill lopen over straat. Ze zien een mooie elektrische fiets staan. Amber weet dat Jill heel goed is in sloten open krijgen. Ze vraagt Jill om het slot open te breken in ruil voor 200 euro. Jill doet dit.
Van welke deelnemingsvorm is hier sprake?
A
Medeplegen
B
Medeplichtigheid
C
Uitlokking
D
Doen plegen

Slide 21 - Quizvraag