vwo 3 Grammatica zinsdelen H4

Wat weet je over 'inversie' en 'congruentie'?
1 / 16
volgende
Slide 1: Open vraag
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Wat weet je over 'inversie' en 'congruentie'?

Slide 1 - Open vraag

Vandaag leer je:
- Congruentie en inversie herkennen.

Slide 2 - Tekstslide

Congruentie
Congruentie betekent dat zowel de persoonsvorm als het onderwerp in het meervoud of enkelvoud moeten staan. 

Voorbeeld: Een groep wielrenners viel vlak voor de finish.
Een kudde koeien staat in de wei.

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Wat is congruentie?

Slide 7 - Open vraag

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Wat gaat er mis bij incongruentie?

Slide 10 - Open vraag

Welke volgorde heeft deze zin?
De leerlingen van klas 3V luisteren naar de uitleg van mevrouw Lokkers.

A
OPA
B
POA
C
PA
D
APO

Slide 11 - Quizvraag

Slide 12 - Tekstslide

Inversie
In veel zinnen staat het onderwerp op de eerste plaats in de zin, vóór de persoonsvorm.
Als in een zin het onderwerp achter de persoonsvorm staat, heet dat inversie. Op de eerste plaats van de zin staat dan de persoonsvorm of een ander zinsdeel.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Wat is inversie?

Slide 16 - Open vraag