Practice Test Unit 3

• Engels
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

Vertaal het Engelse woord in de zin naar het Nederlands.

I'm going to explore the city.

1. bezoeken
2. ontdekken
3. vermijden

We take the subway to school.

1. trein
2. openbaar vervoer
3. metro

She has a friendly personality.

1. persoon
2. karakter
3. personage

We live in a townhouse.

1. rijtjes huis
2. nieuwbouw huis
3. vrijstaand huis

It's Ben's birthday. Don't forget to congratulate him.

1. feliciteer
2. feliciteert
3. feliciteren

Vertaal:
opwindend

Vertaal:
reis

Vertaal:
verkeer

Vertaal:
gemeen

Vertaal:
nogal

Vertaal:
opletten
to .....

Vertaal:
een hoog gebouw

comparisons (vergelijken)

the rules

Spot

Brownie

Degrees of comparison

De trappen van vergelijking:

1. Brownie is smaller than Spot.

2. Brownie is the smallest dog.

Zin 1 is de vergrotende trap. Daar heb je  'than' bij nodig.
Zin 2 is de overtreffende trap. Daar heb je 'the' bij nodig.

Hoofdregel--> bij korte woorden

- Vergrotende trap: woord +  -er

- Overtreffende trap: woord + -est

old

older

oldest

 LET OP DE SPELLING

woorden die op een -e eindigen krijgen -r of -st

large > larger > largest

korte woorden die eindigen op een klinker + medeklinker

 --> medeklinker  verdubbelt --> thin> thinner > thinnest

korte woorden die eindigen op een -y :   y--> ier / iest

--> busy  - busier - busiest

Trappen van vergelijking

Bij langere woorden gebruik je bij de

vergrotende trap: more  ... than             

overtreffende trap: the most  .............

                                          A                                           B                                               C                                      

           A is expensive. 

  B is more expensive than A.

 C is the  most expensive of all.

Onregelmatige vormen

good - better - best

bad - worse - worst

comparisons (vergelijken)

Show what you know!

My house is (big)
...
than yours.

What is the (funny) ...... photo on your mobile?

This is the (interesting) ....
book I have ever read.

Who is the (rich) ...
woman on earth?

Walking is the (cheap) .... way to travel.

The weather this summer is even
... than last summer. (slecht)

Who is the ..... footballplayer in the world?(goed)

This flower is
... than that one.(mooi)

Vertaal de volgende zinnen

Denk aan:

 -de hoofdletter aan het begin van de zin 

 -de punt  en vraagtekens aan het eind van de zin

Hoe gaat het?

Met mij gaat het goed, dank je.

Veel plezier samen.

Geniet van je vakantie.