Politieke partijen en de parlementaire democratie

Politieke partijen en de parlementaire democratie
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Politieke partijen en de parlementaire democratie

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen deze les
1. Je kan uitleggen wat een referendum inhoudt en kan de verschillende soorten uitleggen.
2. Je kan het schema van 'kiesrecht met inspraak' tot 'kiesrecht met daadkracht uitleggen'.
3. Je kan zelf je mening geven over de referendum-discussie.

Slide 2 - Tekstslide

LessonUp

Log in met de code en je eigen naam.

Tijdens het filmpje verschijnen er vragen die gerelateerd zijn aan de lesstof.

Slide 3 - Tekstslide

8

Slide 4 - Video

00:35
Is een referendum een vorm van directe of indirecte democratie?
A
Directe democratie
B
Indirecte democratie

Slide 5 - Quizvraag

01:26
Waar draait een referendum om?
A
Dat de overheid haar beleid moet aanpassen
B
Dat de ministers iets niet mogen uitvoeren
C
Dat de bevolking mag meebeslissen over iets
D
Dat de minister-president weg moet

Slide 6 - Quizvraag

03:10
Waarom is het juist bij D66 zo verbazend dat ze tegen het referendum stemden?

Slide 7 - Open vraag

05:21
Wat is niet waar over het raadgevend referendum?
A
De ministers zijn verplicht de uitslag te volgen
B
Er is een minimumpercentage om het te laten gelden
C
De uitslag leidt tot heroverweging van beleid

Slide 8 - Quizvraag

05:41
Waarom zou dit besluit met terugwerkende kracht worden ingevoerd?

Slide 9 - Open vraag

07:09
Vind je het logisch dat mensen verontwaardigd waren dat de uitkomst niet werd overgenomen?
A
Ja, want....
B
Nee, want....

Slide 10 - Quizvraag

11:10
Bekijk de tabel op bladzijde 98 van je tekstboek.

Waar staan we met de afschaffing van het raadgevend referendum?
A
Verschuiving naar links
B
Verschuiving naar midden
C
Verschuiving naar rechts

Slide 11 - Quizvraag

12:43
Wat zou jij kiezen?
A
Geen referendum
B
Raadgevend referendum
C
Bindend referendum

Slide 12 - Quizvraag

Samenvatting
Referendum: bevolking mag mening geven over onderwerp.
Raadgevend: advies geven aan Kabinet.
Bindend: Kabinet moet uitkomst overnemen.

Schema:
Links                                           Midden                                        Rechts
Inspraak                                    Kiesrecht                                   Daadkracht

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Aan de slag
Ga individueel aan de slag met de volgende opdrachten op bladzijden 140-141: opdrachten 17 en 18.
-Mag met oortjes in.
-Vraag? Steek even je hand op.
-Na de tijd kijken we het na.
timer
15:00

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Leerdoelen deze les
1. Je kan uitleggen wat een referendum inhoudt en kan de verschillende soorten uitleggen.
2. Je kan het schema van 'kiesrecht met inspraak' tot 'kiesrecht met daadkracht uitleggen'.
3. Je kan zelf je mening geven over de referendum-discussie.

Slide 17 - Tekstslide